Frank Gehry: I listened to this scientist this morning. Dr. Mullis was talking about his experiments, and I realized that I almost became a scientist. When I was 14 my parents bought me a chemistry set and I decided to make water. (Laughter) So, I made a hydrogen generator and I made an oxygen generator, and I had the two pipes leading into a beaker and I threw a match in. (Laughter) And the glass -- luckily I turned around -- I had it all in my back and I was about 15 feet away. The wall was covered with ... I had an explosion.
Frank Gehry: Ik luisterde eerder vanmorgen naar een wetenschapper. Dr. Mullis vertelde over zijn experimenten en ik realiseerde me dat ik bijna wetenschapper was geworden. Toen ik 14 was kochten mijn ouders een scheikundedoos voor me en ik besloot om water te maken. (Gelach) Dus ik maakte een waterstofaggregaat en een zuurstofaggregaat en er liepen twee pijpjes naar een beker en ik gooide er een lucifer in. (Gelach) Het glas... gelukkig had ik me omgedraaid, mijn rug zat eronder, ik stond er zo'n 5 meter vandaan. De muur zat onder de... Het was ontploft.
Richard Saul Wurman: Really?
Voorbijgangers kwamen kijken of alles wel goed was.
FG: People on the street came and knocked on the door to see if I was okay. RSW: ... huh. (Laughter)
Richard Saul Wurman: ... huh. (Gelach)
I'd like to start this session again. The gentleman to my left is the very famous, perhaps overly famous, Frank Gehry. (Laughter) (Applause) And Frank, you've come to a place in your life, which is astonishing. I mean it is astonishing for an artist, for an architect, to become actually an icon and a legend in their own time. I mean you have become, whether you can giggle at it because it's a funny ... you know, it's a strange thought, but your building is an icon -- you can draw a little picture of that building, it can be used in ads -- and you've had not rock star status, but celebrity status in doing what you wanted to do for most of your life. And I know the road was extremely difficult. And it didn't seem, at least, that your sell outs, whatever they were, were very big. You kept moving ahead in a life where you're dependent on working for somebody. But that's an interesting thing for a creative person. A lot of us work for people; we're in the hands of other people. And that's one of the great dilemmas -- we're in a creativity session -- it's one of the great dilemmas in creativity: how to do work that's big enough and not sell out. And you've achieved that and that makes your win doubly big, triply big. It's not quite a question but you can comment on it. It's a big issue.
Ik zou dit gesprek graag opnieuw beginnen. De man links van mij is heel beroemd, misschien wel te beroemd: Frank Gehry. (Gelach) (Applaus) Frank, je hebt een punt in je leven bereikt... wonderbaarlijk! Ik bedoel, het is wonderbaarlijk dat een kunstenaar, een architect, een icoon en een legende is terwijl hij nog leeft. Ik bedoel, lach er maar om, het is een vreemde gedachte misschien, maar jouw gebouw is een icoon. Je kunt er een plaatje van tekenen, het in reclames gebruiken... Je bent niet beroemd zoals een rockster, maar bent wel beroemd geworden door te doen wat je het allerliefste wou. Ik weet dat het een hele lange weg was. Maar jouw nederlagen, wat ze ook waren, leken nooit erg groot. Je bleef doorgaan in een leven waarin je afhankelijk bent van iemand om voor te werken. Dat is niet eenvoudig in een artistiek beroep. Velen van ons werken voor anderen; we zijn in andermans handen. Dat is een van de grote dilemma's -- deze sessie gaat over creativiteit -- het is een van de grote dilemma's rond creativiteit: hoe kan je imposant werk maken zonder artistiek concessies te doen? Dat is jou gelukt en dat maakt jouw succes twee, drie keer zo groot. Geen echte vraag, maar je mag er wel op reageren. Het is een belangrijk punt.
FG: Well, I've always just ... I've never really gone out looking for work. I always waited for it to sort of hit me on the head. And when I started out, I thought that architecture was a service business and that you had to please the clients and stuff. And I realized when I'd come into the meetings with these corrugated metal and chain link stuff, and people would just look at me like I'd just landed from Mars. But I couldn't do anything else. That was my response to the people in the time. And actually, it was responding to clients that I had who didn't have very much money, so they couldn't afford very much. I think it was circumstantial.
