What is going to be the future of learning?
Hoe wordt er in de toekomst geleerd?
I do have a plan, but in order for me to tell you what that plan is, I need to tell you a little story, which kind of sets the stage.
Ik heb daar wel een plan voor, maar om dat te kunnen uitleggen moet ik jullie een verhaaltje vertellen dat duidelijk maakt waar het om gaat.
I tried to look at where did the kind of learning we do in schools, where did it come from? And you can look far back into the past, but if you look at present-day schooling the way it is, it's quite easy to figure out where it came from. It came from about 300 years ago, and it came from the last and the biggest of the empires on this planet. ["The British Empire"] Imagine trying to run the show, trying to run the entire planet, without computers, without telephones, with data handwritten on pieces of paper, and traveling by ships. But the Victorians actually did it. What they did was amazing. They created a global computer made up of people. It's still with us today. It's called the bureaucratic administrative machine. In order to have that machine running, you need lots and lots of people. They made another machine to produce those people: the school. The schools would produce the people who would then become parts of the bureaucratic administrative machine. They must be identical to each other. They must know three things: They must have good handwriting, because the data is handwritten; they must be able to read; and they must be able to do multiplication, division, addition and subtraction in their head. They must be so identical that you could pick one up from New Zealand and ship them to Canada and he would be instantly functional. The Victorians were great engineers. They engineered a system that was so robust that it's still with us today, continuously producing identical people for a machine that no longer exists. The empire is gone, so what are we doing with that design that produces these identical people, and what are we going to do next if we ever are going to do anything else with it?
Ik probeerde erachter te komen waar onze schoolleermethode vandaan komt. Je kunt ver teruggaan in het verleden, maar het is heel duidelijk waar de huidige scholingsmethode vandaan komt. Ze is ongeveer 300 jaar oud en stamt uit het laatste en grootste wereldrijk ter aarde, het Britse Rijk. Probeer maar eens een volledige planeet te regeren Probeer maar eens een volledige planeet te regeren zonder computers en telefoons. Met handgeschreven data op papier en reizend per schip. De Victorianen kregen het toch maar voor elkaar. Het was ongelooflijk wat ze deden. Ze creëerden een wereldwijde computer, die bestond uit mensen. Hij bestaat nog steeds. We noemen hem de bureaucratische administratieve machine. Om die machine aan de gang te houden heb je heel veel mensen nodig. Om die mensen te produceren maakten ze een andere machine: de school. De scholen produceerden de mensen die deel gingen uitmaken van de bureaucratische administratieve machine. Ze moesten identiek zijn. Ze moesten over 3 dingen beschikken: een goed handschrift om de data mee op te schrijven, leesvaardigheid en ze moesten uit het hoofd kunnen vermenigvuldigen, delen, optellen en aftrekken. Ze moesten zo identiek zijn dat je iemand uit Nieuw-Zeeland kon inschepen naar Canada, waar hij meteen aan de slag kon. De Victorianen waren geweldige ingenieurs. Ze bedachten een systeem dat zo degelijk was, dat we er nog steeds gebruik van maken. Er worden eindeloos identieke mensen geproduceerd, voor een machine die niet meer bestaat. Het wereldrijk is verleden tijd. Wat moeten we dus met een ontwerp dat identieke mensen produceert en wat is de volgende stap als we er voortaan iets anders mee willen doen?
["Schools as we know them are obsolete"]
"Scholen zoals wij ze kennen zijn verouderd."
So that's a pretty strong comment there. I said schools as we know them now, they're obsolete. I'm not saying they're broken. It's quite fashionable to say that the education system's broken. It's not broken. It's wonderfully constructed. It's just that we don't need it anymore. It's outdated. What are the kind of jobs that we have today? Well, the clerks are the computers. They're there in thousands in every office. And you have people who guide those computers to do their clerical jobs. Those people don't need to be able to write beautifully by hand. They don't need to be able to multiply numbers in their heads. They do need to be able to read. In fact, they need to be able to read discerningly.
