So, a few years ago I heard an interesting rumor. Apparently, the head of a large pet food company would go into the annual shareholder's meeting with can of dog food. And he would eat the can of dog food. And this was his way of convincing them that if it was good enough for him, it was good enough for their pets. This strategy is now known as "dogfooding," and it's a common strategy in the business world. It doesn't mean everyone goes in and eats dog food, but businesspeople will use their own products to demonstrate that they feel -- that they're confident in them. Now, this is a widespread practice, but I think what's really interesting is when you find exceptions to this rule, when you find cases of businesses or people in businesses who don't use their own products. Turns out there's one industry where this happens in a common way, in a pretty regular way, and that is the screen-based tech industry.
Een paar jaar geleden hoorde ik een interessant gerucht. Het hoofd van een groot huisdierenvoedingsbedrijf bracht bij de jaarlijkse aandeelhoudersvergadering een blikje hondenvoer mee. En hij at het op. Zo overtuigde hij hen dat als het goed was voor hem, het goed genoeg was voor hun huisdieren. Deze strategie staat nu bekend als ‘dogfooding’ en is een gewone strategie in het bedrijfsleven. Het betekent niet dat iedereen hondenvoer gaat eten, maar ondernemers gebruiken hun eigen producten om te laten zien dat ze erin vertrouwen. Nu is dit een wijdverbreide praktijk, maar pas de uitzonderingen op de regel zijn interessant: wanneer mensen in het bedrijfsleven hun eigen producten niet gebruiken. In één industrie is dit de gewoonste zaak, het is er bijna regel, en dat is in de 'schermenindustrie'.
So, in 2010, Steve Jobs, when he was releasing the iPad, described the iPad as a device that was "extraordinary." "The best browsing experience you've ever had; way better than a laptop, way better than a smartphone. It's an incredible experience." A couple of months later, he was approached by a journalist from the New York Times, and they had a long phone call. At the end of the call, the journalist threw in a question that seemed like a sort of softball. He said to him, "Your kids must love the iPad." There's an obvious answer to this, but what Jobs said really staggered the journalist. He was very surprised, because he said, "They haven't used it. We limit how much technology our kids use at home."
Toen Steve Jobs in 2010 de iPad uitbracht, beschreef hij de iPad als een ‘buitengewoon’ apparaat. Hij gaf je "De beste browse-ervaring ooit: veel beter dan een laptop, veel beter dan een smartphone. Het is een ongelooflijke ervaring." Een paar maanden later had hij een lang telefoongesprek met een journalist van de New York Times. Aan het einde van het gesprek stelde de journalist een nogal voor de hand liggende vraag. Hij zei: "Uw kinderen zullen wel van de iPad houden." In plaats van wat hij verwachtte, bracht Jobs' antwoord de journalist van zijn stuk. Hij was zeer verrast, want hij zei: "Ze gebruiken hem niet. We beperken de technologie wat voor onze kinderen."
This is a very common thing in the tech world. In fact, there's a school quite near Silicon Valley called the Waldorf School of the Peninsula, and they don't introduce screens until the eighth grade. What's really interesting about the school is that 75 percent of the kids who go there have parents who are high-level Silicon Valley tech execs. So when I heard about this, I thought it was interesting and surprising, and it pushed me to consider what screens were doing to me and to my family and the people I loved, and to people at large.
Dit zie je vaak in de tech-wereld. Zo is er een school bij Silicon Valley, de ‘Waldorf School of the Peninsula’, waar ze pas schermen introduceren als de leerlingen 13-14 jaar zijn. Wat echt interessant is aan de school is dat 75% van de leerlingen ouders hebben met topposities in Silicon Valley. Toen ik dat hoorde, vond ik het interessant en verrassend, en ging ik nadenken over wat schermen betekenen voor mij, mijn familie, de mensen die ik liefhad, en voor mensen in het algemeen.
So for the last five years, as a professor of business and psychology, I've been studying the effect of screens on our lives. And I want to start by just focusing on how much time they take from us, and then we can talk about what that time looks like. What I'm showing you here is the average 24-hour workday at three different points in history: 2007 -- 10 years ago -- 2015 and then data that I collected, actually, only last week. And a lot of things haven't changed all that much. We sleep roughly seven-and-a-half to eight hours a day; some people say that's declined slightly, but it hasn't changed much. We work eight-and-a-half to nine hours a day. We engage in survival activities -- these are things like eating and bathing and looking after kids -- about three hours a day.