FG: Nou, ik heb altijd gewoon... Ik ben nooit echt op zoek gegaan naar werk. Ik heb altijd gewacht tot het naar me toe kwam. Toen ik begon, dacht ik dat een architect een dienstverlener was en dat je het de klanten naar de zin moest maken en zo. Ik had wel in de gaten dat als ik naar die vergaderingen kwam met golfplaten en staaldraad en zo, dat mensen me aankeken alsof ik van een andere planeet kwam. Maar ik kon niets anders. Zo reageerde ik toen. Eigenlijk was het een reactie op de klanten die ik toen had, die weinig geld hadden en zich dus niet veel konden permitteren. De omstandigheden waren nu eenmaal zo.
Until I got to my house, where the client was my wife. We bought this tiny little bungalow in Santa Monica and for like 50 grand I built a house around it. And a few people got excited about it. I was visiting with an artist, Michael Heizer, out in the desert near Las Vegas somewhere. He's building this huge concrete place. And it was late in the evening. We'd had a lot to drink. We were standing out in the desert all alone and, thinking about my house, he said, "Did it ever occur to you if you built stuff more permanent, somewhere in 2000 years somebody's going to like it?" (Laughter) So, I thought, "Yeah, that's probably a good idea." Luckily I started to get some clients that had a little more money, so the stuff was a little more permanent. But I just found out the world ain't going to last that long, this guy was telling us the other day. So where do we go now? Back to -- everything's so temporary.
Totdat ik mijn eigen huis kocht en mijn vrouw de klant was. We hadden een heel klein bungalowtje gekocht in Santa Monica en voor 50.000 dollar of zo bouwde ik er een huis omheen. Een paar mensen raakten enthousiast. Ik was op bezoek bij een kunstenaar, Michael Heizer, ergens in de woestijn bij Las Vegas. Hij was een enorm betonnen gebouw aan het bouwen. Het was 's avonds laat. We hadden veel gedronken. We stonden daar midden in de woestijn en denkend aan mijn huis, zei hij: "Heb je er ooit aan gedacht dat als je duurzamer zou bouwen, over 2.000 jaar of zo iemand het misschien wel mooi vindt? (Gelach) Dus ik dacht: "Ja, dat is wel een goed idee." Gelukkig begon ik klanten te krijgen die wat meer geld hadden, dus de dingen werden ook wat duurzamer. Maar ik hoorde dat de wereld niet zo lang mee zal gaan, dat vertelde iemand me laatst. Dus wat nu? Terug bij: alles is zo tijdelijk.
I don't see it the way you characterized it. For me, every day is a new thing. I approach each project with a new insecurity, almost like the first project I ever did, and I get the sweats, I go in and start working, I'm not sure where I'm going -- if I knew where I was going, I wouldn't do it. When I can predict or plan it, I don't do it. I discard it. So I approach it with the same trepidation. Obviously, over time I have a lot more confidence that it's going to be OK. I do run a kind of a business -- I've got 120 people and you've got to pay them, so there's a lot of responsibility involved -- but the actual work on the project is with, I think, a healthy insecurity.
Ik zie het niet zoals jij het zojuist omschreef. Voor mij is elke dag iets nieuws. Ik benader elk project met nieuwe onzekerheid, bijna zoals mijn allereerste project... Het zweet breekt me uit, ik begin, maar weet niet precies wat het wordt; als ik dat precies wist, dan zou ik het niet doen. Als ik alles kan voorzien en plannen, dan doe ik het niet. Dan wijs ik het af. Dus ik benader het met dezelfde aarzeling. Natuurlijk heb ik na al die jaren wel veel meer vertrouwen dat het wel goed komt. Ik run eigenlijk wel een bedrijf... Ik werk met 120 mensen en die moet ik betalen, dat is wel een grote verantwoordelijkheid. Maar het echte werken aan een project doe ik, denk ik, met een gezonde onzekerheid.
And like the playwright said the other day -- I could relate to him: you're not sure. When Bilbao was finished and I looked at it, I saw all the mistakes, I saw ... They weren't mistakes; I saw everything that I would have changed and I was embarrassed by it. I felt an embarrassment -- "How could I have done that? How could I have made shapes like that or done stuff like that?" It's taken several years to now look at it detached and say -- as you walk around the corner and a piece of it works with the road and the street, and it appears to have a relationship -- that I started to like it.