Dat is nogal een stevige uitspraak. Ik zei dat scholen zoals wij ze nu kennen, verouderd zijn. Ik zeg niet dat ze niet werken. Het is nogal in de mode om te zeggen dat het schoolsysteem niet meer werkt. Dat is niet zo. Het zit fantastisch in elkaar. We hebben het alleen niet meer nodig. Het is ouderwets. Wat voor soort banen hebben we tegenwoordig? Nou, het kantoorpersoneel bestaat uit computers. In ieder kantoor staan er duizenden. Dan heb je de mensen die deze computers aansturen zodat ze hun administratieve werk kunnen doen. Die mensen hoeven geen prachtig handschrift te hebben. Ze hoeven niet te kunnen hoofdrekenen. Ze moeten wel kunnen lezen. Ze moeten zelfs kritisch kunnen lezen.
Well, that's today, but we don't even know what the jobs of the future are going to look like. We know that people will work from wherever they want, whenever they want, in whatever way they want. How is present-day schooling going to prepare them for that world?
Dat gaat dan over vandaag, maar we weten niet hoe de banen van morgen eruit zullen zien. We weten dat mensen zullen werken waar ze willen, wanneer ze willen, in de baan van hun keuze.. Hoe kan het huidige schoolsysteem ze op die wereld voorbereiden? Hoe kan het huidige schoolsysteem ze op die wereld voorbereiden?
Well, I bumped into this whole thing completely by accident. I used to teach people how to write computer programs in New Delhi, 14 years ago. And right next to where I used to work, there was a slum. And I used to think, how on Earth are those kids ever going to learn to write computer programs? Or should they not? At the same time, we also had lots of parents, rich people, who had computers, and who used to tell me, "You know, my son, I think he's gifted, because he does wonderful things with computers. And my daughter -- oh, surely she is extra-intelligent." And so on. So I suddenly figured that, how come all the rich people are having these extraordinarily gifted children? (Laughter) What did the poor do wrong? I made a hole in the boundary wall of the slum next to my office, and stuck a computer inside it just to see what would happen if I gave a computer to children who never would have one, didn't know any English, didn't know what the Internet was.
Ik liep geheel bij toeval tegen deze kwestie aan. 14 jaar geleden gaf ik in New Delhi les in het maken van computerprogramma's. Naast mijn werk was een sloppenwijk. Ik vroeg me af hoe die kinderen daar in godsnaam ooit zouden kunnen leren computerprogramma's te maken. Of was dat voor hun niet weggelegd? Tegelijkertijd hadden we te maken met veel - rijke - ouders, die computers hadden. Ze zeiden: "Weet u, mijn zoon heeft volgens mij talent, Ze zeiden: "Weet u, mijn zoon heeft volgens mij talent, want hij doet geweldige dingen op de computer. En mijn dochter is beslist hoogbegaafd." Enzovoort, enzovoort. Dus toen vroeg ik me ineens af hoe toch al die rijke mensen aan zulke bijzonder getalenteerde kinderen kwamen. (Gelach) Wat deden de arme mensen verkeerd? Ik maakte een gat in de muur rond de sloppenwijk, vlak naast mijn kantoor. Daarin zette ik een computer, om te zien wat er zou gebeuren als ik een computer gaf aan kinderen die er nooit een zouden hebben, die geen Engels kenden en niet wisten wat Internet was.
The children came running in. It was three feet off the ground, and they said, "What is this?"
De kinderen renden erop af. Het ding stond 1 m boven de grond. Ze zeiden: "Wat is dit?"
And I said, "Yeah, it's, I don't know." (Laughter)
Ik zei: "Tja, het is...ik weet het niet." (Gelach)
They said, "Why have you put it there?"
Ze zeiden: "Waarom hebt u het daar neergezet?"
I said, "Just like that."
Ik zei: "Gewoon, daarom."
And they said, "Can we touch it?"I said, "If you wish to."
Ze zeiden: "Mogen we er aan komen?" Ik zei: "Als jullie dat willen."
And I went away. About eight hours later, we found them browsing and teaching each other how to browse. So I said, "Well that's impossible, because -- How is it possible? They don't know anything."
Toen ging ik weg. Ongeveer 8 uur later waren ze erop aan het browsen en leerden ze het aan elkaar. Ik zei: "Dat is toch onmogelijk. Hoe kan dat? Ze weten nergens iets van."
My colleagues said, "No, it's a simple solution. One of your students must have been passing by, showed them how to use the mouse."
Mijn collega's zeiden: "De oplossing is simpel. Waarschijnlijk is een van je studenten voorbij gekomen en heeft ze voorgedaan hoe ze de muis moeten gebruiken."
