Fifty years ago, when I began exploring the ocean, no one -- not Jacques Perrin, not Jacques Cousteau or Rachel Carson -- imagined that we could do anything to harm the ocean by what we put into it or by what we took out of it. It seemed, at that time, to be a sea of Eden, but now we know, and now we are facing paradise lost.
50 jaar geleden, toen ik de oceaan begon te verkennen, had niemand, noch Jacques Perrin, noch Jacques Cousteau of Rachel Carson, gedacht dat wij de oceaan konden beschadigen, met wat we erin stopten of eruit haalden. Indertijd leek het een zee van Eden, maar nu we daar zeker van zijn, zien we het paradijs verloren gaan.
I want to share with you my personal view of changes in the sea that affect all of us, and to consider why it matters that in 50 years, we've lost -- actually, we've taken, we've eaten -- more than 90 percent of the big fish in the sea; why you should care that nearly half of the coral reefs have disappeared; why a mysterious depletion of oxygen in large areas of the Pacific should concern not only the creatures that are dying, but it really should concern you. It does concern you, as well.
Ik wil mijn persoonlijke kijk met jullie delen op veranderingen in de zee, die ons allen aangaan en overdenken, waarom het ertoe doet, dat we in 50 jaar veel zijn kwijtgeraakt -- of eigenlijk: hebben weggehaald, opgegeten -- meer dan 90% van de grote vissen uit de zee, waarom je erom moet geven, dat bijna de helft van de koraalriffen is verdwenen, waarom een mysterieuze zuurstofuitdunning in grote delen van de Pacific, niet alleen een zorg is voor de wezens die doodgaan, maar het eigenlijk jullie zorg zou moeten zijn. Het gaat jullie ook aan.
I'm haunted by the thought of what Ray Anderson calls "tomorrow's child," asking why we didn't do something on our watch to save sharks and bluefin tuna and squids and coral reefs and the living ocean while there still was time. Well, now is that time. I hope for your help to explore and protect the wild ocean in ways that will restore the health and, in so doing, secure hope for humankind. Health to the ocean means health for us.
Ray Andersons idee over "Het kind van morgen" laat me niet los. Ik vraag mezelf af waarom we in onze tijd niets deden om haaien, blauwvintonijn, pijlinktvissen, koraalriffen en de levende oceaan te redden, toen er nog tijd was. En nu is die tijd aangebroken. Ik hoop op uw hulp, om de woeste oceaan te verkennen en te beschermen, op een manier die de gezondheid herstelt, en daarmee de hoop voor de mensheid zeker te stellen. Het welbevinden van de oceaan betekent: welbevinden voor onszelf.
And I hope Jill Tarter's wish to engage Earthlings includes dolphins and whales and other sea creatures in this quest to find intelligent life elsewhere in the universe. And I hope, Jill, that someday we will find evidence that there is intelligent life among humans on this planet.
Ik hoop dat met Jill Tarters wens, om aardbewoners te verenigen, ook dolfijnen en walvissen en andere zeewezens bedoeld worden in die missie om intelligent leven te vinden op andere plekken in het universum. Ik hoop, Jill, dat we ooit bewijs vinden, dat er intelligent leven is tussen de mensen op deze planeet.
(Laughter)
(Gelach)
Did I say that? I guess I did.
Zei ik dat? Ik geloof van wel.
For me, as a scientist, it all began in 1953 when I first tried scuba. It's when I first got to know fish swimming in something other than lemon slices and butter. I actually love diving at night; you see a lot of fish then that you don't see in the daytime. Diving day and night was really easy for me in 1970, when I led a team of aquanauts living underwater for weeks at a time -- at the same time that astronauts were putting their footprints on the moon. In 1979 I had a chance to put my footprints on the ocean floor while using this personal submersible called Jim. It was six miles offshore and 1,250 feet down. It's one of my favorite bathing suits.