Zoals die toneelschrijver laatst zei -- ik herkende me daarin -- je weet nooit of het helemaal goed is. Toen Bilbao af was, keek ik ernaar, ik zag alle fouten, ik zag... Het waren geen fouten. Ik zag alles wat ik graag anders wou en ik schaamde me ervoor. Ik dacht: "Hoe heb ik dat nou kunnen doen? Hoe heb ik nou zulke vormen of dit of dat zo kunnen doen?" Ik heb er een aantal jaren over gedaan om het wat afstandelijker te kunnen zien. Als ik dan de hoek omging en zag hoe een stukje van het gebouw er goed uitzag in combinatie met de straat, dat er een relatie met de omgeving te zien was,
RSW: What's the status of the New York project?
toen begon ik het mooi te vinden.
FG: I don't really know. Tom Krens came to me with Bilbao and explained it all to me, and I thought he was nuts. I didn't think he knew what he was doing, and he pulled it off. So, I think he's Icarus and Phoenix all in one guy. (Laughter) He gets up there and then he ... comes back up. They're still talking about it. September 11 generated some interest in moving it over to Ground Zero, and I'm totally against that. I just feel uncomfortable talking about or building anything on Ground Zero I think for a long time.
RSW: Hoe gaat het project in New York? FG: Dat weet ik eigenlijk niet. Tom Krens benaderde me voor Bilbao en hij vertelde me erover, en ik dacht dat hij helemaal gek was. Ik dacht: hij weet niet wat hij doet, maar hij maakte het tot een succes. Volgens mij is hij Icarus en een feniks in één. (Gelach) Hij rijst op en dan... keert hij weer terug. Ze hebben het er nog steeds over. Na 11 september kwam er het idee voor een gebouw op Ground Zero, maar daar ben ik heel erg tegen. Ik vind het gewoon niet prettig om over Ground Zero te praten of er iets te bouwen, dat zal nog lang duren, denk ik.
RSW: The picture on the screen, is that Disney?
RSW: De foto op het scherm, is dat Disney?
FG: Yeah.
FG: Ja.
RSW: How much further along is it than that, and when will that be finished?
RSW: Hoever is dat nu, en wanneer is het af?
FG: That will be finished in 2003 -- September, October -- and I'm hoping Kyu, and Herbie, and Yo-Yo and all those guys come play with us at that place. Luckily, today most of the people I'm working with are people I really like. Richard Koshalek is probably one of the main reasons that Disney Hall came to me. He's been a cheerleader for quite a long time. There aren't many people around that are really involved with architecture as clients. If you think about the world, and even just in this audience, most of us are involved with buildings. Nothing that you would call architecture, right? And so to find one, a guy like that, you hang on to him. He's become the head of Art Center, and there's a building by Craig Ellwood there. I knew Craig and respected him. They want to add to it and it's hard to add to a building like that -- it's a beautiful, minimalist, black steel building -- and Richard wants to add a library and more student stuff and it's a lot of acreage. I convinced him to let me bring in another architect from Portugal: Alvaro Siza.
FG: Dat wordt opgeleverd in 2003, september, oktober... en ik hoop dat Kyu, Herbie en Yo-Yo en al die sterren daar zullen komen optreden. Gelukkig werk ik nu veelal met mensen die ik heel graag mag. Richard Koshalek is denk ik een van de belangrijkste redenen dat Disney Hall bij mij terecht kwam. Hij is best al lang een echte fan. Je krijgt meestal niet veel klanten die echt betrokken zijn bij architectuur. Als je denkt aan de wereld, of zelfs alleen maar dit publiek, dan zijn de meesten van ons betrokken bij gebouwen, maar niet echt bij architectuur, toch? Dus als je iemand zoals hem vindt, dan laat je hem niet meer gaan. Hij was hoofd van het Art Center [College of Design], en daar staat een gebouw van Craig Ellwood. Ik kende Craig en bewonderde hem. Ze wilden er iets bij bouwen, maar dat is moeilijk bij zo'n gebouw. Het is een prachtig, minimalistisch gebouw van zwart staal en Richard wou een bibliotheek en allerlei studentenvoorzieningen erbij bouwen. Het is een grote lap grond. Ik zei dat ik er een tweede architect bij wilde, uit Portugal: Alvaro Siza.
RSW: Why did you want that?
RSW: Waarom wou je dat?
FG: I knew you'd ask that question.
