Well, that's kind of an obvious statement up there. I started with that sentence about 12 years ago, and I started in the context of developing countries, but you're sitting here from every corner of the world. So if you think of a map of your country, I think you'll realize that for every country on Earth, you could draw little circles to say, "These are places where good teachers won't go." On top of that, those are the places from where trouble comes. So we have an ironic problem -- good teachers don't want to go to just those places where they're needed the most.
Hier zie je een nogal voor de hand liggende verklaring. Ik ben ongeveer 12 jaar geleden met deze zin begonnen, en ik had het dan over de ontwikkelingslanden, maar hier zitten jullie nu vanuit alle hoeken van de wereld. Dus als je denkt aan een kaart van je land, dan denk ik dat je je zal realiseren dat je voor elk land op aarde, kleine cirkels zou kunnen trekken om te zeggen "Dit zijn plaatsen waar goede leraren liever niet naartoe gaan." Daarenboven zijn dat de plaatsen waar de problemen vandaan komen. Dus hebben we een ironisch probleem. Goede leraren willen net niet naar die plaatsen gaan waar ze het hardst nodig zijn.
I started in 1999 to try and address this problem with an experiment, which was a very simple experiment in New Delhi. I basically embedded a computer into a wall of a slum in New Delhi. The children barely went to school, they didn't know any English -- they'd never seen a computer before, and they didn't know what the internet was. I connected high speed internet to it -- it's about three feet off the ground -- turned it on and left it there. After this, we noticed a couple of interesting things, which you'll see. But I repeated this all over India and then through a large part of the world and noticed that children will learn to do what they want to learn to do.
Ik ben in 1999 begonnen om dit probleem met een experiment aan te pakken, een zeer eenvoudig experiment in New Delhi. Ik bouwde een computer in in een muur van een sloppenwijk in New Delhi. De kinderen gingen daar nauwelijks naar school. Ze kenden geen Engels. Ze hadden nog nooit een computer gezien, en ze wisten niet wat het internet was. Ik verbond hem met breedbandinternet - hij staat op ongeveer één meter boven de grond - zette hem aan en liet hem daar achter. Daarna merkten we een paar interessante dingen op, waarover ik het nog zal hebben. Maar ik herhaalde dit in heel India en dan in een groot deel van de wereld en ontdekte dat kinderen dat leren doen wat ze willen leren doen.
This is the first experiment that we did -- eight year-old boy on your right teaching his student, a six year-old girl, and he was teaching her how to browse. This boy here in the middle of central India -- this is in a Rajasthan village, where the children recorded their own music and then played it back to each other and in the process, they've enjoyed themselves thoroughly. They did all of this in four hours after seeing the computer for the first time. In another South Indian village, these boys here had assembled a video camera and were trying to take the photograph of a bumble bee. They downloaded it from Disney.com, or one of these websites, 14 days after putting the computer in their village. So at the end of it, we concluded that groups of children can learn to use computers and the internet on their own, irrespective of who or where they were.
Dit is het eerste experiment dat we deden - die acht jaar oude jongen rechts onderwijst zijn leerling, een zes jaar oud meisje, En hij leerde haar hoe te surfen. Deze jongen hier uit Centraal-India - dit is in een dorp in Rajasthan, waar de kinderen hun eigen muziek opnamen en ze dan aan elkaar lieten horen en zich daarbij kostelijk vermaakten. Zij slaagden daarin in vier uur nadat ze de computer voor het eerst hadden gezien. In een ander Zuid-Indiaas dorp, hadden deze jongens hier een videocamera gemonteerd en probeerden de foto van een hommel te nemen. Ze hebben ze van Disney.com gedownload, of van een dergelijke website, 14 dagen na aflevering van de computer in hun dorp. Dus aan het eind van de rit, concludeerden we dat groepen kinderen op zichzelf kunnen leren om computers en het internet te gebruiken, ongeacht wie of waar ze waren.
At that point, I became a little more ambitious and decided to see what else could children do with a computer. We started off with an experiment in Hyderabad, India, where I gave a group of children -- they spoke English with a very strong Telugu accent. I gave them a computer with a speech-to-text interface, which you now get free with Windows, and asked them to speak into it. So when they spoke into it, the computer typed out gibberish, so they said, "Well, it doesn't understand anything of what we are saying." So I said, "Yeah, I'll leave it here for two months. Make yourself understood to the computer." So the children said, "How do we do that." And I said, "I don't know, actually." (Laughter) And I left. (Laughter) Two months later -- and this is now documented in the Information Technology for International Development journal -- that accents had changed and were remarkably close to the neutral British accent in which I had trained the speech-to-text synthesizer. In other words, they were all speaking like James Tooley. (Laughter) So they could do that on their own. After that, I started to experiment with various other things that they might learn to do on their own.
