I thought in getting up to my TED wish I would try to begin by putting in perspective what I try to do and how it fits with what they try to do. We live in a world that everyone knows is interdependent, but insufficient in three major ways. It is, first of all, profoundly unequal: half the world's people still living on less than two dollars a day; a billion people with no access to clean water; two and a half billion no access to sanitation; a billion going to bed hungry every night; one in four deaths every year from AIDS, TB, malaria and the variety of infections associated with dirty water -- 80 percent of them under five years of age.
Ik dacht ik dat in de aanloop naar mijn TED-wens zou beginnen met het in perspectief plaatsen van wat ik probeer te doen en hoe dit overeenkomt met wat zij proberen te doen. We leven in een wereld die wederzijds afhankelijk is, maar niet toereikend op drie manieren. Ten eerste is zij enorm ongelijk. De helft van de wereldbevolking leeft nog steeds van minder dan twee dollar per dag, een miljard mensen heeft geen toegang tot schoon water, tweeënhalf miljard mensen geen toegang tot sanitaire voorzieningen, een miljard mensen gaat dagelijks zonder eten naar bed. Eén op de vier sterfgevallen wordt elk jaar veroorzaakt door aids, tbc, malaria en een variatie aan infecties die te maken hebben met vies water -- 80 procent van hen is nog geen vijf jaar oud.
Even in wealthy countries it is common now to see inequality growing. In the United States, since 2001 we've had five years of economic growth, five years of productivity growth in the workplace, but median wages are stagnant and the percentage of working families dropping below the poverty line is up by four percent. The percentage of working families without health care up by four percent. So this interdependent world which has been pretty good to most of us -- which is why we're all here in Northern California doing what we do for a living, enjoying this evening -- is profoundly unequal. It is also unstable. Unstable because of the threats of terror, weapons of mass destruction, the spread of global disease and a sense that we are vulnerable to it in a way that we weren't not so many years ago. And perhaps most important of all, it is unsustainable because of climate change, resource depletion and species destruction.
Zelfs in rijke landen is het tegenwoordig normaal om de ongelijkheid toe te zien nemen. In de Verenigde Staten hebben we sinds 2001 vijf jaar van economische groei gehad, vijf jaar van productiviteitsgroei op de werkplek, maar gemiddelde lonen stagneren en het percentage van de werkende families die onder de armoedegrens komen, is gestegen met vier procent. Het percentage van werkende families zonder gezondheidszorg met vier procent. Dus deze wederzijdsafhankelijke wereld die voor ons behoorlijk goed is geweest -- daarom zijn wij hier in Noord-Californië en hebben we ons werk, genieten we van deze avond -- is zeer ongelijk. Zij is ook instabiel. Instabiel vanwege terreurdreiging, massavernietingswapens, verspreiding van ziektes over de wereld, en een gevoel dat we hier kwetsbaar voor zijn op een manier die anders is dan nog niet zo lang geleden. En misschien het belangrijkste, deze wereld is ook niet vol te houden door klimaatverandering, uitputting van grondstoffen en het vernietigen van soorten.
When I think about the world I would like to leave to my daughter and the grandchildren I hope to have, it is a world that moves away from unequal, unstable, unsustainable interdependence to integrated communities -- locally, nationally and globally -- that share the characteristics of all successful communities: a broadly shared, accessible set of opportunities, a shared sense of responsibility for the success of the common enterprise and a genuine sense of belonging. All easier said than done. When the terrorist incidents occurred in the United Kingdom a couple of years ago, I think even though they didn't claim as many lives as we lost in the United States on 9/11, I think the thing that troubled the British most was that the perpetrators were not invaders, but homegrown citizens whose religious and political identities were more important to them than the people they grew up with, went to school with, worked with, shared weekends with, shared meals with. In other words, they thought their differences were more important than their common humanity. It is the central psychological plague of humankind in the 21st century.
Als ik denk aan de wereld die ik mijn dochter zou willen nalaten en de kleinkinderen die ik hoop te krijgen, is dat een wereld die zich verwijdert van ongelijke, onstabiele en niet vol te houden wederzijdse afhankelijkheid naar geïntegreerde gemeenschappen -- lokaal, nationaal, wereldwijd -- die de kenmerken van alle succesvolle gemeenschappen hebben: Een breed gedeelde, toegankelijke set mogelijkheden, een gedeeld gevoel van verantwoordelijkheid voor het succes van de gemeenschappelijke onderneming en een oprecht gevoel van erbij horen. Makkelijker gezegd dan gedaan. Toen de terroristische gebeurtenissen een paar jaar geleden plaatsvonden in Groot-Brittannië, ondanks dat zij volgens mij niet zoveel levens eisten als in de VS op 11 september, denk ik dat wat de Britten de meeste zorgen baarde, het feit was dat de daders geen vreemdelingen waren, maar burgers van eigen bodem, wier religieuze en politieke identiteit belangrijker voor hen waren dan de mensen met wie zij opgroeiden en naar school gingen, met wie zij werkten, aten en weekends mee deelden. Anders gezegd, zij dachten dat hun verschillen belangrijker waren dan hun gedeelde menselijkheid. Het is de centrale psychologische plaag van de mensheid in de 21e eeuw.
