Cartoons are basically short stories. I tried to find one that didn't have a whole lot of words. Not all of them have happy endings. So how did I get started cartooning? I doodled a lot as a kid, and if you spend enough time doodling, sooner or later, something happens: all your career options run out. So you have to make a living cartooning.
Strips zijn eigenlijk korte verhalen. Ik heb er een proberen vinden met niet al te veel woorden. Ze hebben niet allemaal een goede afloop. Hoe ben ik beginnen tekenen? Als kind maakte ik eindeloos tekeningetjes en als je dat lang genoeg doet, gebeurt er vroeg of laat iets: al je beroepsmogelijkheden raken op. Dus moet je de kost verdienen met strips.
Actually, I fell in love with the ocean when I was a little boy, when I was about eight or nine. And I was particularly fascinated with sharks. This is some of my early work. Eventually, my mom took the red crayon away, so it was [unclear]. But I'd like to relay to you a childhood experience of mine that really made me see the ocean differently, and it's become the foundation of my work because, I feel like, if in a day, I can see the ocean differently, then I can evoke that same kind of change in others, especially kids. Before that day, this is how I saw the ocean. It's just a big blue surface. And this is how we've seen the ocean since the beginning of time. It's a mystery. There's been a lot of folklore developed around the ocean, mostly negative. And that prompted people to make maps like this, with all kinds of wonderful detail on the land, but when you get to the waters edge, the ocean looks like one giant puddle of blue paint. And this is the way I saw the ocean at school -- as if to say, "All geography and science lessons stop at water's edge. This part's not going to be on the test."
Eigenlijk werd ik verliefd op de oceaan toen ik klein was, op ongeveer acht of negen jaar. Ik was vooral gefascineerd door haaien. Hier zie je wat van mijn vroege werk. Uiteindelijk pakte mijn moeder het rode potlood af, dus was het [onduidelijk]. Ik zou jullie graag een ervaring uit mijn kindertijd vertellen waardoor ik de oceaan echt anders begon te zien. Het is de basis van mijn werk geworden omdat ik het gevoel heb dat als ik op een dag de oceaan anders kan zien, ik diezelfde soort verandering in anderen kan opwekken, vooral in kinderen. Voor die dag zag ik de oceaan op deze manier. Het is gewoon een groot blauw vlak. Zo hebben we de oceaan sinds het begin der tijden gezien. Het is een mysterie. Er is veel folklore ontstaan rond de oceaan, vooral negatieve. Dat heeft mensen ertoe bewogen kaarten zoals deze te maken, met allerlei prachtige details op het land, maar wanneer je aan de rand van het water komt, lijkt de oceaan één gigantische plas blauwe verf. Zo zag ik de oceaan op school -- als om te zeggen, "Alle lessen aardrijkskunde en natuurwetenschap stoppen aan de rand van het water. Dit deel hoort niet tot de leerstof."
But that day I flew low over the islands -- it was a family trip to the Caribbean, and I flew in a small plane low over the islands. This is what I saw. I saw hills and valleys. I saw forests and meadows. I saw grottoes and secret gardens and places I'd love to hide as a kid, if I could only breathe underwater. And best of all, I saw the animals. I saw a manta ray that looked as big as the plane I was flying in. And I flew over a lagoon with a shark in it, and that was the day that my comic strip about a shark was born.
Die dag vloog ik laag over de eilanden -- het was een familieuitstap naar het Caraïbisch gebied. Ik vloog in een klein vliegtuig laag over de eilanden. Dit zag ik: heuvels en valleien. Ik zag wouden en weides. Ik zag grotten en geheime tuinen en plaatsen waar ik me als kind graag zou verstoppen, als ik maar onder water zou kunnen ademen. Het beste van allemaal: ik zag de dieren. Ik zag een reuzenmanta die zo groot leek als het vliegtuig waarin ik zat. Ik vloog over een lagune met een haai erin. Dat was de dag dat mijn strip over een haai ontstond.
So from that day on, I was an ordinary kid walking around on dry land, but my head was down there, underwater. Up until that day, these were the animals that were most common in my life. These were the ones I'd like to draw -- all variations of four legs and fur. But when you got to the ocean, my imagination was no competition for nature. Every time I'd come up with a crazy cartoon character on the drawing board, I'd find a critter in the ocean that was even crazier. And the differences in scale between this tiny sea dragon and this enormous humpback whale was like something out of a science-fiction movie.