So I said, "Yeah, that's possible."
Ik zei: "Ja, dat zou kunnen."
So I repeated the experiment. I went 300 miles out of Delhi into a really remote village where the chances of a passing software development engineer was very little. (Laughter) I repeated the experiment there. There was no place to stay, so I stuck my computer in, I went away, came back after a couple of months, found kids playing games on it.
Ik herhaalde het experiment. Ik ging naar een verafgelegen dorp, 300 mijl buiten New Delhi, waar de kans op een passerende software-ontwikkelaar erg klein was. Daar deed ik het experiment opnieuw. Ik kon daar nergens overnachten, dus installeerde ik mijn computer en ging weg. Toen ik na een paar maanden terugkwam zag ik dat kinderen er spelletjes op speelden.
When they saw me, they said, "We want a faster processor and a better mouse."
Toen ze me zagen zeiden ze: "We hebben een snellere processor en een betere muis nodig."
(Laughter)
(Gelach)
So I said, "How on Earth do you know all this?"
Ik zei: "In godsnaam, hoe weten jullie dat allemaal?"
And they said something very interesting to me. In an irritated voice, they said, "You've given us a machine that works only in English, so we had to teach ourselves English in order to use it." (Laughter) That's the first time, as a teacher, that I had heard the word "teach ourselves" said so casually.
Het antwoord vond ik zeer interessant. Op geïrriteerde toon zeiden ze: "U hebt ons een machine gegeven die alleen in het Engels werkt, dus moesten we onszelf Engels leren om hem te kunnen gebruiken." (Gelach) Het was voor het eerst in mijn werk als docent dat ik de woorden 'zelf leren' zo terloops hoorde gebruiken.
Here's a short glimpse from those years. That's the first day at the Hole in the Wall. On your right is an eight-year-old. To his left is his student. She's six. And he's teaching her how to browse. Then onto other parts of the country, I repeated this over and over again, getting exactly the same results that we were. ["Hole in the wall film - 1999"] An eight-year-old telling his elder sister what to do. And finally a girl explaining in Marathi what it is, and said, "There's a processor inside."
Hier is een korte terugblik op die tijd. Dat is op de eerste dag van het 'gat in de muur'. Rechts zie je een jongen van 8. Links van hem zijn studente, ze is 6. Hij leert haar hoe ze moet browsen. Daarna volgden andere delen van het land. Ik herhaalde dit steeds weer, met telkens exact hetzelfde resultaat. ('Gat-in-de-muur'-film - 1999) Een 8-jarige jongen die zijn oudere zusje vertelt wat ze moet doen. Tot slot een meisje dat in het Marathi uitlegt wat het is. Ze zei: "Er zit een processor binnenin."
So I started publishing. I published everywhere. I wrote down and measured everything, and I said, in nine months, a group of children left alone with a computer in any language will reach the same standard as an office secretary in the West. I'd seen it happen over and over and over again.
Vervolgens begon ik overal te publiceren. Ik noteerde alles en deed overal metingen. Ik zei: "In 9 maanden tijd zal een groep kinderen die alleen gelaten wordt met een computer in wat voor taal ook hetzelfde niveau bereiken als een kantoorbediende in het Westen." Ik had het talloze keren zien gebeuren.
But I was curious to know, what else would they do if they could do this much? I started experimenting with other subjects, among them, for example, pronunciation. There's one community of children in southern India whose English pronunciation is really bad, and they needed good pronunciation because that would improve their jobs. I gave them a speech-to-text engine in a computer, and I said, "Keep talking into it until it types what you say." (Laughter) They did that, and watch a little bit of this.
Maar als ze hier al toe in staat waren, was ik nieuwsgierig naar wat er nog meer mogelijk was. Ik ging experimenteren met andere onderwerpen, waaronder bijvoorbeeld uitspraak. Er is een groep kinderen in Zuid-India die een zeer slechte Engelse uitspraak heeft. Hun uitspraak zou moeten verbeteren met het oog op beter werk. Ik gaf ze een computer met spraakherkenning. Ik zei: "Blijf er net zo lang tegen praten, tot hij typt wat je zegt." (Gelach) Dat deden ze. Kijk hier maar eens naar.
Computer: Nice to meet you.Child: Nice to meet you.
Computer: Aangenaam kennis te maken. Kind: Aangenaam kennis te maken.