Into this mix, people like us, who are not in public office, have more power to do good than at any time in history, because more than half the world's people live under governments they voted in and can vote out. And even non-democratic governments are more sensitive to public opinion. Because primarily of the power of the Internet, people of modest means can band together and amass vast sums of money that can change the world for some public good if they all agree. When the tsunami hit South Asia, the United States contributed 1.2 billion dollars. 30 percent of our households gave. Half of them gave over the Internet. The median contribution was somewhere around 57 dollars. And thirdly, because of the rise of non-governmental organizations. They, businesses, other citizens' groups, have enormous power to affect the lives of our fellow human beings. When I became president in 1993, there were none of these organizations in Russia. There are now a couple of hundred thousand. None in India. There are now at least a half a million active. None in China. There are now 250,000 registered with the government, probably twice again that many who are not registered for political reasons.
In deze mengelmoes hebben mensen zoals wij, die niet een publiek ambt bekleden, meer macht om goed te doen dan op welk moment ook in de geschiedenis, omdat meer dan de helft van de wereldbevolking onder overheden leeft die verkozen en weer onverkozen kunnen worden. En zelfs ondemocratische overheden zijn gevoeliger voor de mening van het volk. Omdat vooral door de macht van het internet mensen met beperkte middelen samen kunnen spannen en enorme bedragen kunnen verzamelen die de wereld voor een algemeen goed kunnen veranderen, als ze het met elkaar eens zijn. Toen de tsunami Zuidoost-Azië trof, droeg de VS 1,2 miljard dollar bij. 30 Procent van de huishoudens doneerde geld. De helft van hen gaf via het internet. De gemiddelde bijdrage lag rond de 57 dollar. En ten derde, door de opkomst van non-gouvermentele organisaties. Zij, bedrijven en andere burgerinitiatieven, hebben enorme macht om de levens van onze medemensen te beïnvloeden. Toen ik president werd in 1993, bestonden dit soort organisaties niet in Rusland. Nu zijn er een paar honderdduizend. Er was er geen in India. Nu zijn er ten minste een half miljoen actief. Geen een in China. Nu zijn er 250.000 bij de overheid geregisteerd, waarschijnlijk zijn er twee keer zo veel niet geregistreerd vanwege politieke redenen.
When I organized my foundation, and I thought about the world as it is and the world that I hope to leave to the next generation, and I tried to be realistic about what I had cared about all my life that I could still have an impact on. I wanted to focus on activities that would help to alleviate poverty, fight disease, combat climate change, bridge the religious, racial and other divides that torment the world, but to do it in a way that would either use whatever particular skills we could put together in our group to change the way some public good function was performed so that it would sweep across the world more.
Toen ik mijn organisatie inrichtte, dacht ik aan de wereld zoals ze is en aan de wereld die ik door wil geven aan de volgende generatie. Ik probeerde realistisch te zijn over wat voor mij in mijn leven belangrijk was en waar ik nog steeds een impact op kon hebben. Ik wilde mij richten op activiteiten die zouden helpen om armoede te verlichten en ziektes en klimaatverandering te bestrijden, die een brug zouden kunnen slaan tussen religieuze, raciale en andere scheidslijnen die de wereld teisteren, maar dit op zo'n manier doen dat we gebruik zouden maken van alle vaardigheden die we in onze groep konden plaatsen om de manier te veranderen waarop het functioneren van een publiek goed was uitgevoerd zodat het een grotere impact op de wereld zou hebben.
You saw one reference to that in what we were able to do with AIDS drugs. And I want to say that the head of our AIDS effort, and the person who also is primarily active in the wish I'll make tonight, Ira Magaziner, is here with me and I want to thank him for everything he's done. He's over there. (Applause) When I got out of office and was asked to work, first in the Caribbean, to try to help deal with the AIDS crisis, generic drugs were available for about 500 dollars a person a year. If you bought them in vast bulks, you could get them at a little under 400 dollars. The first country we went to work in, the Bahamas, was paying 3,500 dollars for these drugs. The market was so terribly disorganized that they were buying this medicine through two agents who were gigging them sevenfold. So the very first week we were working, we got the price down to 500 dollars. And all of a sudden, they could save seven times as many lives for the same amount of money.