Voor mij, als wetenschapper, begon het allemaal in 1953, bij mijn eerste duikpogingen. Ik zag toen voor het eerst vissen rondzwemmen in iets anders dan citroenschijfjes en boter. Ik hou ervan om 's nachts te duiken. Je ziet dan allerlei vissen die je overdag niet ziet. Dag en nacht duiken was erg eenvoudig voor mij in 1970, toen ik een team leidde van aquanauten en weken achtereen onder water leefde, in dezelfde tijd dat astronauten hun voetafdrukken neerzetten op de maan. In 1979 kreeg ik de kans mijn voetafdrukken op de oceaanbodem te zetten, door deze persoonlijke onderzeeër te gebruiken, genaamd Jim. Het was tien km uit de kust en 380 meter diep. Het is één van mijn favoriete badpakken.
Since then, I've used about 30 kinds of submarines and I've started three companies and a nonprofit foundation called Deep Search to design and build systems to access the deep sea. I led a five-year National Geographic expedition, the Sustainable Seas expeditions, using these little subs. They're so simple to drive that even a scientist can do it. And I'm living proof. Astronauts and aquanauts alike really appreciate the importance of air, food, water, temperature -- all the things you need to stay alive in space or under the sea. I heard astronaut Joe Allen explain how he had to learn everything he could about his life support system and then do everything he could to take care of his life support system; and then he pointed to this and he said, "Life support system." We need to learn everything we can about it and do everything we can to take care of it.
Sindsdien heb ik ongeveer 30 soorten onderzeeërs gebruikt en heb ik drie bedrijven opgestart en een non-profitorganisatie genaamd Deep Search, om systemen te ontwerpen en bouwen, om toegang te verkrijgen tot de diepzee. Ik heb een vijf jaar durende National Geographic-expeditie geleid: de Sustainable Seas-expedities, met gebruik van deze kleine duikboten. Ze zijn zo makkelijk bestuurbaar, dat zelfs een wetenschapper het kan. Ik ben het levende bewijs. Zowel astronauten als aquanauten zijn erg gesteld op het belang van lucht, voedsel, water en temperatuur, alles wat je nodig hebt om in de ruimte of onder zee te overleven. Ik hoorde astronaut Joe Allen uitleggen hoe hij al het mogelijke had moeten leren over zijn levensonderhoudsysteem en daarbij al het mogelijke deed om dat systeem te onderhouden. Toen wees hij dit aan en zei: "Levensonderhoudsysteem." We moeten er al het mogelijke over leren en er al het mogelijke aan doen om het te onderhouden.
The poet Auden said, "Thousands have lived without love; none without water." Ninety-seven percent of Earth's water is ocean. No blue, no green. If you think the ocean isn't important, imagine Earth without it. Mars comes to mind. No ocean, no life support system. I gave a talk not so long ago at the World Bank and I showed this amazing image of Earth and I said, "There it is! The World Bank!" That's where all the assets are! And we've been trawling them down much faster than the natural systems can replenish them.
De dichter Auden zei: "Duizenden hebben geleefd zonder liefde. Geen één zonder water." 97% van het water op Aarde is oceaan. Geen blauw: geen groen. Als je denkt dat de oceaan onbelangrijk is, stel je de Aarde dan voor zonder oceaan. Het doet denken aan Mars. Geen oceaan. Geen levensonderhoudsysteem. Niet lang geleden hield ik een lezing bij de Wereldbank en liet ik deze wonderlijke afbeelding van de Aarde zien. Ik zei: "Daar is het! De Wereldbank!" Daar zijn alle activa! We hebben ze veel sneller opgevist, dan natuurlijke systemen ze kunnen aanvullen.
Tim Worth says the economy is a wholly-owned subsidiary of the environment. With every drop of water you drink, every breath you take, you're connected to the sea. No matter where on Earth you live. Most of the oxygen in the atmosphere is generated by the sea. Over time, most of the planet's organic carbon has been absorbed and stored there, mostly by microbes. The ocean drives climate and weather, stabilizes temperature, shapes Earth's chemistry. Water from the sea forms clouds that return to the land and the seas as rain, sleet and snow, and provides home for about 97 percent of life in the world, maybe in the universe. No water, no life; no blue, no green.
