I suspect that every aid worker in Africa comes to a time in her career when she wants to take all the money for her project — maybe it's a school or a training program — pack it in a suitcase, get on a plane flying over the poorest villages in the country, and start throwing that money out the window. Because to a veteran aid worker, the idea of putting cold, hard cash into the hands of the poorest people on Earth doesn't sound crazy, it sounds really satisfying.
Ik vermoed dat iedere hulpverleenster die in Afrika werkt, een punt bereikt waarop ze al het geld voor haar project, bv. voor scholen, bijeen wil rapen en in een koffer stoppen, dan in een vliegtuig stappen dat over de armste dorpen in het land vliegt, om daar dat geld uit het raam te gooien. Want ervaren hulpverleners vinden het idee om contant geld direct aan de armste mensen te geven helemaal niet gek. Het lijkt juist een goed idee. Zelf kreeg ik dit gevoel toen ik zo'n 10 jaar aan het werk was.
I had that moment right about the 10-year mark, and luckily, that's also when I learned that this idea actually exists, and it might be just what the aid system needs. Economists call it an unconditional cash transfer, and it's exactly that: It's cash given with no strings attached. Governments in developing countries have been doing this for decades, and it's only now, with more evidence and new technology that it's possible to make this a model for delivering aid. It's a pretty simple idea, right?
Gelukkig kwam ik er toen ook achter, dat dit idee al bestond. Misschien is het wel precies wat het hulpverleningssysteem nodig heeft. Economen noemen dit de onvoorwaardelijke overdracht van geld. Dat dekt de lading: het is geld dat gegeven wordt zonder voorwaarden. De overheden van ontwikkelingslanden doen dit al tientallen jaren. Nu we er meer over weten en de technologie het toelaat, kan dit een werkzaam model voor hulpverlening worden. Klinkt eenvoudig, toch? Waarom heb ik dan tien jaar lang al die andere dingen voor de armen gedaan?
Well, why did I spend a decade doing other stuff for the poor? Honestly, I believed that I could do more good with money for the poor than the poor could do for themselves. I held two assumptions: One, that poor people are poor in part because they're uneducated and don't make good choices; two is that we then need people like me to figure out what they need and get it to them. It turns out, the evidence says otherwise. In recent years, researchers have been studying what happens when we give poor people cash. Dozens of studies show across the board that people use cash transfers to improve their own lives. Pregnant women in Uruguay buy better food and give birth to healthier babies. Sri Lankan men invest in their businesses. Researchers who studied our work in Kenya found that people invested in a range of assets, from livestock to equipment to home improvements, and they saw increases in income from business and farming one year after the cash was sent. None of these studies found that people spend more on drinking or smoking or that people work less. In fact, they work more.
Ik dacht echt dat ik zelf meer kon doen met geld voor de armen dan zijzelf. Ik had twee vooroordelen: ten eerste, dat arme mensen ook arm zijn omdat ze slecht geschoold zijn en verkeerde beslissingen nemen. Ten tweede, dat mensen zoals ik ze dan aan de juiste spullen moeten helpen. Het blijkt dat het bewijs dit tegenspreekt. Onderzoekers hebben onderzocht wat er gebeurt met geld dat we aan armen geven. Uit tientallen studies blijkt dat mensen het ontvangen geld gebruiken om hun eigen leven te verbeteren. Zwangere vrouwen in Uruguay kopen gezonder eten en krijgen gezondere baby's. Mannen in Sri Lanka investeren in hun bedrijf. Onderzoekers naar ons werk in Kenia, merkten dat mensen breed investeerden. Dat kan vee zijn, werktuigen of aanpassingen aan het huis. Ook zagen ze een stijging van het inkomen, door handel en landbouw, binnen een jaar nadat er geld was gegeven. Uit geen van deze studies blijkt dat er meer werd gerookt of gedronken of dat mensen minder hard gingen werken. Mensen gingen zelfs harder werken. Dit zijn natuurlijk allemaal materiële behoeftes.
Now, these are all material needs. In Vietnam, elderly recipients used their cash transfers to pay for coffins. As someone who wonders if Maslow got it wrong, I find this choice to prioritize spiritual needs deeply humbling. I don't know if I would have chosen to give food or equipment or coffins, which begs the question: How good are we at allocating resources on behalf of the poor? Are we worth the cost? Again, we can look at empirical evidence on what happens when we give people stuff of our choosing. One very telling study looked at a program in India that gives livestock to the so-called ultra-poor, and they found that 30 percent of recipients had turned around and sold the livestock they had been given for cash. The real irony is, for every 100 dollars worth of assets this program gave someone, they spent another 99 dollars to do it. What if, instead, we use technology to put cash, whether from aid agencies or from any one of us directly into a poor person's hands. Today, three in four Kenyans use mobile money, which is basically a bank account that can run on any cell phone. A sender can pay a 1.6 percent fee and with the click of a button send money directly to a recipient's account with no intermediaries. Like the technologies that are disrupting industries in our own lives, payments technology in poor countries could disrupt aid. It's spreading so quickly that it's possible to imagine reaching billions of the world's poor this way.