Een referentie hiervan is wat we met aids-medicijnen hebben kunnen doen. Ik wil graag zeggen dat het hoofd van onze aids-inspanningen, en degene die de grootste rol speelt in de wens die ik vanavond maak, Ira Magaziner is. Hij is hier bij me vanavond en ik wil hem bedanken voor alles wat hij heeft gedaan. Hij zit daar. (Applaus) Toen ik het Witte Huis verliet en mij gevraagd werd te gaan werken, ten eerste in Caribisch gebied om te helpen de aids-crisis aan te pakken, kostten patentloze geneesmiddelen ongeveer 500 dollar per persoon per jaar. Bij afname van grote hoeveelheden kon je ze krijgen voor iets minder dan 400 dollar. Het eerste land waarin wij werkten, de Bahama's, betaalde 3500 dollar voor deze geneesmiddelen. De markt was dusdanig slecht georganiseerd, dat zij deze medicijnen via twee tussenpersonen kochten die de prijs verzevenvoudigden. Tijdens onze eerste werkweek kregen we de prijs verlaagd naar 500 dollar. En plotseling kon men zeven keer zoveel levens redden voor hetzelfde geld.
Then we went to work with the manufacturers of AIDS medicines, one of whom was cited in the film, and negotiated a whole different change in business strategy, because even at 500 dollars, these drugs were being sold on a high-margin, low-volume, uncertain-payment basis. So we worked on improving the productivity of the operations and the supply chain, and went to a low-margin, high-volume, absolutely certain-payment business. I joked that the main contribution we made to the battle against AIDS was to get the manufacturers to change from a jewelry store to a grocery store strategy. But the price went to 140 dollars from 500. And pretty soon, the average price was 192 dollars. Now we can get it for about 100 dollars. Children's medicine was 600 dollars, because nobody could afford to buy any of it. We negotiated it down to 190. Then, the French imposed their brilliantly conceived airline tax to create a something called UNITAID, got a bunch of other countries to help. That children's medicine is now 60 dollars a person a year.
Toen gingen we aan de slag met de producenten van de medicijnen, één van hen werd in de film aangehaald, en konden we hen tot een enorme verandering in bedrijfsstrategie brengen. Omdat zelfs voor 500 dollar deze medicijnen op basis van een hoge marge, kleine hoeveelheid en onzekere betaling verkocht werden. Dus we werkten aan het verbeteren van de productiviteit van de ondernemingen en de toevoer. We gingen naar een systeem op basis van een kleine marge, grote hoeveelheid en een absoluut zekere betaling. Ik zei wel eens als grap dat onze belangrijkste bijdrage in de strijd tegen aids was de fabrikanten van een juweliers- tot een supermarktstrategie te bewegen. Maar de prijs ging van 500 naar 140 dollar. Snel daarna was de gemiddelde prijs 192 dollar. Nu kunnen we het voor ongeveer 100 dollar krijgen. Medicijnen voor kinderen kostten ongeveer 600 dollar, omdat niemand het zich kon veroorloven er iets van te kopen. In onderhandelingen kregen we de prijs op 190 dollar. Daarna legden de Fransen de als briljant beschouwde vliegtuigmaatschappijbelasting op, om UNITAID in het leven te roepen, en een aantal andere landen om hen te helpen. Medicijnen voor kinderen kosten nu 60 dollar per persoon per jaar.
The only thing that is keeping us from basically saving the lives of everybody who needs the medicine to stay alive are the absence of systems necessary to diagnose, treat and care for people and deliver this medicine. We started a childhood obesity initiative with the Heart Association in America. We tried to do the same thing by negotiating industry-right deals with the soft drink and the snack food industry to cut the caloric and other dangerous content of food going to our children in the schools. We just reorganized the markets. And it occurred to me that in this whole non-governmental world, somebody needs to be thinking about organizing public goods markets. And that is now what we're trying to do, and working with this large cities group to fight climate change, to negotiate huge, big, volume deals that will enable cities which generate 75 percent of the world's greenhouse gases, to drastically and quickly reduce greenhouse gas emissions in a way that is good economics. And this whole discussion as if it's some sort of economic burden, is a mystery to me. I think it's a bird's nest on the ground.
Het enige dat ons weerhoudt van het redden van de levens van iedereen die afhankelijk is van medicijnen is de afwezigheid van noodzakelijke stelsels voor diagnose, behandeling en zorg en voor levering van de medicijnen. We begonnen een campagne tegen overgewicht bij de jeugd samen met de Hartstichting in de VS. We probeerden hetzelfde te doen door onderhandelingen met de producenten uit de softdrink- en snackindustrie, om zo het hoge aantal calorieën en andere gevaarlijke inhoud van voedsel voor onze kinderen op school te verkleinen. Het enige dat we deden, was de markt reorganiseren. Ik besefte me dat in de non-gouvermentele wereld erover nagedacht moet worden hoe de markten voor publieke goederen georganiseerd zouden moeten worden. Dat is wat we nu proberen te doen. We werken met een grote groep steden om klimaatverandering te bestrijden, om tot enorm grote afspraken te komen die steden, die 75% van de broeikasgassen genereren, de kans geven om drastisch en snel hun broeikasgassen te verminderen op een manier die economisch verantwoord is. En deze hele discussie, als zou het een economische last zijn, is voor mij een mysterie. Ik zie het als een enorme kans die voor het grijpen ligt.