Vanaf die dag was ik dus een gewone jongen die rondliep op droog land, maar mijn hoofd was daar beneden, onder water. Tot aan die dag waren dit de meest voorkomende dieren in mijn leven. Deze tekende ik graag -- alle variaties op vier poten en met vacht. Maar eens aan de oceaan was mijn verbeelding geen concurrentie voor de natuur. Telkens als ik een gek stripfiguurtje bedacht op mijn tekenbord, vond ik een wezen in de oceaan dat nog gekker was. Het verschil in omvang tussen deze kleine rafelvis en deze reusachtige bultrugwalvis leek wel iets uit een sciencefictionfilm.
Whenever I talk to kids, I always like to tell them, the biggest animal that ever lived is still alive. It's not a dinosaur; it's a whale, animals as big as office buildings still swimming around out there in our ocean. Speaking of dinosaurs, sharks are basically the same fish they were 300 million years ago. So if you ever fantasize about going back in time and seeing what a dinosaur looked like, that's what a dinosaur looks like. So you have living dinosaurs and space aliens, animals that evolved in zero gravity in harsh conditions. It's just incredible; no Hollywood designer could come up with something more interesting than that. Or this fangtooth. The particles in the water make it look like it's floating in outer space. Could you image if we looked through the Hubble Telescope and we saw that? It would start a whole new space race. But instead, we stick a camera in the deep ocean, and we see a fish, and it doesn't capture our imagination as a society. We say to ourselves, "Maybe we can make fish sticks with it or something."
Wanneer ik met kinderen praat, vertel ik hen altijd graag dat het grootste dier dat ooit leefde, nog altijd bestaat. Het is geen dinosaurus; het is een walvis. Dieren zo groot als kantoorgebouwen zwemmen nog altijd rond in onze oceaan. Over dinosaurussen gesproken, haaien zijn eigenlijk dezelfde vissen die ze 300 miljoen jaar geleden waren. Als je ooit fantaseert over teruggaan in de tijd en zien hoe een dinosaurus eruit zag: zo ziet een dinosaurus eruit. Je hebt dus levende dinosaurussen en ruimtewezens, dieren die geëvolueerd zijn zonder enige zwaartekracht in harde omstandigheden. Het is gewoon ongelofelijk; geen enkele tekenaar in Hollywood zou iets kunnen bedenken dat interessanter is dan dat. Of deze slijmkopvis. Door de deeltjes in het water lijkt het alsof hij in de ruimte zweeft. Kun je je voorstellen dat we door de Hubbletelescoop zouden kijken en dat zouden zien? Dat zou een hele nieuwe ruimtewedloop veroorzaken. In plaats daarvan steken we een camera in de diepe oceaan, en we zien een vis en het spreekt niet tot onze verbeelding als maatschappij. We zeggen tegen onszelf, "Misschien kunnen we er vissticks van maken of zo."
So, what I'd like to do now is try a little drawing. So, I'm going to try to draw this fangtooth here. I love to draw the deep sea fish, because they are so ugly, but beautiful in their own way. Maybe we can give him a little bioluminescence here -- give him a headlight, maybe a brake light, turn signals. But it's easy to see why these animals make such great cartoon characters, their shapes and sizes. So some of them actually seem to have powers like superheroes in a comic book. For instance, take these sea turtles. They kind of have a sixth sense like Superman's x-ray vision. They can sense the magnetic fields of the earth. And they can use that sense to navigate hundreds of miles of open ocean. I kind of give my turtle hands just to make them an easier cartoon character to work with. Or take this sea cucumber. It's not an animal we draw cartoons of or draw at all. He's like an underwater Spiderman. He shoots out these sticky webs to entangle his enemy. Of course, sea cucumbers shoot them out their rears, which, in my opinion, makes them much more interesting a superhero. (Laughter) He can't spin a web anytime; he's got to pull his pants down first.