Op dat moment werd ik een beetje ambitieuzer en besloot om eens te kijken wat kinderen nog kunnen doen met een computer. We begonnen met een experiment in Hyderabad, India, waar ik een groep van kinderen - ze spraken Engels met een zeer sterk Telugu accent - een computer gaf met een spraak-naar-tekst-interface, die je nu gratis bij Windows krijgt, en ik vroeg hen om erin te spreken. Maar wanneer zij erin spraken, tikte de computer wartaal uit. Dus zeiden ze: "Nou, hij begrijpt niets van wat we zeggen." Dus zei ik: "Ik zal hem hier twee maanden laten staan. Maak jezelf verstaanbaar op de computer." Maar de kinderen zegden: "Hoe doen we dat?" En ik zei: "Ik weet het eigenlijk niet." (Gelach) En ik vertrok. (Gelach) Twee maanden later - en dit is nu gedocumenteerd in het Information Technology for International Development tijdschrift - dat de accenten waren veranderd en opmerkelijk dicht bij het neutrale Brits accent zaten waarin ik de spraak-naar-tekst synthesizer had getraind. Met andere woorden, zij spraken allemaal als James Tooley. (Gelach) Dus ze kunnen dat op zichzelf doen. Daarna begon ik te experimenteren met diverse andere dingen die zij op eigen kracht kunnen leren.
I got an interesting phone call once from Columbo, from the late Arthur C. Clarke, who said, "I want to see what's going on." And he couldn't travel, so I went over there. He said two interesting things, "A teacher that can be replaced by a machine should be." (Laughter) The second thing he said was that, "If children have interest, then education happens." And I was doing that in the field, so every time I would watch it and think of him.
Ik kreeg ooit een interessant telefoontje uit Columbo van wijlen Arthur C. Clarke, die zei: "Ik wil zien wat er gaande is." En hij kon niet reizen, dus ging ik daarheen. Hij zei twee interessante dingen. "Als een leerkracht door een machine kan worden vervangen, dan moet dat." (Gelach) Het tweede wat hij zei, was: "Pas als kinderen interesse hebben, krijg je onderwijs. " En ik was daarmee bezig in het veld, dus elke keer als ik dat zie denk ik aan hem.
(Video) Arthur C. Clarke: And they can definitely help people, because children quickly learn to navigate the web and find things which interest them. And when you've got interest, then you have education.
(Video) Arthur C. Clarke: "En ze kunnen zeker mensen helpen, omdat de kinderen snel leren navigeren, erin vliegen en dingen vinden die hen interesseren. En wanneer je interesse hebt, dan heb je onderwijs."
Sugata Mitra: I took the experiment to South Africa. This is a 15 year-old boy.
Sugata Mitra: Ik ging met het experiment naar Zuid-Afrika. Dit is een 15-jarige jongen.
(Video) Boy: ... just mention, I play games like animals, and I listen to music.
(Video) Jongen: ... ik speel games als dieren, en ik luister naar muziek.
SM: And I asked him, "Do you send emails?" And he said, "Yes, and they hop across the ocean." This is in Cambodia, rural Cambodia -- a fairly silly arithmetic game, which no child would play inside the classroom or at home. They would, you know, throw it back at you. They'd say, "This is very boring." If you leave it on the pavement and if all the adults go away, then they will show off with each other about what they can do. This is what these children are doing. They are trying to multiply, I think. And all over India, at the end of about two years, children were beginning to Google their homework. As a result, the teachers reported tremendous improvements in their English -- (Laughter) rapid improvement and all sorts of things. They said, "They have become really deep thinkers and so on and so forth. (Laughter) And indeed they had. I mean, if there's stuff on Google, why would you need to stuff it into your head? So at the end of the next four years, I decided that groups of children can navigate the internet to achieve educational objectives on their own.