Dus hield ik me de afgelopen vijf jaar, als professor economie en psychologie, bezig met het effect van schermen op ons leven. Ik wil om te beginnen me focussen op hoeveel tijd ze ons ontnemen, en dan kunnen we praten over hoe die tijd eruitziet. Hier toon ik jullie de gemiddelde 24-urige werkdag op drie verschillende punten in de geschiedenis: 2007 -- 10 jaar geleden -- 2015 en dan nog de gegevens van vorige week. Een heleboel dingen zijn niet zo veel veranderd. We slapen ongeveer zeven-en-een-half tot acht uur per dag. Sommige mensen zeggen dat het wat minderde, maar niet veel. We werken acht-en-een-half tot negen uur per dag. We doen overlevingsactiviteiten -- zoals eten, wassen en op de kinderen letten -- ongeveer drie uur per dag.
That leaves this white space. That's our personal time. That space is incredibly important to us. That's the space where we do things that make us individuals. That's where hobbies happen, where we have close relationships, where we really think about our lives, where we get creative, where we zoom back and try to work out whether our lives have been meaningful. We get some of that from work as well, but when people look back on their lives and wonder what their lives have been like at the end of their lives, you look at the last things they say -- they are talking about those moments that happen in that white personal space. So it's sacred; it's important to us.
Dat laat deze witte ruimte over. Dat is onze persoonlijke tijd. Die ruimte is ongelooflijk belangrijk voor ons. Daar definiëren we onszelf als individu. Daar hebben we hobby's en intieme relaties, daar denken we na over ons leven, en worden we creatief, en proberen we uit te maken of we een zinvol leven leiden. Dat krijgen we ook van ons werk, maar als mensen terugkijken op hun leven en zich afvragen hoe hun leven was aan het eind van hun leven, kijk dan naar hun laatste woorden -- ze praten over de dingen die gebeurden in die witte persoonlijke ruimte. Die is dus heilig, belangrijk voor ons. Ik ga jullie laten zien
Now, what I'm going to do is show you how much of that space is taken up by screens across time. In 2007, this much. That was the year that Apple introduced the first iPhone. Eight years later, this much. Now, this much. That's how much time we spend of that free time in front of our screens. This yellow area, this thin sliver, is where the magic happens. That's where your humanity lives. And right now, it's in a very small box.
hoeveel van die ruimte gaandeweg werd opgeofferd aan die schermen. In 2007, zo veel. Dat was het jaar dat Apple de eerste iPhone introduceerde. Acht jaar later, zo veel. Nu, zo veel. Zo veel van onze vrije tijd besteden we aan die schermen. In dit gele gebied, deze dunne strook, gebeurt de magie. Daar je ben je pas echt mens. Tegenwoordig is die ruimte erg klein.
So what do we do about this? Well, the first question is: What does that red space look like? Now, of course, screens are miraculous in a lot of ways. I live in New York, a lot of my family lives in Australia, and I have a one-year-old son. The way I've been able to introduce them to him is with screens. I couldn't have done that 15 or 20 years ago in quite the same way. So there's a lot of good that comes from them.
Wat gaan we hieraan doen? De eerste vraag is: wat betekent die rode ruimte? Natuurlijk zijn schermen wonderbaarlijk, op een heleboel manieren. Ik woon in New York, veel van mijn familie woont in Australië, en mijn zoon is één jaar. Ze laten kennismaken, ging via de schermen. Dat kon 15 of 20 jaar geleden niet op deze manier. Er is dus veel goeds aan die schermen.
One thing you can do is ask yourself: What goes on during that time? How enriching are the apps that we're using? And some are enriching. If you stop people while they're using them and say, "Tell us how you feel right now," they say they feel pretty good about these apps -- those that focus on relaxation, exercise, weather, reading, education and health. They spend an average of nine minutes a day on each of these. These apps make them much less happy. About half the people, when you interrupt them and say, "How do you feel?" say they don't feel good about using them. What's interesting about these -- dating, social networking, gaming, entertainment, news, web browsing -- people spend 27 minutes a day on each of these. We're spending three times longer on the apps that don't make us happy. That doesn't seem very wise.
Eén ding dat je je kunt afvragen: wat gebeurt er in die tijd? Hoe verrijkend zijn de apps die we gebruiken? En sommige zijn verrijkend. Als je mensen vraagt terwijl ze ermee bezig zijn: "Vertel ons hoe je je nu voelt", zeggen ze dat ze er een goed gevoel bij hebben -- de apps voor ontspanning, sport, het weer, lezen, onderwijs en gezondheidszorg. Zij besteden gemiddeld negen minuten per dag aan elk ervan. Maar die apps maken veel minder tevreden. Ongeveer de helft, als je ze onderbreekt en vraagt: "Hoe voel je je?", zeggen dat ze zich er niet goed bij voelen. Het interessante eraan is -- dating, sociale netwerken, gaming, entertainment, nieuws, surfen op het web -- dat mensen 27 minuten per dag aan elk ervan besteden. We zijn drie keer langer bezig met de apps die ons niet gelukkig maken. Dat lijkt niet erg verstandig.