Wat ik nu graag zou doen is een beetje proberen tekenen. Ik ga deze slijmkopvis hier proberen tekenen. Ik teken heel graag diepzeevissen, omdat ze zo lelijk zijn, maar op hun eigen manier mooi zijn. Misschien kunnen we hem wat bioluminescentie geven -- hem een koplamp geven, misschien een remlicht, richtingaanwijzers. Het is gemakkelijk om te zien waarom deze dieren zulke geweldige stripfiguren zijn, hun vormen en afmetingen. Sommige lijken echt krachten te hebben zoals superhelden in een stripverhaal. Neem bijvoorbeeld deze zeeschildpadden. Die hebben een soort van zesde zintuig zoals Supermans röntgenogen. Ze kunnen de magnetische velden van de aarde voelen. Ze kunnen dat vermogen gebruiken om door honderden kilometers open zee te zwemmen. Ik geef mijn schildpad een soort van handen gewoon opdat het een gemakkelijker figuurtje is om mee te werken. Of neem deze zeekomkommer. Het is geen dier dat we in strips tekenen of eender waar. Hij is als een onderwater-Spider-Man. Hij schiet kleverige draden af om zijn vijand te verstrikken. Natuurlijk schieten zeekomkommers ze uit hun achterste, wat ze, in mijn ogen, veel interessantere superhelden maakt. (Gelach) Hij kan niet om het even wanneer een web produceren; hij moet er zijn broek eerst voor uittrekken.
(Laughter)
(Gelach)
Or the blowfish. The blowfish is like the Incredible Hulk. It can change its body into a big, intimidating fish in a matter of seconds. I'm going to draw this blowfish uninflated. And then I'm going to attempt onscreen animation here. Let's see. Try and inflate it. (Laughter) "You talkin' to me?" See, he can inflate himself when he wants to be intimidating. Or take this swordfish. Could you imagine being born with a tool for a nose? Do you think he wakes up in the morning, looks in the mirror and says, "Somebody's getting stabbed today." Or this lionfish for instance. Imagine trying to make friends covered with razor-sharp poisonous barbs. It's not something you want to put on your Facebook page, right?
Of de kogelvis. De kogelvis is zoals de Ongelofelijke Hulk. Hij kan zijn lichaam in een grote, intimiderende vis veranderen in luttele seconden. Ik ga deze kogelvis onopgeblazen tekenen. Dan ga ik een poging doen tot animatie op het scherm. Even kijken. Ik probeer hem op te blazen. (Gelach) "Heb je 't tegen mij?" Zie je, hij kan zichzelf opblazen wanneer hij intimiderend wil zijn. Of neem deze zwaardvis. Kun je je voorstellen dat je geboren wordt met een stuk gereedschap als neus? Denk je dat hij 's morgens wakker wordt, in de spiegel kijkt en zegt: "Vandaag gaat er iemand neergestoken worden." Of deze koraalduivel bijvoorbeeld. Probeer maar eens vrienden te maken terwijl je bedekt bent met vlijmscherpe giftige weerhaken. Niet iets dat je op je Facebookpagina wil zetten, toch?
My characters are -- my lead character's a shark named Sherman. He's a great white shark. And I kind of broke the mold with Sherman. I didn't want to go with this ruthless predator image. He's kind of just out there making a living. He's sort of a Homer Simpson with fins. And then his sidekick is a sea turtle, as I mentioned before, named Filmore. He uses his wonderful skills at navigation to wander the oceans, looking for a mate. And he does manage to find them, but great navigation skills, lousy pick-up lines. He never seems to settle on any particular girl. I have a hermit crab named Hawthorne, who doesn't get a lot of respect as a hermit crab, so he kind of wishes he were a great white shark. And then I'll introduce you to one more character, this guy, Ernest, who is basically a juvenile delinquent in a fish body.
Mijn personages zijn -- Mijn hoofdpersonage is een haai die Sherman heet. Hij is een witte haai. Ik heb een beetje met de traditie gebroken met Sherman. Ik wou dat meedogenloze roofdierimago niet gebruiken. Hij leeft gewoon zijn leventje. Hij is een soort Homer Simpson met vinnen. En zijn beste vriend is een zeeschildpad, zoals ik eerder zei, die Filmore heet. Hij gebruikt zijn wonderbaarlijke navigatievaardigheden om de oceaan te doorkruisen, op zoek naar een partner. Hij weet er ook wel te vinden, maar, geweldige navigatie, waardeloze versiertrucs. Hij lijkt nooit voor een bepaald meisje te kiezen. Ik heb een heremietkreeft die Hawthorne heet en die niet zoveel respect krijgt als heremietkreeft. Hij zou soms wel een grote witte haai willen zijn. Ik zal jullie nog een laatste personage voorstellen, deze kerel, Ernest, die eigenlijk een jeugddelinquent in een vissenlichaam is.