When Al Gore won his well-deserved Oscar for the "Inconvenient Truth" movie, I was thrilled, but I had urged him to make a second movie quickly. For those of you who saw "An Inconvenient Truth," the most important slide in the Gore lecture is the last one, which shows here's where greenhouse gases are going if we don't do anything, here's where they could go. And then there are six different categories of things we can do to change the trajectory. We need a movie on those six categories. And all of you need to have it embedded in your brains and to organize yourselves around it. So we're trying to do that.
Toen Al Gore zijn verdiende Oscar voor 'An Inconvenient Truth' won, was ik dolblij, maar ik probeerde hem er ook toe te bewegen snel een tweede film te maken. In 'An Inconvenient Truth' is de laatste dia in Al Gore's lezing de belangrijkste, die laat zien waar broeikasgassen heen gaan als we niets doen, en waar ze heen kunnen gaan. Dan zijn er zes verschillende categorieën van dingen die we kunnen doen om de koers te wijzigen. We hebben een film nodig over die zes categorieën. Jullie moeten deze in je hersenen verankeren en je er rond organiseren. Dat is wat we proberen te doen.
So organizing these markets is one thing we try to do. Now we have taken on a second thing, and this gets to my wish. It has been my experience in working in developing countries that while the headlines may all be -- the pessimistic headlines may say, well, we can't do this, that or the other thing because of corruption -- I think incapacity is a far bigger problem in poor countries than corruption, and feeds corruption. We now have the money, given these low prices, to distribute AIDS drugs all over the world to people we cannot presently reach. Today these low prices are available in the 25 countries where we work, and in a total of 62 countries, and about 550,000 people are getting the benefits of them. But the money is there to reach others. The systems are not there to reach the people.
Dus de markten organiseren is één van de dingen die we proberen te doen. Nu zijn we ook met een tweede ding bezig en dat leidt tot mijn wens. Mijn ervaring bij het werken in ontwikkelingslanden is, dat terwijl alle krantenkoppen -- de pessimistische krantenkoppen kunnen zeggen we kunnen dit of dat niet doen door corruptie-- Ik denk dat onvermogen een veel groter probleem is dan corruptie in arme landen en een voedingsbodem voor corruptie is. Gezien de lage prijzen, hebben we nu het geld om aids-medicijnen over de hele wereld te verdelen onder mensen die we nu niet kunnen bereiken. Vandaag de dag zijn deze lage prijzen beschikbaar in de 25 landen waar wij werken en in 62 landen in totaal. Ongeveer 550.000 mensen krijgen hier de voordelen van. Maar het geld is er om anderen te bereiken. De stelsels zijn er niet om de mensen te bereiken.
So what we have been trying to do, working first in Rwanda and then in Malawi and other places -- but I want to talk about Rwanda tonight -- is to develop a model for rural health care in a very poor area that can be used to deal with AIDS, TB, malaria, other infectious diseases, maternal and child health, and a whole range of health issues poor people are grappling with in the developing world, that can first be scaled for the whole nation of Rwanda, and then will be a model that could literally be implemented in any other poor country in the world.
Dat is dus wat we geprobeerd hebben om te doen, toen we begonnen met ons werk in Rwanda, daarna in Malawi en elders-- maar vanavond wil ik het over Rwanda hebben-- een model te ontwikkelen voor gezondheidszorg op het platteland in zeer arme gebieden dat gebruikt kan worden om aids, tbc, malaria en andere infectieziekten, gezondheidsproblemen van moeder en kind, en een hoop andere ziektes te bestrijden waarmee arme mensen in ontwikkelingslanden te kampen hebben, dat ten eerste naar de schaal van heel Rwanda zou moeten kunnen toegaan, en vervolgens een model kan zijn dat letterlijk in elk arm land ter wereld kan worden geïmplementeerd.
And the test is: one, will it do the job? Will it provide high quality care? And two, will it do it at a price that will enable the country to sustain a health care system without foreign donors after five to 10 years? Because the longer I deal with these problems, the more convinced I am that we have to -- whether it's economics, health, education, whatever -- we have to build systems. And the absence of systems that function break the connection which got you all in this seat tonight. You think about whatever your life has been, however many obstacles you have faced in your life, at critical junctures you always knew there was a predictable connection between the effort you exerted and the result you achieved. In a world with no systems, with chaos, everything becomes a guerilla struggle, and this predictability is not there. And it becomes almost impossible to save lives, educate kids, develop economies, whatever.