SM: En ik vroeg hem: "Verstuur je e-mails?" En hij zei: "Ja, en springen ze over de oceaan." Dit is in Cambodja, landelijk Cambodja - een vrij dom rekenkundig spel, dat geen kind in de klas of thuis zou spelen. Zij zouden er niet eens aan willen beginnen. Ze zouden zeggen: "Dit is heel vervelend." Maar als je het ergens achterlaat en alle volwassenen uit de buurt blijven, dan zullen tegen elkaar pronken over wat ze ermee kunnen doen. Dit is waar deze kinderen mee bezig zijn. Ze proberen te vermenigvuldigen, denk ik. En over heel India, aan het eind van ongeveer twee jaar, beginnen kinderen hun huiswerk te Googlen. Als gevolg daarvan hebben de leerkrachten enorme verbeteringen in hun Engels gemeld - (Gelach) snelle verbetering en allerlei dingen. Zij zeiden: "Ze zijn echt diepe denkers geworden en ga zo maar door. (Gelach) En inderdaad was dat ook zo. Ik bedoel, als je spullen op Google kan vinden, waarom zou het dan nodig zijn om er je hoofd mee vol te proppen? Dus aan het eind van de volgende vier jaar, heb ik besloten dat groepen kinderen op het internet kunnen navigeren om op zichzelf educatieve doelstellingen te bereiken.
At that time, a large amount of money had come into Newcastle University to improve schooling in India. So Newcastle gave me a call. I said, "I'll do it from Delhi." They said, "There's no way you're going to handle a million pounds-worth of University money sitting in Delhi." So in 2006, I bought myself a heavy overcoat and moved to Newcastle. I wanted to test the limits of the system. The first experiment I did out of Newcastle was actually done in India. And I set myself and impossible target: can Tamil speaking 12-year-old children in a South Indian village teach themselves biotechnology in English on their own? And I thought, I'll test them, they'll get a zero -- I'll give the materials, I'll come back and test them -- they get another zero, I'll go back and say, "Yes, we need teachers for certain things."
Op dat moment bereikte een grote hoeveelheid geld de universiteit van Newcastle om het onderwijs in India te verbeteren. Dus Newcastle belde me op. Ik zei: "Ik zal het doen vanuit Delhi." Zij zeiden: "Geen denken aan dat je een miljoen pond universiteitsgeld gaat besteden terwijl je in Delhi zit." Dus kocht ik in 2006 een zware overjas en verhuisde naar Newcastle. Ik wilde de grenzen van het systeem testen. Het eerste experiment vanuit Newcastle deed ik eigenlijk in India. En ik stelde mezelf een onmogelijk doel: kunnen Tamilsprekende 12-jarige kinderen in een Zuid-Indiaas dorp zichzelf in het Engels biotechnologie leren? En ik dacht, ik zal ze eens testen. Ze krijgen een nul. Ik geef hen het materiaal. Ik kom later terug om ze te testen. En ze halen weer een nul. Ik kom terug gaan en zeg: "Ja, we moeten voor bepaalde dingen leerkrachten hebben."
I called in 26 children. They all came in there, and I told them that there's some really difficult stuff on this computer. I wouldn't be surprised if you didn't understand anything. It's all in English, and I'm going. (Laughter) So I left them with it. I came back after two months, and the 26 children marched in looking very, very quiet. I said, "Well, did you look at any of the stuff?" They said, "Yes, we did." "Did you understand anything?" "No, nothing." So I said, "Well, how long did you practice on it before you decided you understood nothing?" They said, "We look at it every day." So I said, "For two months, you were looking at stuff you didn't understand?" So a 12 year-old girl raises her hand and says, literally, "Apart from the fact that improper replication of the DNA molecule causes genetic disease, we've understood nothing else."
Ik verzamelde 26 kinderen. Zij kwamen allen samen en ik vertelde hen dat er een aantal echt moeilijke dingen op deze computer waren. "Ik zou niet verbaasd zijn als je niets van begreep. Het is allemaal in het Engels, en ik ben er vandoor." (Gelach) Ik liet ze dus bezig zijn. Ik kwam terug na twee maanden, en de 26 kinderen kwamen heel, heel stil binnen. Ik zei: "Nou, heb je naar een van die dingen gekeken?" Zij zei: "Ja, dat hebben we gedaan." "Heb je er iets van begrepen?" "Nee, niets." Dus zei ik: "Wel, hoe lang zijn jullie er mee bezig geweest voordat jullie besloten dat je er niets van begreep? " Zij zeiden: "We zijn er elke dag mee bezig geweest." Dus zei ik: "Zijn jullie twee maanden bezig geweest met zaken waar je niks van begreep?" Een 12-jarige meisje steekt haar hand op en zegt: - letterlijk - "Afgezien van het feit dat onjuiste replicatie van het DNA-molecuul de oorzaak is van genetische ziekte, hebben we niets anders begrepen."