So with characters, you can make stories. Sometimes making a story is as easy as putting two characters in a room and seeing what happens. So, imagine a great white shark and a giant squid in the same bathroom. (Laughter) Or, sometimes I take them to places that people have never heard of because they're underwater. For instance, I took them skiing in the Mid-Atlantic Range, which is this range of mountains in the middle of the Atlantic. I've taken them to the Sea of Japan, where they met giant jellyfish. I've taken them camping in the kelp forests of California.
Met personages kun je verhalen maken. Soms houdt een verhaal maken niet meer in dan twee personages in een kamer zetten en kijken wat er gebeurt. Stel je een witte haai en een reuzeninktvis voor in dezelfde badkamer. (Gelach) Of, soms breng ik hen naar plaatsen waar mensen nog nooit van gehoord hebben omdat ze onder water zijn. Ik ben bijvoorbeeld met hen gaan skiën op de Mid-Atlantische Rug, een bergketen in het midden van de Atlantische Oceaan. Ik ben met hen naar de Japanse Zee geweest, waar ze reuzenkwallen tegenkwamen. Ik ben met hen gaan kamperen in de kelpwouden van Californië.
This next one here, I did a story on the census of marine life. And that was a lot of fun because, as most of you know, it's a real project we've heard about. But it was a chance for me to introduce readers to a lot of crazy undersea characters. So we start off the story with Ernest, who volunteers as a census taker. He goes down and he meets this famous anglerfish. Then he meets the yeti crab, the famous vampire squid -- elusive, hard to find -- and the Dumbo octopus, which looks so much like a cartoon in real life that really didn't have to change a thing when I drew it.
Deze hier, ik heb een verhaal gemaakt over de volkstelling van het zeeleven. Dat was heel leuk omdat het, zoals de meesten van jullie weten, een echt project is; we hebben ervan gehoord. Het was voor mij een kans om lezers kennis te laten maken met een heleboel gekke onderwaterpersonages. We beginnen het verhaal met Ernest, die zich vrijwillig aanbiedt als volksteller. Hij vertrekt en ontmoet de beroemde zeeduivel. Daarna ontmoet hij de "yeti-krab", de beroemde vampierinktvis -- moeilijk te vinden -- en de "Dombo-octopus", die al zo zeer op een stripfiguurtje lijkt dat ik er echt niks aan heb moeten veranderen toen ik hem tekende.
I did another story on marine debris. I was speaking to a lot of my friends in the conservation business, and they -- I asked them, "So what's one issue you would like everyone to know more about?" And they said -- this one friend of mine said, "I've got one word for you: plastic." And I told him, "Well, I need something a little sexier than that. Plastic just is not going to do it." We sort of worked things out. He wanted me to use words like polyvinyl chloride, which doesn't really work in voice balloons very well. I couldn't fit them in. So what I did was I made an adventure strip.
Een ander verhaal ging over zeeafval. Ik was aan het praten met een hoop vrienden die aan milieubeheer doen, en zij -- ik vroeg hen, "over welke kwestie zou je nu graag hebben dat iedereen meer weet?" En ze zeiden -- deze ene vriend van mij zei, "Ik heb één woord voor je: plastic." Ik zei tegen hem, "Ik heb iets nodig dat een beetje sexyer is. Plastic gaat gewoon niet werken." We hebben het samen een beetje uitgewerkt. Hij wou dat ik woorden gebruikte als polyvinylchloride, wat niet echt goed werkt in tekstballonnen. Ik kreeg ze niet ingepast. Dus maakte ik een avontuurverhaal.