Sugata Mitra: The reason I ended with the face of this young lady over there is because I suspect many of you know her. She has now joined a call center in Hyderabad and may have tortured you about your credit card bills in a very clear English accent.
Sugata Mitra: Ik eindig met opzet met het gezicht van deze jongedame, omdat ik vermoed dat velen van u haar kennen. Ze werkt nu bij een call-center in Hyderabad. Misschien heeft ze je met een duidelijk Engels accent lastiggevallen over je creditcardrekeningen.
So then people said, well, how far will it go? Where does it stop? I decided I would destroy my own argument by creating an absurd proposition. I made a hypothesis, a ridiculous hypothesis. Tamil is a south Indian language, and I said, can Tamil-speaking children in a south Indian village learn the biotechnology of DNA replication in English from a streetside computer? And I said, I'll measure them. They'll get a zero. I'll spend a couple of months, I'll leave it for a couple of months, I'll go back, they'll get another zero. I'll go back to the lab and say, we need teachers. I found a village. It was called Kallikuppam in southern India. I put in Hole in the Wall computers there, downloaded all kinds of stuff from the Internet about DNA replication, most of which I didn't understand.
Daarna zeiden mensen: "Waar leidt dit toe? Waar houdt het op?" Ik besloot mijn eigen redenering onderuit te halen door een absurd voorstel te doen. Ik maakte een belachelijke hypothese. Tamil is een taal uit Zuid-India en ik vroeg: "Kunnen Tamilkinderen in een dorpje in het Zuiden van India de biotechnologie van DNA-vermenigvuldiging in het Engels leren van een computer op straat?" Ik zei dat ik ze zou testen. Ze zouden een 0 halen. Ik zou ze een paar maanden de tijd geven. Daarna zou ik ze weer testen en ze zouden weer een 0 halen. Ik zou teruggaan naar het laboratorium en om docenten vragen. Ik vond een dorpje, genaamd Kallikuppam in Zuid-India. Ik zette er 'Gat-in-de-muur'-computers neer en downloadde allerlei informatie van Internet over DNA-replicatie, waarvan ik het meeste zelf niet begreep.
The children came rushing, said, "What's all this?"
De kinderen stormden erop af en zeiden: "Wat is dit allemaal?"
So I said, "It's very topical, very important. But it's all in English."
Ik zei: "Het is heel actueel en belangrijk, maar allemaal in het Engels."
So they said, "How can we understand such big English words and diagrams and chemistry?"
Ze zeiden: "Hoe kunnen wij zulke moeilijke Engelse woorden als diagrammen en scheikunde begrijpen?"
So by now, I had developed a new pedagogical method, so I applied that. I said, "I haven't the foggiest idea." (Laughter) "And anyway, I am going away." (Laughter)
Ik had inmiddels een nieuwe pedagogische methode ontwikkeld, die ik nu toepaste. Ik zei: "Ik heb geen flauw idee." (Gelach) "Trouwens, ik ga er nu vandoor." (Gelach)
So I left them for a couple of months. They'd got a zero. I gave them a test. I came back after two months and the children trooped in and said, "We've understood nothing."
Ik bleef een paar maanden weg. Ze hadden een 0 gekregen op mijn test. Na 2 maanden kwam ik terug. De kinderen marcheerden naar binnen en zeiden: "We snapten er niets van."
So I said, "Well, what did I expect?" So I said, "Okay, but how long did it take you before you decided that you can't understand anything?"
Dat had ik kunnen verwachten. Ik zei: "Oké, maar hoe lang duurde het voor je besloot dat je er niets van snapt?"
So they said, "We haven't given up. We look at it every single day."
Ze zeiden: "We hebben het niet opgegeven. We kijken er elke dag naar."
So I said, "What? You don't understand these screens and you keep staring at it for two months? What for?"
Ik zei: "Wat? Je begrijpt niets van die schermen en toch blijf je er 2 maanden naar staren? Waarom?"
So a little girl who you see just now, she raised her hand, and she says to me in broken Tamil and English, she said, "Well, apart from the fact that improper replication of the DNA molecule causes disease, we haven't understood anything else."
Toen stak het meisje dat je hier ziet, haar hand op en vertelde me, in Tamil en Engels door elkaar: "Behalve het feit dat onjuiste replicatie van het DNA-molecuul ziekte veroorzaakt, hebben we er verder niets van gesnapt."