One of the reasons we spend so much time on these apps that make us unhappy is they rob us of stopping cues. Stopping cues were everywhere in the 20th century. They were baked into everything we did. A stopping cue is basically a signal that it's time to move on, to do something new, to do something different. And -- think about newspapers; eventually you get to the end, you fold the newspaper away, you put it aside. The same with magazines, books -- you get to the end of a chapter, prompts you to consider whether you want to continue. You watched a show on TV, eventually the show would end, and then you'd have a week until the next one came. There were stopping cues everywhere. But the way we consume media today is such that there are no stopping cues. The news feed just rolls on, and everything's bottomless: Twitter, Facebook, Instagram, email, text messaging, the news. And when you do check all sorts of other sources, you can just keep going on and on and on.
Eén reden waarom we zoveel tijd besteden aan dat soort apps, is dat ze ons beroven van stopsignalen. Stopsignalen kwam je overal tegen in de 20e eeuw. Ze zaten overal ingebakken. Een stopsignaal is in feite een signaal dat het tijd is om op te houden, om iets nieuws, iets anders te doen. En -- denk aan kranten: je leest ze uit, vouwt ze op, legt ze weg. Hetzelfde geldt voor tijdschriften, boeken –- je beëindigt een hoofdstuk en vraagt je af of je wilt doorgaan. Je keek naar een show op tv waar wel een einde aan kwam en moest een week wachten op het vervolg. Overal waren er stopsignalen. Maar de manier waarop we vandaag media consumeren, mist die stopsignalen. De nieuws-feed blijft maar doorgaan, er komt geen eind aan: Twitter, Facebook, Instagram, e-mail, sms, het nieuws. En als je dan nog allerlei andere bronnen gaat raadplegen, kun je gewoon blijven doorgaan zonder ophouden.
So, we can get a cue about what to do from Western Europe, where they seem to have a number of pretty good ideas in the workplace. Here's one example. This is a Dutch design firm. And what they've done is rigged the desks to the ceiling. And at 6pm every day, it doesn't matter who you're emailing or what you're doing, the desks rise to the ceiling.
Misschien een goede tip uit West-Europa, waar ze een aantal vrij goede ideeën over de werkplek lijken te hebben. Dit is bijvoorbeeld van een Nederlands ontwerpbureau. Ze hebben de bureaus vastgemaakt aan het plafond. Elke dag om 18 uur, wie je ook e-mailt of wat je ook doet, stijgen die bureaus op naar het plafond.
(Laughter)
(Gelach)
(Applause)
(Applaus)
Four days a week, the space turns into a yoga studio, one day a week, into a dance club. It's really up to you which ones you stick around for. But this is a great stopping rule, because it means at the end of the day, everything stops, there's no way to work. At Daimler, the German car company, they've got another great strategy. When you go on vacation, instead of saying, "This person's on vacation, they'll get back to you eventually," they say, "This person's on vacation, so we've deleted your email. This person will never see the email you just sent."
Vier dagen per week verandert die ruimte in een yogaruimte, één dag per week in een dansclub. Aan jou om uit te maken wat je kiest. Maar dit is een geweldige stopregel, omdat het betekent dat aan het eind van de dag alles stopt, werken gaat niet meer. Bij Daimler, het Duitse autobedrijf, hebben ze ook een goede strategie. Wanneer je op vakantie gaat, zeggen ze niet: "Deze persoon is op vakantie en zal later contact met je opnemen", maar: "Deze persoon is op vakantie, uw e-mail is verwijderd. Deze persoon krijgt deze email nooit te zien."
(Laughter)
(Gelach)
"You can email back in a couple of weeks, or you can email someone else."
"Je kunt over een paar weken opnieuw e-mailen of iemand anders e-mailen."
(Laughter)
(Gelach)
And so --
En dus --
(Applause)
(Applaus)
You can imagine what that's like. You go on vacation, and you're actually on vacation. The people who work at this company feel that they actually get a break from work.
Je kunt je voorstellen hoe dat is. Je gaat op vakantie en je bent ook op vakantie. De mensen die werken bij dit bedrijf voelen dat ze echt een werkonderbreking krijgen.