Tim Worth zegt dat de economie een volledige dochteronderneming is van het milieu. Iedere druppel water die je drinkt, elke ademhaling, verbindt je met de zee. Ongeacht waar je op Aarde leeft. De meeste zuurstof in de atmosfeer is gegenereerd door de zee. In de loop der tijd is het grootste deel van de organische koolstof op de planeet hier geabsorbeerd en opgeslagen, voornamelijk door micro-organismen. De oceaan stuurt het klimaat en het weer aan, stabiliseert de temperatuur en geeft vorm aan de chemie op Aarde. Water uit de zee vormt wolken, die teruggaan naar het land en in de zee, als regen, natte sneeuw en sneeuw, en herbergt zo'n 97% van het leven ter wereld, misschien wel van het universum. Geen water: geen leven. Geen blauw: geen groen.
Yet we have this idea, we humans, that the Earth -- all of it: the oceans, the skies -- are so vast and so resilient it doesn't matter what we do to it. That may have been true 10,000 years ago, and maybe even 1,000 years ago but in the last 100, especially in the last 50, we've drawn down the assets, the air, the water, the wildlife that make our lives possible. New technologies are helping us to understand the nature of nature; the nature of what's happening, showing us our impact on the Earth. I mean, first you have to know that you've got a problem. And fortunately, in our time, we've learned more about the problems than in all preceding history. And with knowing comes caring. And with caring, there's hope that we can find an enduring place for ourselves within the natural systems that support us. But first we have to know.
Toch hebben wij het idee, wij mensen, dat de Aarde -- alles ervan: de oceanen, de lucht -- zo uitgestrekt en veerkrachtig zijn, dat het niet uitmaakt wat we ermee doen. 10.000 jaar geleden zal dat inderdaad zo zijn geweest, misschien zelf 1.000 jaar geleden, maar de laatste 100 en met name de laatste 50 jaar, hebben we de rek uit de activa gehaald, uit de lucht, het water, de wilde natuur die onze levens mogelijk maken Nieuwe technologieën helpen ons te begrijpen wat de aard van de natuur is. de aard van hetgeen gaande is. Terwijl ze onze invloed op Aarde laat zien. Wat ik bedoel, is dat je eerst moet weten dat je een probleem hebt. Gelukkig hebben we in onze tijd meer over de problemen geleerd dan in heel de voorafgaande geschiedenis. Uit kennis komt zorg. Uit zorg komt hoop dat we een vaste plek voor onszelf kunnen vinden, binnen het natuurlijke systeem dat ons onderhoudt. Maar daarvoor hebben wij eerst kennis nodig.
Three years ago, I met John Hanke, who's the head of Google Earth, and I told him how much I loved being able to hold the world in my hands and go exploring vicariously. But I asked him: "When are you going to finish it? You did a great job with the land, the dirt. What about the water?" Since then, I've had the great pleasure of working with the Googlers, with DOER Marine, with National Geographic, with dozens of the best institutions and scientists around the world, ones that we could enlist, to put the ocean in Google Earth. And as of just this week, last Monday, Google Earth is now whole.
Drie jaar geleden ontmoette ik John Hanke, hoofd van Google Earth, en ik vertelde hem hoeveel ik ervan hield de wereld te kunnen vasthouden, en op plaatsvervangende ontdekkingstocht te gaan. Maar ik vroeg hem: "Wanneer maak je het af? Je hebt geweldig werk verricht met het land, de aarde. Hoe zit het met het water?" Vanaf dat moment heb ik het grote genoegen gehad met de Googlers te mogen werken, met DOER Marine, met National Geographic, met tientallen van de beste instellingen en wetenschappers ter wereld, eenieder die we te hulpen konden roepen, om de oceaan in Google Earth te verwerken. En net deze week, afgelopen maandag, is Google Earth heel geworden.
Consider this: Starting right here at the convention center, we can find the nearby aquarium, we can look at where we're sitting, and then we can cruise up the coast to the big aquarium, the ocean, and California's four national marine sanctuaries, and the new network of state marine reserves that are beginning to protect and restore some of the assets We can flit over to Hawaii and see the real Hawaiian Islands: not just the little bit that pokes through the surface, but also what's below. To see -- wait a minute, we can go kshhplash! -- right there, ha -- under the ocean, see what the whales see. We can go explore the other side of the Hawaiian Islands. We can go actually and swim around on Google Earth and visit with humpback whales. These are the gentle giants that I've had the pleasure of meeting face to face many times underwater. There's nothing quite like being personally inspected by a whale.