(Laughter) (Applause)
(Gelach) (Applaus)
So I tested them. I got an educational impossibility, zero to 30 percent in two months in the tropical heat with a computer under the tree in a language they didn't know doing something that's a decade ahead of their time. Absurd. But I had to follow the Victorian norm. Thirty percent is a fail. How do I get them to pass? I have to get them 20 more marks. I couldn't find a teacher. What I did find was a friend that they had, a 22-year-old girl who was an accountant and she played with them all the time.
Waarop ik ze een test gaf. Er kwam een educatieve onmogelijkheid uit. Van 0 tot 30% in 2 maanden in de tropische hitte, met een computer onder de boom in een onbekende taal, bezig met iets waar ze 10 jaar te jong voor waren. Absurd. Maar ik moest uitgaan van de Victoriaanse norm. 30% betekent niet geslaagd. Hoe kon ik ze laten slagen? Ze hadden nog 20 punten nodig. Een docent was niet te vinden. Wel een vriendin van de kinderen, een meisje van 22 dat accountant was en dat altijd met ze speelde.
So I asked this girl, "Can you help them?"
Ik vroeg het meisje: "Kun jij ze helpen?"
So she says, "Absolutely not. I didn't have science in school. I have no idea what they're doing under that tree all day long. I can't help you."
Ze zei: "Geen sprake van. Ik had geen exacte vakken op school. Ik heb geen enkel idee wat ze de hele dag uitvoeren onder die boom. Ik kan u niet helpen."
I said, "I'll tell you what. Use the method of the grandmother."
Ik zei: "Weet je wat? Gebruik de grootmoedermethode."
So she says, "What's that?"
Ze antwoordde: "Wat is dat?"
I said, "Stand behind them. Whenever they do anything, you just say, 'Well, wow, I mean, how did you do that? What's the next page? Gosh, when I was your age, I could have never done that.' You know what grannies do."
Ik zei: "Ga achter ze staan. Wat ze ook doen, je zegt gewoon: Wow zeg, hoe deed je dat? Wat is de volgende pagina? Jeetje, dat had ìk niet gekund op jouw leeftijd. Je weet wel, zoals oma's altijd doen."
So she did that for two more months. The scores jumped to 50 percent. Kallikuppam had caught up with my control school in New Delhi, a rich private school with a trained biotechnology teacher. When I saw that graph I knew there is a way to level the playing field.
Dat deed ze gedurende de volgende 2 maanden. De scores sprongen omhoog naar 50%. Kallikuppam had mijn controleschool in New Delhi ingehaald. Kallikuppam had mijn controleschool in New Delhi ingehaald, een dure privéschool met een speciale docent voor biotechnologie. Die grafiek liet me zien dat er een manier was om iedereen gelijke kansen te geven.
Here's Kallikuppam.
Dit is Kallikuppam.
(Children speaking) Neurons ... communication.
(Pratende kinderen) Neuronen... communicatie.
I got the camera angle wrong. That one is just amateur stuff, but what she was saying, as you could make out, was about neurons, with her hands were like that, and she was saying neurons communicate. At 12.
Ik film hier vanuit de verkeerde hoek... amateurwerk. Maar je kon horen dat ze het had over neuronen. Ze hield haar handen zó en ze zei: "Neuronen communiceren." 12 jaar...
So what are jobs going to be like? Well, we know what they're like today. What's learning going to be like? We know what it's like today, children pouring over with their mobile phones on the one hand and then reluctantly going to school to pick up their books with their other hand.
Hoe zal het werk eruit gaan zien? We weten hoe het nu is. Hoe zal het leren eruit gaan zien? We weten hoe het nu is. Kinderen die de ene hand gekluisterd hebben aan hun mobieltje en met de andere hand met tegenzin hun schoolboeken pakken.
What will it be tomorrow? Could it be that we don't need to go to school at all? Could it be that, at the point in time when you need to know something, you can find out in two minutes? Could it be -- a devastating question, a question that was framed for me by Nicholas Negroponte -- could it be that we are heading towards or maybe in a future where knowing is obsolete? But that's terrible. We are homo sapiens. Knowing, that's what distinguishes us from the apes. But look at it this way. It took nature 100 million years to make the ape stand up and become Homo sapiens. It took us only 10,000 to make knowing obsolete. What an achievement that is. But we have to integrate that into our own future.