(Laughter)
(Gelach)
(Applause)
(Applaus)
(Laughter)
(Gelach)
It took me three years to publish that. It's just been published in the British Journal of Educational Technology. One of the referees who refereed the paper said, "It's too good to be true," which was not very nice. Well, one of the girls had taught herself to become the teacher. And then that's her over there. Remember, they don't study English. I edited out the last bit when I asked, "Where is the neuron?" and she says, "The neuron? The neuron," and then she looked and did this. Whatever the expression, it was not very nice.
Het kostte me drie jaar om dat te publiceren. Het is net gepubliceerd in het British Journal of Educational Technology. Een van de besprekers van het artikel schreef: "Het is te mooi om waar te zijn." wat niet erg leuk was. Nou had een van de meisjes zichzelf geleerd om de leraar te worden. En dat is ze dan daar. Vergeet niet dat zij geen Engels studeren. Ik heb het laatste beetje eruit gelaten toen ik vroeg, "Waar is het neuron?" en ze zegt: "Het neuron? Het neuron?" En toen keek ze en deed dit. Wat de uitdrukking ook betekende, erg leuk was het niet.
So their scores had gone up from zero to 30 percent, which is an educational impossibility under the circumstances. But 30 percent is not a pass. So I found that they had a friend, a local accountant, a young girl, and they played football with her. I asked that girl, "Would you teach them enough biotechnology to pass?" And she said, "How would I do that? I don't know the subject." I said, "No, use the method of the grandmother." She said, "What's that?" I said, "Well, what you've got to do is stand behind them and admire them all the time. Just say to them, 'That's cool. That's fantastic. What is that? Can you do that again? Can you show me some more?'" She did that for two months. The scores went up to 50, which is what the posh schools of New Delhi, with a trained biotechnology teacher were getting.
Hun scores waren gestegen van nul tot 30 procent, wat een educatieve onmogelijkheid is onder de gegeven omstandigheden. Maar 30 procent is niet geslaagd. Ik ontdekte dat ze een vriendin hadden, een plaatselijke accountant, een jong meisje, waarmee ze mee voetbalden. Ik vroeg dat meisje: "Wil jij ze genoeg biotechnologie leren om te slagen? " En ze zei: "Hoe zou ik dat doen? Ik ken daar niets van." Ik zei: "Nee, gebruik de methode van de grootmoeder." Ze zei: "Wat is dat?" Ik zei: "Nou, wat je moet doen is achter hen staan en ze de hele tijd bewonderen. Zeg gewoon tegen hen: "Dat is cool. Dat is fantastisch. Wat is dat? Kun je dat ook alweer? Kun je me nog meer laten zien " Ze deed dat gedurende twee maanden. De scores gingen naar 50, dat is wat de deftige scholen van New Delhi, met een daartoe opgeleide leerkracht biotechnologie behaalden.
So I came back to Newcastle with these results and decided that there was something happening here that definitely was getting very serious. So, having experimented in all sorts of remote places, I came to the most remote place that I could think of. (Laughter) Approximately 5,000 miles from Delhi is the little town of Gateshead. In Gateshead, I took 32 children and I started to fine-tune the method. I made them into groups of four. I said, "You make your own groups of four. Each group of four can use one computer and not four computers." Remember, from the Hole in the Wall. "You can exchange groups. You can walk across to another group, if you don't like your group, etc. You can go to another group, peer over their shoulders, see what they're doing, come back to you own group and claim it as your own work." And I explained to them that, you know, a lot of scientific research is done using that method.
Dus ik kwam terug naar Newcastle met deze resultaten en besloot dat er daar iets aan het gebeuren was dat de moeite waard was. Dus, na experimenten in allerlei afgelegen plaatsen, kwam ik naar de meest afgelegen plek die ik kon bedenken. (Gelach) Ongeveer 5.000 mijl van Delhi ligt de kleine stad Gateshead. In Gateshead, nam ik 32 kinderen, en begon ik de methode te verfijnen. Ik deelde ze in in groepjes van vier. en zei: "Je maakt nu je eigen groepen van vier. Elke groep van vier mag één computer en geen vier computers gebruiken. " Weet je nog, van het Gat in de Muur. "Je kan van groep kan verwisselen. Je mag naar een andere groep overstappen, als je eigen groep je niet ligt of zo. Je kan naar een andere groep gaan, daar wat meekijken, zien wat ze doen en dan terugkomen naar je eigen groep en beweren dat het je eigen werk is. " En ik heb hen uitgelegd dat veel wetenschappelijk onderzoek gebruik maakt van deze methode.