De test is: ten eerste, doet het zijn werk, ontwikkelt het-- en biedt het zorg op een hoog niveau? En ten tweede, doet het zijn werk tegen kosten die het mogelijk maken voor een land om zijn gezondheidszorgstelsel in stand te houden zonder buitenlandse geldschieters na vijf tot tien jaar? Omdat hoe langer ik met deze problemen te maken heb, hoe overtuigder ik ben dat we-- of het nu gaat om economie, gezondheid, onderwijs of wat dan ook-- we stelsels moeten bouwen. En de afwezigheid van goed functionerende stelsels verbreken de verbinding die jullie allemaal in jullie stoel heeft gebracht vanavond. Denk aan hoe je leven ook is geweest, hoeveel obstakels op je pad zijn gekomen. Op kritieke momenten wist je altijd dat er een voorspelbare verbinding was tussen de moeite die je erin stak en het resultaat dat je behaalde. In een wereld zonder stelsels, waar chaos heerst, wordt alles een guerillastrijd, en is de voorspelbaarheid afwezig. En dan wordt het bijna onmogelijk om levens te redden, kinderen te onderwijzen, economieën te ontwikkelen, of wat dan ook.
The person, in my view, who has done the best job of this in the health care area, of building a system in a very poor area, is Dr. Paul Farmer, who, many of you know, has worked for now 20 years with his group, Partners in Health, primarily in Haiti where he started, but they've also worked in Russia, in Peru and other places around the world. As poor as Haiti is, in the area where Farmer's clinic is active -- and they serve a catchment area far greater than the medical professionals they have would indicate they could serve -- since 1988, they have not lost one person to tuberculosis, not one. And they've achieved a lot of other amazing health results. So when we decided to work in Rwanda on trying to dramatically increase the income of the country and fight the AIDS problem, we wanted to build a healthcare network, because it had been totally destroyed during the genocide in 1994, and the per capita income was still under a dollar a day. So I rang up, asked Paul Farmer if he would help. Because it seemed to me if we could prove there was a model in Haiti and a model in Rwanda that we could then take all over the country, number one, it would be a wonderful thing for a country that has suffered as much as any on Earth in the last 15 years, and number two, we would have something that could then be adapted to any other poor country anywhere in the world. And so we have set about doing that.
Degene, die naar mijn mening het beste werk heeft geleverd op het vlak van gezondheidszorg, op het vlak van een stelsel opzetten in erg arm gebied, is dr. Paul Farmer, die, zoals veel van jullie weten, nu 20 jaar met zijn groep Partners in Health gewerkt heeft, vooral in Haïti, waar hij begonnen is. Maar ze hebben ook gewerkt in Rusland, in Peru en elders. En hoe arm Haïti ook is, in het gebied waar Farmers kliniek actief is-- en hun verzorgingsgebied is veel groter dan je aan de hand van de hoeveelheid medisch personeel zou mogen verwachten-- is sinds 1988 geen persoon aan tbc overleden. Geen een. En ze hebben veel andere fantastische gezondheidsresultaten geboekt. Dus toen we besloten in Rwanda aan de slag te gaan, en probeerden om het nationaal inkomen wezenlijk te verhogen en het aids-probleem te bestrijden, wilden we een gezondheidszorgnetwerk opzetten, omdat dit totaal vernietigd was tijdens de genocide van 1994 en het inkomen per hoofd van de bevolking nog onder een dollar per dag lag. Dus ik belde Paul Farmer en vroeg of hij wilde helpen. Omdat ik dacht dat als we een werkend model hadden in Haïti, en een model hadden in Rwanda dat we over het hele landen konden verspreiden, zou dat, ten eerste, prachtig zijn voor een land dat de laatste vijftien jaar verschrikkelijk geleden heeft, en ten tweede, zouden we dan iets in handen hebben dat we daarna in elk arm land ter wereld zouden kunnen toepassen. En dus gingen we aan de slag om dat te doen.
Now, we started working together 18 months ago. And we're working in an area called Southern Kayonza, which is one of the poorest areas in Rwanda, with a group that originally includes about 400,000 people. We're essentially implementing what Paul Farmer did in Haiti: he develops and trains paid community health workers who are able to identify health problems, ensure that people who have AIDS or TB are properly diagnosed and take their medicine regularly, who work on bringing about health education, clean water and sanitation, providing nutritional supplements and moving people up the chain of health care if they have problems of the severity that require it. The procedures that make this work have been perfected, as I said, by Paul Farmer and his team in their work in rural Haiti over the last 20 years. Recently we did an evaluation of the first 18 months of our efforts in Rwanda. And the results were so good that the Rwandan government has now agreed to adopt the model for the entire country, and has strongly supported and put the full resources of the government behind it.