Overweeg dit: te beginnen hier, in het congrescentrum, vinden we het nabijgelegen aquarium, we kunnen zien waar we zitten, en we kunnen vanuit de kust afstevenen op het grote aquarium: de oceaan, en California's vier nationale zeereservaten en het nieuwe netwerk van staatszeereservaten, die sommige activa beginnen te beschermen en herstellen. We kunnen overvliegen naar Hawaii en de echte Hawaiiaanse eilanden zien ... Niet alleen dat stukje dat uitsteekt boven het wateroppervlak, maar ook wat daaronder zit. Om te zien -- wacht even, we kunnen -- plons! -- precies daar, ha -- onder de oceaan gaan en zien wat walvissen zien. We kunnen de andere kant van de Hawaiiaanse eilanden verkennen. Met Google Earth kunnen we rondzwemmen en bultrugwalvissen bezoeken. Dit zijn zachtaardige reuzen, waarvan ik vele malen het genoegen had ze persoonlijk onder water te ontmoeten. Niets is vergelijkbaar met persoonlijk te worden geïnspecteerd door een walvis.
We can pick up and fly to the deepest place: seven miles down, the Mariana Trench, where only two people have ever been. Imagine that. It's only seven miles, but only two people have been there, 49 years ago. One-way trips are easy. We need new deep-diving submarines. How about some X Prizes for ocean exploration? We need to see deep trenches, the undersea mountains, and understand life in the deep sea.
We kunnen inpakken en naar de diepste plek vliegen: zeven mijl diep, de Marianentrog, waar maar twee mensen ooit zijn geweest. Stel je voor. Het is maar zeven mijl, slechts twee mensen zijn er geweest, 49 jaar geleden. Enkele reizen zijn makkelijk. We hebben nieuwe diepduikende onderzeeërs nodig. Misschien wat X Prizes voor oceaanverkenning? We moeten diepzeetroggen bekijken, de onderzeese bergen, en het leven in de diepzee leren begrijpen.
We can now go to the Arctic. Just ten years ago I stood on the ice at the North Pole. An ice-free Arctic Ocean may happen in this century. That's bad news for the polar bears. That's bad news for us too. Excess carbon dioxide is not only driving global warming, it's also changing ocean chemistry, making the sea more acidic. That's bad news for coral reefs and oxygen-producing plankton. Also it's bad news for us. We're putting hundreds of millions of tons of plastic and other trash into the sea. Millions of tons of discarded fishing nets, gear that continues to kill. We're clogging the ocean, poisoning the planet's circulatory system, and we're taking out hundreds of millions of tons of wildlife, all carbon-based units. Barbarically, we're killing sharks for shark fin soup, undermining food chains that shape planetary chemistry and drive the carbon cycle, the nitrogen cycle, the oxygen cycle, the water cycle -- our life support system. We're still killing bluefin tuna; truly endangered and much more valuable alive than dead. All of these parts are part of our life support system. We kill using long lines, with baited hooks every few feet that may stretch for 50 miles or more. Industrial trawlers and draggers are scraping the sea floor like bulldozers, taking everything in their path.
We kunnen nu naar het Arctisch gebied gaan. Nog maar tien jaar geleden stond ik op het ijs van de Noordpool. Een ijsvrije Noordelijke IJszee kan nog deze eeuw werkelijkheid worden. Dat is slecht nieuws voor de ijsbeer. Dat is ook slecht nieuws voor ons. Overmatige koolstofdioxide stuwt niet alleen globale opwarming op, het verandert ook de chemie van de oceaan, waardoor de zee meer verzuurt. Dat is slecht nieuws voor koraalriffen en zuurstofproducerend plankton. Ook slecht nieuws voor ons. We storten honderden miljoenen tonnen aan plastic en ander afval in de zee. Miljoenen tonnen afgedankte visnetten, materieel dat blijft doden. We stoppen de oceaan vol, vergiftigen de planetaire bloedsomloop, en we roeien honderden miljoenen tonnen wilde natuur uit, allemaal op koolstof gebaseerde eenheden. Heel barbaars doden wij haaien voor haaievinnensoep, en ondermijnen zo voedselketens die vormgeven aan de chemie op aarde en die de kringlopen van koolstof, stikstof, zuurstof en water aansturen, ons levensonderhoudsysteem. We doden nog steeds de met uitsterven bedreigde blauwvintonijn. Terwijl die levend veel waardevoller is dan dood. All deze onderdelen maken deel uit van ons levensonderhoudsysteem. We doden met lange lijnen, met om de meter haakjes aas, lijnen die soms 80 km of nog langer zijn. Industriële trawlers en sleepnetboten schrapen over de zeebodem als bulldozers, die alles in hun pad met zich meenemen.