FG: Ik wist dat je dat zou vragen.
It was intuitive. (Laughter)
Mijn intuïtie. (Gelach)
Alvaro Siza grew up and lived in Portugal and is probably considered the Portuguese main guy in architecture. I visited with him a few years ago and he showed me his early work, and his early work had a resemblance to my early work. When I came out of college, I started to try to do things contextually in Southern California, and you got into the logic of Spanish colonial tile roofs and things like that. I tried to understand that language as a beginning, as a place to jump off, and there was so much of it being done by spec builders and it was trivialized so much that it wasn't ... I just stopped. I mean, Charlie Moore did a bunch of it, but it didn't feel good to me. Siza, on the other hand, continued in Portugal where the real stuff was and evolved a modern language that relates to that historic language. And I always felt that he should come to Southern California and do a building. I tried to get him a couple of jobs and they didn't pan out. I like the idea of collaboration with people like that because it pushes you. I've done it with Claes Oldenburg and with Richard Serra, who doesn't think architecture is art. Did you see that thing? RSW: No. What did he say?
Alvaro Siza groeide op en woonde in Portugal en hij wordt, denk ik, beschouwd als de belangrijkste Portugese architect. Ik ging een paar jaar geleden bij hem op bezoek. Hij liet me zijn vroege werk zien en zijn vroege werk leek een beetje op mijn vroege werk. Toen ik net was afgestudeerd, probeerde ik in Zuid-Californië contextueel te werken en toen kreeg ik te maken met Spaans koloniale dakpannen en dat soort dingen. Ik probeerde die taal te begrijpen als een beginpunt, als een plaats om vanaf te vertrekken. Maar dit werd al zoveel gedaan door ontwikkelaars en het werd zo onbeduidend dat het... Ik ben er gewoon mee opgehouden. Charlie Moore deed het best veel, maar voor mij voelde het niet goed. Siza daarentegen, ging er mee door in Portugal, waar het authentiek was. Hij ontwikkelde een moderne taal die verbonden is met die historische taal. Ik heb altijd gedacht dat hij eens naar Zuid-Californië moest komen om iets te bouwen. Ik had al een paar keer geprobeerd iets te regelen, zonder succes. Ik wil graag met zulke mensen samenwerken, omdat het je uitdaagt. Ik had dat ook met Claes Oldenburg en met Richard Serra, die vindt dat architectuur geen kunst is. Heb je dat gezien? RSW: Nee, wat zei hij?
FG: He calls architecture "plumbing." (Laughter)
FG: Hij noemt architectuur 'loodgieten'. (Gelach)
FG: Anyway, the Siza thing. It's a richer experience. It must be like that for Kyu doing things with musicians -- it's similar to that I would imagine -- where you ... huh?
FG: In ieder geval, dat met Siza; het is een rijkere ervaring. Zo is het denk ik ook voor Kyu als hij samenwerkt met andere muzikanten. Zoiets is het denk ik, waarbij je...
Audience: Liquid architecture.
Publiek: Liquid [funk] architectuur.
FG: Liquid architecture. (Laughter) Where you ... It's like jazz: you improvise, you work together, you play off each other, you make something, they make something. And I think for me, it's a way of trying to understand the city and what might happen in the city.
FG: Liquid architectuur. Waarbij je... Het is als jazz: je improviseert, je werkt samen, je vult elkaar aan, je maakt iets, zij maken iets. Ik denk dat... Voor mij is het een manier om de stad te begrijpen
RSW: Is it going to be near the current campus? Or is it going to be down near ...
en wat er in de stad zou kunnen gebeuren. RSW: Komt het dichtbij de bestaande campus?
FG: No, it's near the current campus. Anyway, he's that kind of patron. It's not his money, of course. (Laughter)
Of verderop bij... FG: Nee, het is dichtbij de huidige campus. In ieder geval, hij is zo'n soort sponsor. Niet zijn eigen geld natuurlijk.
RSW: What's his schedule on that?
(Gelach)
FG: I don't know. What's the schedule, Richard? Richard Koshalek: [Unclear] starts from 2004.
RSW: Aan wat voor tijdsbestek denkt hij? FG: Dat weet ik niet. Wat is het schema, Richard?
FG: 2004.
Richard Koshalek: Het begint in 2004.