We zijn 18 maanden geleden begonnen. We werken in een gebied met de naam Zuid-Kayonza, dat één van de armste gebieden in Rwanda is, met een groep die oorspronkelijk uit 400.000 mensen bestaat. In essentie implementeren we wat Paul Farmer in Haïti deed, waar hij betaalde gezondheidszorgwerkers uit de gemeenschap traint en ontwikkelt, die gezondheidsproblemen kunnen benoemen, die ervoor zorgen dat mensen met aids of tbc een gedegen diagnose krijgen en hun medicijnen regelmatig nemen, die werken aan gezondheidsonderwijs, schoon water en sanitaire voorzieningen, die voedingssupplementen aanbieden en mensen betere gezondheidszorg bieden als de aard van hun problemen dat vereist. De procedures die dit mogelijk maken zijn geperfectioneerd, zoals gezegd, door Paul Farmer en zijn team in hun werk op het platteland van Haïti tijdens de laatste twintig jaar. Kort geleden hebben we de eerste 18 maanden van onze inspanningen in Rwanda geëvalueerd. De resultaten waren dusdanig goed dat de Rwandese overheid nu heeft toegestemd het model voor het hele land aan te nemen, het met alle macht steunt en alle middelen van de overheid ervoor wil inzetten.
I'll tell you a little bit about our team because it's indicative of what we do. We have about 500 people around the world working in our AIDS program, some of them for nothing -- just for transportation, room and board. And then we have others working in these other related programs. Our business plan in Rwanda was put together under the leadership of Diana Noble, who is an unusually gifted woman, but not unusual in the type of people who have been willing to do this kind of work. She was the youngest partner at Schroder Ventures in London in her 20s. She was CEO of a successful e-venture -- she started and built Reed Elsevier Ventures -- and at 45 she decided she wanted to do something different with her life. So she now works full-time on this for very little pay. She and her team of former business people have created a business plan that will enable us to scale this health system up for the whole country. And it would be worthy of the kind of private equity work she used to do when she was making a lot more money for it.
Ik zal wat vertellen over ons team, omdat dat een goed beeld geeft van wat we doen. We hebben ongeveer 500 mensen wereldwijd die in ons aids-programma werken, sommigen van hen voor niets-- slechts voor vervoer, kost en inwoning. En dan werken er nog anderen in gerelateerde programma's. Ons businessplan in Rwanda werd samengesteld onder leiding van Diana Noble, een buitengewoon begiftigde vrouw, maar niet ongebruikelijk voor het type mensen dat bereid is dit werk te doen. Als twintiger was ze de jongste partner bij Schroder Ventures in Londen. Ze was CEO van een succesvolle internetonderneming -- ze begon en ontwikkelde Reed Elsevier Venture -- en toen ze 45 was, besloot ze dat ze wat anders wilde met haar leven. Ze werkt nu full-time bij dit project voor een heel bescheiden salaris. Zij en haar team van voormalige zakenlieden hebben een businessplan opgesteld dat ons in staat stelt dit gezondheidsstelsel op landelijke schaal toe te passen. Het zou waardig zijn van het soort van privaatrechtelijk werk dat ze deed toen ze er veel meer geld voor kreeg.
When we came to this rural area, 45 percent of the children under the age of five had stunted growth due to malnutrition. 23 percent of them died before they reached the age of five. Mortality at birth was over two-and-a-half percent. Over 15 percent of the deaths among adults and children occurred because of intestinal parasites and diarrhea from dirty water and inadequate sanitation -- all entirely preventable and treatable. Over 13 percent of the deaths were from respiratory illnesses -- again, all preventable and treatable. And not a single soul in this area was being treated for AIDS or tuberculosis.
Toen we naar deze plattelandsregio kwamen, had 45 procent van de kinderen onder de vijf een groeiachterstand opgelopen als gevolg van ondervoeding. 23 Procent van hen stierf voordat ze vijf werden. Het sterftecijfer bij geboorte lag boven de 2,5 procent. Meer dan 15 procent van de doden onder volwassenen en kinderen stierf als gevolg van parasieten in de ingewanden en diarree door vies water en onvoldoende sanitaire voorzieningen, alle volledig te voorkomen en te behandelen. Meer dan 13 procent van de doden stierf als gevolg van longziektes -- nogmaals, alle volledig te voorkomen en te behandelen. En helemaal niemand in dit gebied werd behandeld voor aids of tbc.
Within the first 18 months, the following things happened: we went from zero to about 2,000 people being treated for AIDS. That's 80 percent of the people who need treatment in this area. Listen to this: less than four-tenths of one percent of those being treated stopped taking their medicine or otherwise defaulted on treatment. That's lower than the figure in the United States. Less than three-tenths of one percent had to transfer to the more expensive second-line drugs. 400,000 pregnant women were brought into counseling and will give birth for the first time within an organized healthcare system. That's about 43 percent of all the pregnancies. About 40 percent of all the people -- I said 400,000. I meant 40,000. About 40 percent of all the people who need TB treatment are now getting it -- in just 18 months, up from zero when we started. 43 percent of the children in need of an infant feeding program to prevent malnutrition and early death are now getting the food supplements they need to stay alive and to grow.