Maar in Vietnam hebben oudere ontvangers het geld gebruikt voor doodkisten. Ikzelf heb twijfels over Maslows piramide. Dus vind ik deze keuze voor spiritualiteit iets om over na te denken. Ik weet niet of ik zelf voedsel, werktuigen of doodkisten zou geven. Wat dus de volgende vraag oproept: hoe goed kunnen wij bepalen wat de armen nodig hebben? Zijn wij ons geld wel waard? Ook daarvoor kunnen we kijken naar het empirisch bewijs. Wat gebeurt er als wij bepalen wat mensen krijgen? Een opvallende studie keek naar een programma in India. Daar werd vee gegeven aan zogenaamde extreem-armen. Ze merkten dat zo'n 30 procent van de ontvangers het vee hadden verkocht. Om contant geld te krijgen. Maar de echte ironie komt nog: voor iedere 100 dollar aan activa die het programma uitreikte, gaven ze nog eens 99 dollar uit aan kosten. Als we nu eens technologie zouden gebruiken om geld, van hulporganisaties of van wie dan ook, direct aan de armen te geven. Een op de drie Kenianen maakt al gebruik van mobiel geld. Dat is eigenlijk gewoon een bankrekening die op elke mobiele telefoon werkt. Een verzender betaalt een tarief van 1,6% en met een druk op de toets gaat het geld direct naar de rekening van de ontvanger, zonder tussenpersoon. Net zoals technologie onze manier van zaken doen heeft ondermijnd, kan het betaalsysteem in arme landen het werk van hulporganisaties ondermijnen. De technologie verspreidt zich zo snel dat je zo miljarden armen kunt bereiken. Bij GiveDirectly zijn we hiermee begonnen.
That's what we've started to do at GiveDirectly. We're the first organization dedicated to providing cash transfers to the poor. We've sent cash to 35,000 people across rural Kenya and Uganda in one-time payments of 1,000 dollars per family. So far, we've looked for the poorest people in the poorest villages, and in this part of the world, they're the ones living in homes made of mud and thatch, not cement and iron. So let's say that's your family. We show up at your door with an Android phone. We'll get your name, take your photo and a photo of your hut and grab the GPS coordinates. That night, we send all the data to the cloud, and each piece gets checked by an independent team using, for one example, satellite images. Then, we'll come back, we'll sell you a basic cell phone if you don't have one already, and a few weeks later, we send money to it. Something that five years ago would have seemed impossible we can now do efficiently and free of corruption.
We zijn de eerste organisatie die direct contant geld naar de armen stuurt. We hebben al geld gestuurd naar 35.000 mensen op het platteland in Kenia en Oeganda. 1.000 dollar in één keer per gezin. We hebben gezocht naar de armste mensen in de armste dorpen. Zij wonen daar in huizen van modder en stro, niet cement en ijzer. Stel dat dat jouw gezin is. We komen aan de deur met een Android-telefoon. We nemen je naam op en maken een foto van jou en van je hut met de GPS-coördinaten erbij. Die avond wordt alles in de cloud geladen. Alle informatie wordt gecontroleerd door een onafhankelijk team. Bijvoorbeeld door het gebruik van satellietbeelden. Dan komen we terug en verkopen je een eenvoudige mobiele telefoon, als je die nog niet hebt. En een paar weken later sturen we geld naar die telefoon. Iets wat vijf jaar geleden nog onmogelijk leek, kunnen we nu efficiënt en corruptievrij doen.
The more cash we give to the poor, and the more evidence we have that it works, the more we have to reconsider everything else we give. Today, the logic behind aid is too often, well, we do at least some good. When we're complacent with that as our bar, when we tell ourselves that giving aid is better than no aid at all, we tend to invest inefficiently, in our own ideas that strike us as innovative, on writing reports, on plane tickets and SUVs. What if the logic was, will we do better than cash given directly? Organizations would have to prove that they're doing more good for the poor than the poor can do for themselves. Of course, giving cash won't create public goods like eradicating disease or building strong institutions, but it could set a higher bar for how we help individual families improve their lives.
Door al het geld dat we aan de armen geven en we zien dat dat echt werkt, moeten we gaan nadenken over al die andere dingen die we geven. Tegenwoordig is de logica achter hulpverlening te vaak: nou ja, we doen tenminste iets goeds. Als we achterover leunen en dat als ons doel stellen, als we onszelf wijsmaken dat hulpverlenen beter is dan helemaal geen hulp, dan besteden we ons geld verkeerd: aan plannen die we innovatief vinden, aan het schrijven van rapporten, aan vliegtickets en terreinwagens. Wat als het idee is dat dat beter is dan direct geld geven? Dan moeten we bewijzen dat we meer doen voor de armen, dan zij dat zelf kunnen. Natuurlijk komt van direct geld geven geen algemene verbetering, zoals ziektebestrijding of sterke instellingen. Maar we kunnen wel hogere eisen stellen aan de hulp die we gezinnen geven om hun leefomstandigheden te verbeteren.
I believe in aid. I believe most aid is better than just throwing money out of a plane. I am also absolutely certain that a lot of aid today isn't better than giving directly to the poor. I hope that one day, it will be.
Ik geloof in hulpverlening. Hulpverlening is meestal beter dan gewoon geld uit een vliegtuig strooien. Maar ik ben er ook van overtuigd dat veel van de hedendaagse hulpverlening niet beter is dan direct geld aan armen geven. Maar hopelijk komt dat nog.
Thank you.
Dank je wel.
(Applause)