Basically, this bottle travels a long way. What I'm trying to tell readers is that plastic doesn't really go away; it just continues to wash downstream. And a lot of it ends up washing into the ocean, which is a great story if you attach a couple characters to it, especially if they can't stand each other, like these two. So, I sent them to Boise, Idaho, where they dropped a plastic bottle into the Boise sewer system. And it ended up in the Boise River and then on to the Columbia River and then to the mouth of the Columbia and to the Pacific Ocean and then on to this place called the Great Pacific Garbage Patch -- which is this giant Pacific gyre in the North Pacific, where a lot of this plastic ends up floating around -- and then back onto the lagoon. So that was basically a buddy story with a plastic bottle following along. So a lot of people remember the plastic bottle anyway, but we really talked about marine debris and plastic in the course of that one.
In feite gaat het om een fles die een lange weg aflegt. Wat ik mijn lezers probeer te vertellen is dat plastic niet echt verdwijnt; het blijft gewoon stroomafwaarts stromen. En veel ervan stroomt uiteindelijk de oceaan in, wat een geweldig verhaal is als je er een paar personages aan vasthangt, zeker als ze elkaar niet kunnen uitstaan, zoals deze twee. Ik stuurde hen naar Boise, Idaho, waar ze een plastic fles in de riolering gooiden. Die belandde in de rivier de Boise en dan dreef ze verder naar de Columbia rivier, dan naar de monding van de Columbia en naar de Grote Oceaan en dan verder naar een plaats die de kunststofarchipel heet -- een grote ringvormige zeestroming in het noorden van de Grote Oceaan waar heel veel van dat plastic belandt en blijft ronddrijven -- en dan terug naar de lagune. Het was eigenlijk een verhaal over vriendschap vergezeld van een plastic fles. Veel mensen onthouden in ieder geval de plastic fles, maar we hebben het echt over zeeafval en plastic gehad in de loop van dat verhaal.
The third storyline I did about a year and a half ago was probably my most difficult. It was on shark finning, and I felt really strongly about this issue. And I felt like, since my main character was a shark, the comic strip was a perfect vehicle for telling the public about this. Now, finning is the act of taking a shark, cutting the valuable fins off and throwing the live animal back in the water. It's cruel, it's wasteful. There's nothing funny or entertaining about it, but I really wanted to take this issue on. I had to kill my main character, who is a shark.
Het derde verhaal dat ik schreef, ongeveer anderhalf jaar geleden, was waarschijnlijk het moeilijkste. Het ging over het afsnijden van haaienvinnen, en ik had echt een uitgesproken mening over die kwestie. Ik had het gevoel dat, omdat mijn hoofdpersonage een haai was, de strip een perfect middel was om de mensen hier iets over te vertellen. Nu, het bestaat eruit dat een haai wordt gevangen, zijn kostbare vinnen afgesneden worden en het levende dier terug in het water gesmeten wordt. Het is wreed, het is verspillend. Er is niks grappigs of vermakelijks aan, maar ik wou deze kwestie echt aanpakken. Ik moest mijn hoofdpersonage, een haai, vermoorden.
We start with Sherman in a Chinese restaurant, who gets a fortune that he's about to get caught by a trawler, which he does. And then he dies. He gets finned, and then he gets thrown overboard. Ostensibly, he's dead now. And so I killed a character that's been in the newspaper for 15 years. So I got a lot of reader feedback on that one. Meanwhile, the other characters are talking about shark fin soup. I do three or four strips after that where we explore the finning issue and the shark fin soup issue. Sherman's up in shark heaven. This is what I love about comic strips, you know. You really don't have to worry about the audience suspending its sense of disbelief because, if you start with a talking shark, readers pretty much check their disbelief at the door. You can kind of do anything. It becomes a near-death experience for Sherman. Meanwhile, Ernest finds his fins on the internet. There was a real website based in China that actually sold shark fins, so I kind of exposed that. And he clicks the "buy now" button. And voila, next-day air, they show up, and they surgically reattach them. I ended that series with a kind of a mail-in petition that encouraged our National Marine Fishery Service, to force other countries to have a stronger stance with shark management.