Binnen de eerste 18 maanden gebeurde het volgende: We gingen van nul naar ongeveer 2000 mensen die voor aids behandeld werden. Dat is 80 procent van de mensen in dit gebied die een behandeling nodig hebben. Stel je voor: minder dan 0,4 procent van de behandelden stopten met het nemen van hun medicijnen of verzuimden hun behandeling op een andere wijze. Dat percentage is lager dan in de VS. Minder dan 0,3 procent moest overstappen op duurdere tweedelijnsmedicijnen. 400.000 Zwangere vrouwen kregen een deskundig consult en zullen voor de eerste keer bevallen binnen een georganiseerd gezondheidszorgstelsel. Dat is ongeveer 43 procent van alle zwangerschappen. Ongeveer 40 procent van alle mensen -- ik zei 400.000, maar bedoelde 40.000. Ongeveer 40 procent van de mensen die een tbc-behandeling nodig hebben, krijgen deze nu ook. Binnen slechts 18 maanden, vanaf nul personen toen we begonnen. 43 Procent van de kinderen die een voedselprogramma nodig hebben om ondervoeding en een vroege dood te voorkomen krijgen nu de voedingssupplementen waarmee ze in leven kunnen blijven en kunnen groeien.
We've started the first malaria treatment programs they've ever had there. Patients admitted to a hospital that was destroyed during the genocide that we have renovated along with four other clinics, complete with solar power generators, good lab technology. We now are treating 325 people a month, despite the fact that almost 100 percent of the AIDS patients are now treated at home. And the most important thing is because we've implemented Paul Farmer's model, using community health workers, we estimate that this system could be put into place for all of Rwanda for between five and six percent of GDP, and that the government could sustain that without depending on foreign aid after five or six years. And for those of you who understand healthcare economics you know that all wealthy countries spend between nine and 11 percent of GDP on health care, except for the United States, we spend 16 -- but that's a story for another day. (Laughter)
We begonnen met de eerste malariabehandelingsprogramma's die ze ooit hebben gehad. Patiënten werden toegelaten tot een ziekenhuis dat vernietigd was tijdens de genocide dat we hebben gerenoveerd, samen met nog vier andere klinieken, compleet met zonne-energiegeneratoren en goede laboratoriumtechnologie. We behandelen nu 325 mensen per maand, ondanks het feit dat bijna 100 procent van de aids-patiënten nu thuis behandeld wordt. En het belangrijkste is omdat we het model van Paul Farmer hebben geïmplementeerd, met gebruik van gezondheidswerkers uit de gemeenschap, verwachten we dat dit stelsel in heel Rwanda zou kunnen worden toegepast voor tussen de vijf en zes procent van het BNP, en dat de overheid dat zou kunnen volhouden zonder van buitenlandse hulp afhankelijk te zijn na vijf of zes jaar. En voor degenen van jullie die wat afweten van gezondheidszorgfinanciën, jullie weten dat alle rijke landen tussen de negen en 11 procent van hun BNP besteden aan gezondheidszorg, behalve de VS, wij besteden 16 -- maar dat is een onderwerp voor ander moment. (Publiek lacht)
We're now working with Partners in Health and the Ministry of Health in Rwanda and our Foundation folks to scale this system up. We're also beginning to do this in Malawi and Lesotho. And we have similar projects in Tanzania, Mozambique, Kenya and Ethiopia with other partners trying to achieve the same thing: to save as many lives as quickly as we can, but to do it in a systematic way that can be implemented nationwide and then with a model that can be implemented in any country in the world. We need initial upfront investment to train doctors, nurses, health administration and community health workers throughout the country, to set up the information technology, the solar energy, the water and sanitation, the transportation infrastructure. But over a five- to 10-year period, we will take down the need for outside assistance and eventually it will be phased out.
We werken nu met Partners in Health, het ministerie van Gezondheid in Rwanda en de mensen van onze stichting om de schaal van het stelsel te vergroten. We zijn hier ook mee begonnen in Malawi en Lesotho. We hebben vergelijkbare projecten in Tanzania, Mozambique, Kenia en Ethiopië met andere partners die hetzelfde proberen te bereiken om zo snel mogelijk zo veel mogelijk mensenlevens te redden, maar dit op een systematische wijze te doen die in heel het land geïmplementeerd kan worden en vervolgens met een model dat in elk land ter wereld geïmplementeerd kan worden. We hebben in eerste instantie investeringen nodig om dokters, verpleegster, administratieve en gemeenschapsgezondheidswerkers door het hele land te trainen, om informatietechnologie op te zetten, zonne-energie, water en sanitaire voorzieningen en een infrastructuur voor transport. Maar over vijf tot tien jaar, zal de behoefte aan hulp van buiten verminderen en uiteindelijk verdwijnen.