Using Google Earth you can witness trawlers -- in China, the North Sea, the Gulf of Mexico -- shaking the foundation of our life support system, leaving plumes of death in their path. The next time you dine on sushi -- or sashimi, or swordfish steak, or shrimp cocktail, whatever wildlife you happen to enjoy from the ocean -- think of the real cost. For every pound that goes to market, more than 10 pounds, even 100 pounds, may be thrown away as bycatch. This is the consequence of not knowing that there are limits to what we can take out of the sea. This chart shows the decline in ocean wildlife from 1900 to 2000. The highest concentrations are in red. In my lifetime, imagine, 90 percent of the big fish have been killed. Most of the turtles, sharks, tunas and whales are way down in numbers.
Met Google Earth kun je zien hoe trawlers in China, de Noordzee, de Golf van Mexico, ons levensonderhoudsysteem op zijn grondvesten doen schudden, en dood en verderf zaaien. De volgende keer dat je sushi, sashimi, zwaardvissteak of garnalencocktail eet, of elk ander wildleven uit de oceaan, dat je graag lust, denk dan aan wat het echt kost. Voor elke kilo die op de markt terechtkomt, wordt misschien wel meer dan 10 kilo, zelfs 100 kilo, weggegooid als bijvangst. Dit is het gevolg van niet weten dat er grenzen zijn, aan wat we uit de zee kunnen halen. Deze kaart geeft de achteruitgang aan wildleven in de oceaan van 1900 tot 2000 weer. De hoogste concentraties zijn in het rood. Tijdens mijn leven, moet je nagaan, is 90% van de grote vissen gedood. De meeste schildpadden, haaien, tonijnen en walvissen zijn enorm afgenomen in aantal.
But, there is good news. Ten percent of the big fish still remain. There are still some blue whales. There are still some krill in Antarctica. There are a few oysters in Chesapeake Bay. Half the coral reefs are still in pretty good shape, a jeweled belt around the middle of the planet. There's still time, but not a lot, to turn things around. But business as usual means that in 50 years, there may be no coral reefs -- and no commercial fishing, because the fish will simply be gone. Imagine the ocean without fish. Imagine what that means to our life support system. Natural systems on the land are in big trouble too, but the problems are more obvious, and some actions are being taken to protect trees, watersheds and wildlife.
Maar er is goed nieuws. 10% van de grote vissen zijn er nog. Er zijn nog enkele blauwe vinvissen. Er is nog steeds wat kril in Antarctica. Er zijn nog wat oesters in Chesapeake Bay. De helft van de koraalriffen is nog in behoorlijk goede staat, een juwelengordel om het middel van de planeet. Er is nog tijd, maar niet veel, om dingen te veranderen. Maar als alles bij het oude blijft, zullen er over 50 jaar misschien geen koraalriffen meer zijn, en ook geen commerciële visserij, omdat alle vis dan is verdwenen. Stel je de oceaan voor zonder vissen. Stel je voor wat dat betekent voor ons levensonderhoudsysteem. Natuurlijke systemen op het land zijn ook in groot gevaar, maar de problemen daar zijn duidelijker zichtbaar, en er worden wel wat maatregelen genomen om bomen, stroomgebieden en wilde natuur te beschermen.