(Laughter)
(Gelach)
(Applause)
(Applaus)
The children enthusiastically got after me and said, "Now, what do you want us to do?" I gave them six GCSE questions. The first group -- the best one -- solved everything in 20 minutes. The worst, in 45. They used everything that they knew -- news groups, Google, Wikipedia, Ask Jeeves, etc. The teachers said, "Is this deep learning?" I said, "Well, let's try it. I'll come back after two months. We'll give them a paper test -- no computers, no talking to each other, etc." The average score when I'd done it with the computers and the groups was 76 percent. When I did the experiment, when I did the test, after two months, the score was 76 percent. There was photographic recall inside the children, I suspect because they're discussing with each other. A single child in front of a single computer will not do that. I have further results, which are almost unbelievable, of scores which go up with time. Because their teachers say that after the session is over, the children continue to Google further.
De kinderen waren enthousiast en vroegen: "Nu, wat wil je dat we doen?" Ik gaf hen zes GCSE vragen. De eerste groep, de beste, had alles opgelost in 20 minuten. De slechtste in 45. Ze gebruikten alles wat ze wisten - nieuwsgroepen, Google, Wikipedia, Ask Jeeves, enz. De leraren zeiden: "Is dit diep leren?" Ik zei: "Nou, laten we het proberen. Ik kom terug na twee maanden. We geven hen een test op papier - zonder computers, niet praten met elkaar, enz. " De gemiddelde score toen ik het deed met de computers en de groepen was 76 procent. Toen ik het experiment deed, en daarna de test, na twee maanden, was de score 76 procent. Er was fotografische herinnering bij de kinderen, Ik vermoed omdat ze het met elkaar bespraken. Een enkel kind voor één enkele computer zal dat niet doen. Ik heb verdere resultaten, die bijna niet te geloven zijn, van scores die omhoog gaan met de tijd. Omdat hun leraren zeggen dat nadat de sessie voorbij is, de kinderen verder blijven Googlen.
Here in Britain, I put out a call for British grandmothers, after my Kuppam experiment. Well, you know, they're very vigorous people, British grandmothers. 200 of them volunteered immediately. (Laughter) The deal was that they would give me one hour of broadband time, sitting in their homes, one day in a week. So they did that, and over the last two years, over 600 hours of instruction has happened over Skype, using what my students call the granny cloud. The granny cloud sits over there. I can beam them to whichever school I want to.
Hier in Groot-Brittannië, deed ik een oproep voor de Britse grootmoeders, na mijn [onduidelijk] experiment. Nou weet je dat Britse grootmoeders zeer energieke mensen zijn. 200 gaven zich onmiddellijk op als vrijwilliger. (Gelach) De afspraak was dat ze me bij hun thuis één uur breedbandtijd zouden geven, één dag per week. Dus deden ze dat. En in de afgelopen twee jaar, is meer dan 600 uur instructie gebeurd via Skype met behulp van wat mijn studenten de 'oma-wolk' noemden. De 'oma-wolk' zit daar. Ik kan ze naar elke school die ik maar wil doorsturen.
(Video) Teacher: You can't catch me. You say it. You can't catch me.
(Video) Docent: You Can't Catch me. You say it. You Can't Catch me.
Children: You can't catch me.
Kinderen: You Can't Catch me.
Teacher: I'm the gingerbread man.
Leraar: I'm the Gingerbread Man.
Children: I'm the gingerbread man.
Kinderen: I'm the Gingerbread Man.
Teacher: Well done. Very good ...
Leraar: Well done. Very good ...
SM: Back at Gateshead, a 10-year-old girl gets into the heart of Hinduism in 15 minutes. You know, stuff which I don't know anything about. Two children watch a TEDTalk. They wanted to be footballers before. After watching eight TEDTalks, he wants to become Leonardo da Vinci.
SM: Terug in Gateshead, begrijpt een 10-jarig meisje de essentie van het hindoeïsme in 15 minuten. Je weet wel, dingen waar ik niets over weet. Twee kinderen kijken naar een TEDTalk. Daarvoor wilden ze voetballers worden. Na het bekijken van 8 TEDTalks, wilde deze hier Leonardo da Vinci worden.
(Laughter)
(Gelach)
(Applause)
(Applaus)
It's pretty simple stuff.