We beginnen in een Chinees restaurant met Sherman, die de voorspelling krijgt dat hij zometeen door een treiler gevangen zal worden, wat ook gebeurt. Dan gaat hij dood. Zijn vinnen worden afgesneden en hij wordt overboord gegooid. Hij is ogenschijnlijk dood nu. Ik had een personage vermoord dat al 15 jaar in de krant stond. Ik kreeg heel wat feedback van mijn lezers daarop. Ondertussen zijn de andere personages over haaienvinnensoep aan het praten. Daarna schrijf ik drie of vier strips waarin we diep ingaan op het afsnijden van vinnen en de haaienvinnensoep. Sherman zit boven in de haaienhemel. Dat vind ik zo heerlijk aan strips, weet je. Je hoeft je echt geen zorgen te maken over de bereidheid van het publiek om iets te geloven want, als je met een pratende haai begint, geloven lezers zowat alles. Je kunt min of meer alles doen. Het wordt een bijna-doodervaring voor Sherman. Ondertussen vindt Ernest zijn vinnen op het internet. Er was een echte website, gevestigd in China, die echt haaienvinnen verkocht, dat heb ik dus min of meer onthuld. Hij klikt op de "koop nu"-knop. En voilà, de volgende dag worden ze verstuurd, ze komen aan, en ze worden chirurgisch weer aangehecht. Ik eindigde die reeks met een soort van brievenpetitie die onze nationale dienst voor zeevisserij, de NMFS, gestimuleerd heeft om andere landen te dwingen een sterker standpunt in te nemen inzake haaienbeheer.
(Applause)
(Applaus)
Thanks. I'd like to end with a little metaphor here. I've been trying to think of a metaphor to represent Mission Blue, and this is what I came up with. Imagine you're in an enormous room, and it's as dark as a cave. And you can have anything in that room, anything you want, but you can't see anything. You've been given one tool, a hammer. So you wander around in the darkness, and you bump into something, and it feels like it's made of stone. It's big, it's heavy. You can't carry it away, so you bang it with your hammer, and you break off a piece. And you take the piece out into the daylight. And you see you have a beautiful piece of white alabaster. So you say to yourself, "Well, that's worth something." So you go back into the room, and you break this thing to pieces, and you haul it away. And you find other things, and you break that up, and you haul those away. And you're getting all kinds of cool stuff. And you hear other people doing the same thing. So you get this sense of urgency, like you need to find as much stuff as possible as soon as possible. And then some yells, "Stop!" And they turn up the lights. And you realize where you are; you're in the Louvre. And you've taken all this complexity and beauty, and you've turned it into a cheap commodity.
Bedankt. Ik zou graag eindigen met een kleine metafoor. Ik heb een metafoor proberen te bedenken om Mission Blue te beschrijven. Dit is wat ik bedacht heb. Beeld je in dat je in een enorme kamer bent, waar het zo donker is als in een grot. Je mag alles hebben in die kamer, alles wat je wil, maar je kunt niks zien. Je hebt één stuk gereedschap gekregen: een hamer. Je doolt rond in de duisternis, en je botst ergens tegenaan, en het voelt alsof het van steen is. Het is groot, het is zwaar. Je kunt het niet verplaatsen, dus sla je erop met je hamer, en je breekt er een stuk af. Je neemt dat stuk mee het daglicht in. Je ziet dat je een prachtig stuk wit albast hebt. Je zegt tegen jezelf, "Nou, dat is wel iets waard." Dus ga je de kamer terug in, en je slaat dat ding in stukken en je sleept het weg. Je vindt andere dingen, je slaat die in stukken en je sleept die weg. Je krijgt allerlei coole dingen. Je hoort andere mensen hetzelfde doen. Dus voel je je opgejut, alsof je zo snel mogelijk zoveel dingen als mogelijk moet vinden. Dan roept iemand, "Stop!" Het licht wordt aangedaan. Je beseft waar je bent; je bent in het Louvre. Je hebt al die complexiteit en schoonheid veranderd in een goedkope grondstof.
And that's what we're doing with the ocean. And part of what Mission Blue is about is yelling, "Stop!" so that each of us -- explorer, scientist, cartoonist, singer, chef -- can turn up the lights in their own way. And that's what I hope my comic strip does in a small way. That's why I like what I do.
Dat zijn we aan het doen met de oceaan. Waar Mission Blue deels om draait is "Stop!" roepen zodat elk van ons -- ontdekkingsreiziger, wetenschapper, striptekenaar, zanger, chef-kok -- op zijn eigen manier het licht aan kan doen. Dat hoop ik dat mijn strip op kleine schaal doet. Daarom doe ik graag wat ik doe.
Thanks for listening.
Bedankt voor jullie aandacht.
(Applause)
(Applaus)