And in 1872, with Yellowstone National Park, the United States began establishing a system of parks that some say was the best idea America ever had. About 12 percent of the land around the world is now protected: safeguarding biodiversity, providing a carbon sink, generating oxygen, protecting watersheds. And, in 1972, this nation began to establish a counterpart in the sea, National Marine Sanctuaries. That's another great idea. The good news is that there are now more than 4,000 places in the sea, around the world, that have some kind of protection. And you can find them on Google Earth. The bad news is that you have to look hard to find them. In the last three years, for example, the U.S. protected 340,000 square miles of ocean as national monuments. But it only increased from 0.6 of one percent to 0.8 of one percent of the ocean protected, globally. Protected areas do rebound, but it takes a long time to restore 50-year-old rockfish or monkfish, sharks or sea bass, or 200-year-old orange roughy. We don't consume 200-year-old cows or chickens. Protected areas provide hope that the creatures of Ed Wilson's dream of an encyclopedia of life, or the census of marine life, will live not just as a list, a photograph, or a paragraph.
In 1872 begonnen de Verenigde Staten, met Yellowstone National Park, met de oprichting van een systeem van parken, waarvan sommigen zeggen dat het Amerika's beste idee ooit was. Ongeveer 12% van het land op de wereld is nu beschermd, waarmee de biodiversiteit, het zorgen voor koolstofdioxide-opslag, de aanmaak van zuurstof en de bescherming van stroomgebieden, zijn veiliggesteld. In 1972 begon deze natie met de oprichting van een tegenhanger in de zee, Nationale Mariene Reservaten. Wederom een goed idee. Het goede nieuws is dat er nu wereldwijd meer dan 4.000 plekken in zee zijn die op enigerlei wijze beschermd zijn. Je kunt ze op Google Earth terugvinden. Het slechte nieuws is dat je goed moet zoeken om ze te vinden. De laatste drie jaar bijvoorbeeld, beschermde de VS 880.000 vierkante km oceaan als nationale monumenten. Maar er is slechts een toename van 0,6% naar 0,8% van de oceaan die beschermd is, wereldwijd. Beschermde gebieden kunnen zich herstellen, maar het duurt lang voordat de 50 jaar oude rotsbaars, zeeduivel, haai, zeebaars of de 200 jaar oude keizerbaars zich hebben hersteld. We consumeren geen 200 jaar oude koeien of kippen. Beschermde gebieden bieden hoop dat de wezens uit Ed Wilsons droom van een encyclopedie van leven, of de telling van het mariene leven, niet slechts als lijst voortleven, als foto, of alinea.
With scientists around the world, I've been looking at the 99 percent of the ocean that is open to fishing -- and mining, and drilling, and dumping, and whatever -- to search out hope spots, and try to find ways to give them and us a secure future. Such as the Arctic -- we have one chance, right now, to get it right. Or the Antarctic, where the continent is protected, but the surrounding ocean is being stripped of its krill, whales and fish. Sargasso Sea's three million square miles of floating forest is being gathered up to feed cows. 97 percent of the land in the Galapagos Islands is protected, but the adjacent sea is being ravaged by fishing. It's true too in Argentina on the Patagonian shelf, which is now in serious trouble. The high seas, where whales, tuna and dolphins travel -- the largest, least protected, ecosystem on Earth, filled with luminous creatures, living in dark waters that average two miles deep. They flash, and sparkle, and glow with their own living light.
Met wetenschappers over de hele wereld heb ik de 99% van de oceaan bekeken, die blootstaat aan visserij, mijnbouw, boren, dumpen en wat dan ook, om 'hopespots' uit te kiezen, en een manier te vinden om deze plekken en onszelf een zekere toekomst te geven. Bijvoorbeeld het Arctische gebied -- we hebben nu een kans om het goed te doen. Of Antarctica, waar het continent beschermd is, maar waar de omliggende oceaan wordt ontdaan van haar kril, walvissen en vissen. De 7,7 miljoen vierkante km aan drijvend bos van de Sargassozee wordt verzameld om koeien mee te voeden. 97% van het land van de Galapagos-eilanden is beschermd, maar de aangrenzende zee wordt verwoest door de visserij. Dat geldt ook voor Argentinië, voor het continentaal plat van Patagonië, dat nu ernstig in problemen verkeert. De volle zee, waar walvissen, tonijnen en dolfijnen zwemmen -- het grootste, minst beschermde ecosysteem op Aarde, vol met lichtgevende wezens, die leven in de donkere wateren, waar de gemiddelde diepte drie km is. Ze flitsen, fonkelen en gloeien met hun eigen levende licht.