You can come to the opening. I'll invite you. No, but the issue of city building in democracy is interesting because it creates chaos, right? Everybody doing their thing makes a very chaotic environment, and if you can figure out how to work off each other -- if you can get a bunch of people who respect each other's work and play off each other, you might be able to create models for how to build sections of the city without resorting to the one architect. Like the Rockefeller Center model, which is kind of from another era.
FG: 2004. Kom maar naar de opening, ik zal je uitnodigen. Maar stedenbouw in democratische landen is een interessant gegeven, want het schept chaos, toch? Als iedereen maar zijn eigen ding doet, krijg je een heel chaotische omgeving, maar als je erachter kunt komen hoe je elkaar kunt aanvullen... Als je een paar mensen bij elkaar kunt krijgen die elkaars werk respecteren en die elkaar stimuleren, dan kan je misschien een model bedenken waarmee je wijken van de stad bouwt zonder dat je alles door één architect laat doen, zoals het Rockefeller Center,
RSW: I found the most remarkable thing. My preconception of Bilbao was this wonderful building, you go inside and there'd be extraordinary spaces. I'd seen drawings you had presented here at TED. The surprise of Bilbao was in its context to the city. That was the surprise of going across the river, of going on the highway around it, of walking down the street and finding it. That was the real surprise of Bilbao.
dat eigenlijk een beetje van een ander tijdperk is. RSW: Weet je wat ik zo bijzonder vond? Ik stelde me Bilbao voor als een prachtig gebouw met van die weergaloze ruimtes; ik kende de tekeningen van toen jij ze hier bij TED liet zien. Het verrassende van Bilbao zat hem in de context met de stad. Het verrassende zat hem in het over de rivier gaan, over de rondweg rijden, door de straten wandelen, en dan het gebouw opeens vinden.
FG: But you know, Richard, most architects when they present their work -- most of the people we know, you get up and you talk about your work, and it's almost like you tell everybody you're a good guy by saying, "Look, I'm worried about the context, I'm worried about the city, I'm worried about my client, I worry about budget, that I'm on time." Blah, blah, blah and all that stuff. And it's like cleansing yourself so that you can ... by saying all that, it means your work is good somehow. And I think everybody -- I mean that should be a matter of fact, like gravity. You're not going to defy gravity. You've got to work with the building department. If you don't meet the budgets, you're not going to get much work. If it leaks -- Bilbao did not leak. I was so proud. (Laughter) The MIT project -- they were interviewing me for MIT and they sent their facilities people to Bilbao. I met them in Bilbao. They came for three days.
Dat was de echte verrassing van Bilbao. FG: Maar Richard, als architecten hun werk presenteren, de meeste mensen die wij kennen... Je staat daar en vertelt over je werk, en het lijkt wel alsof je iedereen ervan moet overtuigen dat je een goede vent bent door te zeggen: "Kijk, ik denk aan de context, ik denk aan de stad, ik denk aan mijn klant, aan het budget, en dat het op tijd is." Bla, bla, bla enzovoort. Het is alsof je jezelf moet zuiveren zodat je... Door dat allemaal te zeggen weet men dat je werk goed is. Ik denk dat iedereen... Het zou vanzelfsprekend moeten zijn, zoals zwaartekracht. Zwaartekracht, die tart je niet. Je móet met de afdeling bouwen samenwerken. Als je je niet aan het budget houdt, dan krijg je niet veel werk. Als het lekt... Bilbao had geen lekkage. Ik was zo trots. (Gelach) Ik had een gesprek over het MIT [TU Massachusetts] project, dus ze stuurden hun bestuurders naar Bilbao. Ik ontmoette ze in Bilbao. Ze kwamen voor drie dagen.
RSW: This is the computer building?
RSW: Dat computergebouw?
FG: Yeah, the computer building. They were there three days and it rained every day and they kept walking around -- I noticed they were looking under things and looking for things, and they wanted to know where the buckets were hidden, you know? People put buckets out ... I was clean. There wasn't a bloody leak in the place, it was just fantastic. But you've got to -- yeah, well up until then every building leaked, so this ... (Laughter)
FG: Ja. Die drie dagen regende het onophoudelijk. Die mensen van MIT liepen maar rond, ze keken overal onder en waren op zoek naar iets. Ze wilden weten waar de teiltjes verstopt waren, of mensen teiltjes hadden... Het was niet nodig. Er was geen enkel lek te vinden, het was fantastisch. Maar je moet wel... Ja, tot dan toe had elk gebouw lekkage, dus dit... (Gelach)
RSW: Frank had a sort of ...