But of course, that doesn't tell us much about what we should do at home in our own lives, so I want to make some suggestions. It's easy to say, between 5 and 6pm, I'm going to not use my phone. The problem is, 5 and 6pm looks different on different days. I think a far better strategy is to say, I do certain things every day, there are certain occasions that happen every day, like eating dinner. Sometimes I'll be alone, sometimes with other people, sometimes in a restaurant, sometimes at home, but the rule that I've adopted is: I will never use my phone at the table. It's far away, as far away as possible. Because we're really bad at resisting temptation. But when you have a stopping cue that, every time dinner begins, my phone goes far away, you avoid temptation all together.
Maar dat vertelt ons niet veel over hoe we het zelf moeten aanpakken, daarom een aantal suggesties. Bijvoorbeeld dat je tussen 5 en 6 's middags je telefoon meer gebruikt. Het probleem is dat die tijd er iedere dag anders uitziet. Een veel betere strategie is om te zeggen: ik doe elke dag bepaalde dingen, dingen die elke dag terugkomen, zoals dineren. Soms ben ik alleen, soms met andere mensen, soms in een restaurant, soms thuis, maar de regel die ik heb aangenomen is: nooit neem ik aan tafel mijn telefoon op. Ik leg hem ver weg, zo ver mogelijk uit de buurt. Omdat we de verleiding slecht kunnen weerstaan, maar als stopsignaal kan je telkens als het diner begint je telefoon ver weg leggen om alle verleiding te voorkomen.
At first, it hurts. I had massive FOMO.
Eerst doet dat pijn. Ik had een geweldige angst iets te missen.
(Laughter)
(Gelach)
I struggled.
Ik vocht ervoor.
But what happens is, you get used to it. You overcome the withdrawal the same way you would from a drug, and what happens is, life becomes more colorful, richer, more interesting -- you have better conversations. You really connect with the people who are there with you. I think it's a fantastic strategy, and we know it works, because when people do this -- and I've tracked a lot of people who have tried this -- it expands. They feel so good about it, they start doing it for the first hour of the day in the morning. They start putting their phones on airplane mode on the weekend. That way, your phone remains a camera, but it's no longer a phone. It's a really powerful idea, and we know people feel much better about their lives when they do this.
Maar uiteindelijk wen je er wel aan. Dezelfde ontwenningsverschijnselen als bij een drug, maar het leven krijgt meer kleur, wordt rijker, interessanter -- je hebt betere gesprekken. Je krijgt echt contact met de mensen die bij je zijn. Een fantastische strategie, en we weten dat ze werkt, want als mensen dit doen -- en ik heb veel mensen gevolgd die dit hebben geprobeerd -- dijt het uit. Ze voelen zich er zo goed bij dat ze er ’s morgens al mee beginnen. Ze zetten hun telefoons in het weekend op vliegtuigmodus. Zo blijft je telefoon een camera, maar is het niet langer een telefoon. Echt een machtig idee en we weten dat mensen zich dan veel beter gaan voelen.
So what's the take home here? Screens are miraculous; I've already said that, and I feel that it's true. But the way we use them is a lot like driving down a really fast, long road, and you're in a car where the accelerator is mashed to the floor, it's kind of hard to reach the brake pedal. You've got a choice. You can either glide by, past, say, the beautiful ocean scenes and take snaps out the window -- that's the easy thing to do -- or you can go out of your way to move the car to the side of the road, to push that brake pedal, to get out, take off your shoes and socks, take a couple of steps onto the sand, feel what the sand feels like under your feet, walk to the ocean, and let the ocean lap at your ankles. Your life will be richer and more meaningful because you breathe in that experience, and because you've left your phone in the car.
Hoe vatten we het samen? Schermen zijn wonderbaarlijk; dat zei ik al, en ik voel dat het waar is. Maar de manier waarop we ze gebruiken, lijkt op rijden op een heel snelle, lange weg in een auto met volledig ingedrukt gaspedaal en waarvan het rempedaal nogal ver weg zit. Je hebt de keuze. Ofwel snel je langs bijvoorbeeld prachtige zeegezichten en neem je snapshots uit het raam -- simpel om te doen -- of je doet iets anders en stuurt de auto naar de berm, duwt het rempedaal in, stapt uit, doet je schoenen en sokken uit, neemt een paar stappen over het zand en ervaart hoe het zand voelt onder je voeten, loopt naar de zee en laat de zee rond je enkels kabbelen. Je leven zal rijker en betekenisvoller zijn, omdat je die ervaring inademt en omdat je je telefoon in de auto hebt gelaten.
Thank you.
Dank je.
(Applause)
(Applaus)