There are still places in the sea as pristine as I knew as a child. The next 10 years may be the most important, and the next 10,000 years the best chance our species will have to protect what remains of the natural systems that give us life. To cope with climate change, we need new ways to generate power. We need new ways, better ways, to cope with poverty, wars and disease. We need many things to keep and maintain the world as a better place. But, nothing else will matter if we fail to protect the ocean. Our fate and the ocean's are one. We need to do for the ocean what Al Gore did for the skies above.
Er zijn nog plekken in zee, zo maagdelijk als ik ze leerde kennen als kind. De komende 10 jaar zouden weleens de belangrijkste kunnen zijn, en de volgende 10.000 jaar, de beste kans die onze soort krijgt, om te beschermen wat nog over is van de natuurlijke systemen die ons leven geven. Om klimaatverandering het hoofd te bieden, hebben we nieuwe energieopwekkingsmethoden nodig. We hebben nieuwe, betere methoden nodig om armoede, oorlog en ziekte het hoofd te bieden. We hebben vanalles nodig om de wereld te behouden en onderhouden, als een betere plek. Maar niets van dit alles doet er nog toe, als we er niet in slagen de oceaan te beschermen. Ons lot en de oceaan zijn één. Wij moeten voor de oceaan doen, wat Al Gore deed voor de luchten boven ons.
A global plan of action with a world conservation union, the IUCN, is underway to protect biodiversity, to mitigate and recover from the impacts of climate change, on the high seas and in coastal areas, wherever we can identify critical places. New technologies are needed to map, photograph and explore the 95 percent of the ocean that we have yet to see. The goal is to protect biodiversity, to provide stability and resilience. We need deep-diving subs, new technologies to explore the ocean. We need, maybe, an expedition -- a TED at sea -- that could help figure out the next steps.
Een wereldwijd actieplan, met een wereldinstandhoudingsunie, het IUCN, komt eraan, om biodiversiteit te beschermen, om de impact van klimaatverandering in te dammen en ervan te herstellen. Op volle zee en in kustgebieden, overal waar we cruciale plekken herkennen, zijn nieuwe technologieën nodig om de 95% van de oceaan die we nog niet gezien hebben, in kaart te brengen, te fotograferen en te verkennen. Het doel is biodiversiteit te beschermen, om zorg te dragen voor stabiliteit en veerkracht. We hebben diepduikende onderzeeërs nodig, nieuwe technologieën om de oceaan te verkennen. Misschien hebben we een expeditie nodig -- een TED-at-sea -- die helpt de volgende stappen te bepalen.
And so, I suppose you want to know what my wish is. I wish you would use all means at your disposal -- films, expeditions, the web, new submarines -- and campaign to ignite public support for a global network of marine protected areas -- hope spots large enough to save and restore the ocean, the blue heart of the planet. How much? Some say 10 percent, some say 30 percent. You decide: how much of your heart do you want to protect? Whatever it is, a fraction of one percent is not enough. My wish is a big wish, but if we can make it happen, it can truly change the world, and help ensure the survival of what actually -- as it turns out -- is my favorite species; that would be us. For the children of today, for tomorrow's child: as never again, now is the time.
Ik neem aan dat jullie willen weten wat mijn wens is. Ik wens dat jullie alles wat tot jullie beschikking staat -- films, expedities, het web, nieuwe duikboten -- gebruiken om campagne te voeren om publieke steun aan te wakkeren voor een wereldwijd netwerk van mariene beschermde gebieden, 'hopespots' die groot genoeg zijn om de oceaan te redden en herstellen, het blauwe hart van de planeet. Hoeveel? Sommigen zeggen 10%, anderen 30%. Bepaal zelf hoeveel je wilt beschermen van jouw hart. Hoeveel het ook wordt, een fractie van één procent is niet genoeg. Mijn wens is een grote wens, maar als we het voor elkaar krijgen, kan het de wereld echt veranderen, en helpen het voortbestaan te verzekeren, van wat -- toevallig -- mijn favoriete soort blijkt, namelijk wijzelf. Voor de kinderen van nu, voor het kind van morgen, zoals nooit tevoren, het is nu tijd.
Thank you.
Dank jullie wel.
(Applause)
(Applaus)