RSW: Frank had een beetje...
FG: Ask Miriam!
FG: Vraag Miriam maar!
RW: ... sort of had a fame. His fame was built on that in L.A. for a while. (Laughter)
RSW: ...had een beetje een naam opgebouwd. Daarom was hij zo beroemd in Los Angeles. (Gelach)
FG: You've all heard the Frank Lloyd Wright story, when the woman called and said, "Mr. Wright, I'm sitting on the couch and the water's pouring in on my head." And he said, "Madam, move your chair." (Laughter) So, some years later I was doing a building, a little house on the beach for Norton Simon, and his secretary, who was kind of a hell on wheels type lady, called me and said, "Mr. Simon's sitting at his desk and the water's coming in on his head." And I told her the Frank Lloyd Wright story.
FG: Jullie kennen natuurlijk het Frank Lloyd Wright verhaal: er belt een vrouw op en ze zegt: "Meneer Wright, ik zit op de bank en er druipt water op mijn hoofd." Waarop hij zei: "Mevrouw, ga ergens anders zitten." (Gelach) Wat later was ik bezig met een bouwproject, een strandhuisje voor Norton Simon, en zijn secretaresse, een beetje zo'n type uit [de tv-serie] 'Hell on Wheels', belde me op en zei: "Mr. Simon zit aan zijn bureau en er druipt water op zijn hoofd." Ik vertelde haar het Frank Lloyd Wright verhaal.
RSW: Didn't get a laugh.
RSW: Niet grappig.
FG: No. Not now either. (Laughter)
FG: Nee, en nog steeds niet. (Gelach)
But my point is that ... and I call it the "then what?" OK, you solved all the problems, you did all the stuff, you made nice, you loved your clients, you loved the city, you're a good guy, you're a good person ... and then what? What do you bring to it? And I think that's what I've always been interested in, is that -- which is a personal kind of expression. Bilbao, I think, shows that you can have that kind of personal expression and still touch all the bases that are necessary of fitting into the city. That's what reminded me of it. And I think that's the issue, you know; it's the "then what" that most clients who hire architects -- most clients aren't hiring architects for that. They're hiring them to get it done, get it on budget, be polite, and they're missing out on the real value of an architect.
Maar mijn punt is... en ik noem dit de 'en dan?' Je hebt alle problemen opgelost, je hebt alles gedaan, je hebt het mooi gemaakt, hield van je klanten, hield van de stad, je bent een goede vent, een goed mens... En dan? Wat voeg jij toe? Dat heeft mij nou altijd geïnteresseerd en dat is de persoonlijke invulling. Bilbao laat zien dat je een persoonlijke invulling kan geven zonder de basiselementen uit het oog te verliezen, zodat het in de stad past. Daar moest ik aan denken. En dat is denk ik het punt: het 'en dan?' dat de meeste klanten... De meeste klanten nemen daar geen architect voor. Ze willen architecten die het werk gedaan krijgen, die binnen het budget blijven, die beleefd zijn, maar ze krijgen niet de echte toegevoegde waarde van een architect.
RSW: At a certain point a number of years ago, people -- when Michael Graves was a fashion, before teapots ...
RSW: Op een gegeven moment, een paar jaar geleden, toen Michael Graves in was, voordat de theepotten kwamen...
FG: I did a teapot and nobody bought it. (Laughter)
FG: Ik heb een theepot ontworpen en niemand kocht hem. (Gelach)
RSW: Did it leak?
RSW: Lekte hij?
FG: No. (Laughter)
FG: Nee. (Gelach)
RSW: ... people wanted a Michael Graves building. Is that a curse, that people want a Bilbao building?
RSW: ... mensen wilden een Michael Graves gebouw. Is dat een vloek, dat mensen een Bilbao-gebouw willen?