My wish is that TED assist us in our work and help us to build a high-quality rural health system in a poor country, Rwanda, that can be a model for Africa, and indeed, for any poor country anywhere in the world. My belief is that this will help us to build a more integrated world with more partners and fewer terrorists, with more productive citizens and fewer haters, a place we'd all want our kids and our grandchildren to grow up in. It has been an honor for me, particularly, to work in Rwanda where we also have a major economic development project in partnership with Sir Tom Hunter, the Scottish philanthropist, where last year we, using the same thing with AIDS drugs, cut the cost of fertilizer and the interest rates on microcredit loans by 30 percent and achieved three- to four-hundred percent increases in crop yields with the farmers.
Mijn wens is dat TED ons zal assisteren in ons werk en ons zal helpen te bouwen aan een gezondheidsstelsel van hoge kwaliteit op het platteland van een arm land, Rwanda, dat een model voor Afrika, en zelfs voor elk arm land ter wereld kan zijn. Ik geloof dat dit kan bijdragen aan het bouwen van een meer geïntegreerde wereld met meer partners en minder terroristen, met meer productieve en minder haatdragende burgers, een plek die we allemaal zouden willen voor onze kinderen en kleinkinderen om in op te groeien. Het is een eer voor mij, in het bijzonder om in Rwanda te werken, waar we ook een groot economisch ontwikkelingsproject hebben in samenwerking met de Schotse filantroop Sir Tom Hunter, waar we afgelopen jaar, gebruik makend van hetzelfde principe als met de aids-medicijnen, de kosten van mest en rentetarieven op microkredietleningen met 30% hebben kunnen verminderen en we erin geslaagd zijn met de boeren de opbrengst van gewassen drie tot vier keer zo groot te maken.
These people have been through a lot and none of us, most of all me, helped them when they were on the verge of destroying each other. We're undoing that now, and they are so over it and so into their future. We're doing this in an environmentally responsible way. I'm doing my best to convince them not to run the electric grid to the 35 percent of the people that have no access, but to do it with clean energy. To have responsible reforestation projects, the Rwandans, interestingly enough, have been quite good, Mr. Wilson, in preserving their topsoil. There's a couple of guys from southern farming families -- the first thing I did when I went out to this place was to get down on my hands and knees and dig in the dirt and see what they'd done with it.
Deze mensen hebben veel meegemaakt en niemand van ons, in het bijzonder ikzelf, heeft ze geholpen toen ze op het punt stonden elkaar te vernietigen. We maken dat nu ongedaan, en zij zijn er helemaal overheen en richten hun blik op de toekomst. We doen dit op een milieuvriendelijke manier. Ik doe mijn best ze te overtuigen hun elektriciteitsnetwerk niet uit te breiden naar de 35% van de mensen dat geen toegang heeft, maar dit te doen met schone energie, en verantwoordelijke herbebossingprojecten op te zetten. Opvallend genoeg zijn de Rwandezen erg goed geweest, meneer Wilson, in het behouden van hun bovengrond. Er zijn daar een paar jongens van zuidelijke boerenfamilies -- het eerste dat ik deed toen ik er aankwam, was om op de knieën in de aarde te graven en te zien wat ze ermee hadden gedaan.
We have a chance here to prove that a country that almost slaughtered itself out of existence can practice reconciliation, reorganize itself, focus on tomorrow and provide comprehensive, quality health care with minimal outside help. I am grateful for this prize, and I will use it to that end. We could use some more help to do this, but think of what it would mean if we could have a world-class health system in Rwanda -- in a country with a less-than-one-dollar-a-day-per-capita income, one that could save hundreds of millions of lives over the next decade if applied to every similarly situated country on Earth. It's worth a try and I believe it would succeed. Thank you and God bless you. (Applause)
We hebben de kans hier om aan te tonen dat een land dat zichzelf bijna volledig had afgeslacht, zich kan verzoenen, zich kan reorganiseren, zich op de toekomst kan richten en veelomvattende, kwalitatief goede gezondheidszorg met minimale hulp van buiten kan bieden. Ik ben dankbaar voor deze prijs en ik zal hem gebruiken om dat doel te bereiken. We zouden hierbij nog wat meer hulp kunnen gebruiken, maar denk eens aan wat het zou betekenen als we een hoogstaand gezondheidsstelsel zouden hebben in Rwanda -- in een land met een inkomen van minder dan een dollar per dag per hoofd van de bevolking, een stelsel dat honderden miljoenen levens zou kunnen redden tijdens het volgende decennium als het in elk soortgelijk gesitueerd land op aarde zou worden toegepast. Het is een poging waard en ik geloof dat het zou slagen. Dank u en God zegene u. (Applaus)