Het is vrij eenvoudig materiaal.
This is what I'm building now -- they're called SOLEs: Self Organized Learning Environments. The furniture is designed so that children can sit in front of big, powerful screens, big broadband connections, but in groups. If they want, they can call the granny cloud. This is a SOLE in Newcastle. The mediator is from Pune, India.
Dit is waar ik nu mee bezig ben. Het heet SOLEs: Self Organized Learning Environments. Het meubilair is ontworpen zodat de kinderen voor grote, krachtige schermen, kunnen gaan zitten met grote breedband-verbindingen, maar altijd in groepen. Als ze dat willen, kunnen ze bellen met de oma-wolk. Dit is SOLE in Newcastle. De mediator is van [onduidelijk], India.
So how far can we go? One last little bit and I'll stop. I went to Turin in May. I sent all the teachers away from my group of 10 year-old students. I speak only English, they speak only Italian, so we had no way to communicate. I started writing English questions on the blackboard. The children looked at it and said, "What?" I said, "Well, do it." They typed it into Google, translated it into Italian, went back into Italian Google. Fifteen minutes later -- next question: where is Calcutta? This one, they took only 10 minutes. I tried a really hard one then. Who was Pythagoras, and what did he do? There was silence for a while, then they said, "You've spelled it wrong. It's Pitagora." And then, in 20 minutes, the right-angled triangles began to appear on the screens. This sent shivers up my spine. These are 10 year-olds. Text: In another 30 minutes they would reach the Theory of Relativity. And then?
Dus hoe ver kunnen we gaan? Nog even en ik stop. Ik ging in mei naar Turijn. Ik stuurde alle leraren weg uit de buurt van mijn groep van 10-jarige leerlingen. Ik spreek alleen Engels, zij alleen Italiaans, dus we hadden geen manier om te communiceren. Ik begon met Engelse vragen te schrijven op het bord. De kinderen keken ernaar en zeiden: "Wat?" Ik zei: "Nou, doe het." Ze typten het in in Google, vertaalden het in het Italiaans, en gingen terug naar de Italiaanse Google. 15 minuten later ... Volgende vraag: waar is Calcutta? Daarvoor hadden ze slechts 10 minuten nodig. Ik probeerde dan met een echt moeilijke. Wie was Pythagoras, en wat deed hij? Er viel een stilte voor een tijdje, Toen zeiden ze: "Je hebt het verkeerd gespeld. Het is Pitagora." En dan, na 20 minuten, begonnen de rechthoekige driehoeken te verschijnen op de schermen. Dit gaf me rillingen over mijn rug. Dit zijn 10-jarigen. Tekst: In nog eens 30 minuten zouden ze bezig zijn met de Relativiteitstheorie. En dan?
(Laughter)
(Gelach)
(Applause)
(Applaus)
SM: So you know what's happened? I think we've just stumbled across a self-organizing system. A self-organizing system is one where a structure appears without explicit intervention from the outside. Self-organizing systems also always show emergence, which is that the system starts to do things, which it was never designed for. Which is why you react the way you do, because it looks impossible. I think I can make a guess now -- education is self-organizing system, where learning is an emergent phenomenon. It'll take a few years to prove it, experimentally, but I'm going to try. But in the meanwhile, there is a method available. One billion children, we need 100 million mediators -- there are many more than that on the planet -- 10 million SOLEs, 180 billion dollars and 10 years. We could change everything.
SM: Weet je wat hier gebeurde? Ik denk dat we zojuist struikelden over een zelforganiserend systeem. Een zelforganiserend systeem is er een waarin een structuur ontstaat zonder expliciete tussenkomst van buitenaf. Zelf-organiserende systemen vertonen ook altijd 'emergentie', wat betekent dat het systeem dingen begint te doen, waarvoor het nooit is ontworpen. Wat de reden is waarom u er op die manier reageert, omdat het onmogelijk lijkt. Ik denk dat ik nu een gok kan doen. Het onderwijs is een zelforganiserend systeem, waar het leren een emergent verschijnsel is. Het zal een paar jaar duren om dat experimenteel te bewijzen, maar ik ga het proberen. Maar in de tussentijd is er een methode beschikbaar. Voor één miljard kinderen hebben we 100 miljoen bemiddelaars nodig- Er zijn er veel meer dan dat op de planeet - 10 miljoen SOLEs, 180 miljard dollar en 10 jaar. We zouden alles kunnen veranderen.
Thanks.
Dank je.
(Applause)
(Applaus)