FG: Yeah. Since Bilbao opened, which is now four, five years, both Krens and I have been called with at least 100 opportunities -- China, Brazil, other parts of Spain -- to come in and do the Bilbao effect. And I've met with some of these people. Usually I say no right away, but some of them come with pedigree and they sound well-intentioned and they get you for at least one or two meetings. In one case, I flew all the way to Malaga with a team because the thing was signed with seals and various very official seals from the city, and that they wanted me to come and do a building in their port. I asked them what kind of building it was. "When you get here we'll explain it." Blah, blah, blah. So four of us went. And they took us -- they put us up in a great hotel and we were looking over the bay, and then they took us in a boat out in the water and showed us all these sights in the harbor. Each one was more beautiful than the other. And then we were going to have lunch with the mayor and we were going to have dinner with the most important people in Malaga. Just before going to lunch with the mayor, we went to the harbor commissioner. It was a table as long as this carpet and the harbor commissioner was here, and I was here, and my guys. We sat down, and we had a drink of water and everybody was quiet. And the guy looked at me and said, "Now what can I do for you, Mr. Gehry?" (Laughter)
FG: Ja. Sinds de opening van Bilbao, nu vier, vijf jaar geleden, zijn Krens en ik minstens 100 keer gebeld met aanbiedingen... China, Brazilië, andere delen van Spanje... Ze wilden allemaal het Bilbao-effect. Ik heb een paar van die mensen ontmoet. Meestal zeg ik meteen 'nee', maar sommige mensen hebben een goede naam en ze klinken serieus, die krijgen je meestal wel voor een of twee gesprekken. Ik ben een keer met een team helemaal naar Malaga gevlogen omdat dat project zo geheim was met allerlei heel officiële stempels van de gemeente... Ze wilden een gebouw in de haven. Ik vroeg om wat voor gebouw het ging. "We leggen het uit als je hier bent," bla, bla, bla. Dus we gingen er met z'n vieren naar toe. Ze ontvingen ons, ze hadden een mooi hotel voor ons geboekt en we keken uit over de baai. En toen namen ze ons mee op een boottochtje en lieten ons alle bezienswaardigheden in de haven zien; de ene nog mooier dan de andere. Daarna zouden we gaan lunchen met de burgemeester en er zou een diner zijn met de belangrijkste mensen van Malaga. Vlak voor de lunch met de burgemeester gingen we naar een commissaris van het havenbedrijf. Er stond een tafel zo lang als dit tapijt en de commissaris zat hier, en mijn collega's en ik zaten hier. We gingen zitten, namen een slok water en niemand zei iets. Die man keek me aan en zei: "Wat kan ik voor u doen, meneer Gehry?" (Gelach)
RSW: Oh, my God. FG: So, I got up. I said to my team, "Let's get out of here." We stood up, we walked out. They followed -- the guy that dragged us there followed us and he said, "You mean you're not going to have lunch with the mayor?" I said, "Nope." "You're not going to have dinner at all?" They just brought us there to hustle this group, you know, to create a project. And we get a lot of that. Luckily, I'm old enough that I can complain I can't travel. (Laughter) I don't have my own plane yet.
RSW: Oh jee. FG: Dus ik stond op. Ik zei tegen mijn team: "Kom op, we gaan." We stonden op en vertrokken. De man die ons daar naartoe had gesleept kwam ons achterna en zei: "Ga je niet naar de lunch?" Ik zei: "Nee." "Ga je helemaal niet eten?" Ze hadden ons alleen maar over laten komen, zodat zij een groepje konden maken om een project te creëren. Dat gebeurt veel. Gelukkig ben ik nu oud genoeg, dus ik kan altijd zeggen dat ik niet meer kan reizen. (Gelach) Ik heb nog geen eigen vliegtuig.
RSW: Well, I'm going to wind this up and wind up the meeting because it's been very long. But let me just say a couple words.
RSW: Ik ga dit afronden en het gesprek afronden, want het heeft lang geduurd. Laat me een paar woorden zeggen.
FG: Can I say something? Are you going to talk about me or you? (Laughter) (Applause)
FG: Mag ik iets zeggen? Ga je het over mij of over jou hebben? (Gelach) (Applaus)
RSW: Once a shit, always a shit!
RSW: Eens een rotzak, altijd een rotzak!
FG: Because I want to get a standing ovation like everybody, so ...
FG: Maar ik wil een staande ovatie zoals iedereen, dus...
RSW: You're going to get one! You're going to get one! (Laughter)
RSW: Die krijg je ook! Die krijg je ook! (Gelach)
I'm going to make it for you!
Ik zal het voor je regelen!
FG: No, no. Wait a minute! (Applause)
FG: Nee, nee, wacht even! (Applaus)