Hoe zal het morgen zijn? Is het misschien niet eens meer nodig om naar school te gaan? Gaan we toe naar een tijd waarin je binnen 2 minuten kunt vinden wat je wilt weten? Het is misschien een onthutsende vraag, een vraag die voor mij geformuleerd werd door Nicholas Negroponte, maar zou het kunnen zijn dat we afstevenen op - of ons al bevinden in - een toekomst waarin kennis achterhaald is? Dat is verschrikkelijk. Wij zijn homo sapiens. Kennis is wat ons onderscheidt van de apen. Maar bekijk het eens zó. De natuur had er 100 miljoen jaar voor nodig om de aap rechtop te laten staan en homo sapiens te worden. In slechts 10.000 jaar kregen wij het voor elkaar om kennis achterhaald te maken. Als dat geen prestatie is... Maar we moeten dat integreren in onze toekomst.
Encouragement seems to be the key. If you look at Kuppam, if you look at all of the experiments that I did, it was simply saying, "Wow," saluting learning.
Aanmoediging lijkt het sleutelwoord te zijn. In Kuppam en bij al mijn andere experimenten, was het simpele woordje 'wow' genoeg, als eerbewijs aan het leren.
There is evidence from neuroscience. The reptilian part of our brain, which sits in the center of our brain, when it's threatened, it shuts down everything else, it shuts down the prefrontal cortex, the parts which learn, it shuts all of that down. Punishment and examinations are seen as threats. We take our children, we make them shut their brains down, and then we say, "Perform." Why did they create a system like that? Because it was needed. There was an age in the Age of Empires when you needed those people who can survive under threat. When you're standing in a trench all alone, if you could have survived, you're okay, you've passed. If you didn't, you failed. But the Age of Empires is gone. What happens to creativity in our age? We need to shift that balance back from threat to pleasure.
Er is bewijs vanuit de neurowetenschappen. Het centrum van ons brein bevat een reptielachtig deel. Als het wordt bedreigd, sluit het alle andere delen af. De prefrontale cortex, de delen die kennis opnemen, alles wordt afgesloten. Straf en examens worden gezien als bedreigingen. We zorgen ervoor dat de hersens van onze kinderen worden afgesloten en dan zeggen we: "Presteren." Waarom bedachten ze zo'n systeem? Omdat het nodig was. In de tijd van de grote wereldrijken had je mensen nodig die konden overleven in bedreigende situaties. Als je alleen in een loopgraaf stond en je overleefde dat, dan was je geslaagd. Als je het niet overleefde, was je gezakt. Maar die tijd is voorbij. Hoe moet dat met creativiteit in onze tijd? We moeten het zwaartepunt verschuiven van bedreiging naar plezier.
I came back to England looking for British grandmothers. I put out notices in papers saying, if you are a British grandmother, if you have broadband and a web camera, can you give me one hour of your time per week for free? I got 200 in the first two weeks. I know more British grandmothers than anyone in the universe. (Laughter) They're called the Granny Cloud. The Granny Cloud sits on the Internet. If there's a child in trouble, we beam a Gran. She goes on over Skype and she sorts things out. I've seen them do it from a village called Diggles in northwestern England, deep inside a village in Tamil Nadu, India, 6,000 miles away. She does it with only one age-old gesture. "Shhh." Okay?
Ik keerde terug naar Engeland om Britse grootmoeders te zoeken. Ik verspreidde oproepen waarin stond: Ben je een Britse grootmoeder en heb je breedband en een webcamera, wil je me dan 1 uur per week van je vrije tijd geven? Ik kreeg er 200 in de eerste 2 weken. Ik ken meer Britse grootmoeders dan wie ook ter wereld. (Gelach) Ze worden de 'Omawolk' genoemd. De 'Omawolk' zit op Internet. Als een kind problemen heeft, roepen we een oma op. Via Skype-contact zorgt ze voor een oplossing. Ik heb ze het zien doen vanuit Diggles, een dorp in het noordwesten van Engeland, naar een dorp dat 10.000 km verder ligt, in Tamil Nadu in India. Ze krijgt het voor elkaar met een eeuwenoud gebaar. "Ssst." Oké?
Watch this.
Kijk maar.
Grandmother: You can't catch me. You say it. You can't catch me.
Grootmoeder: "Je kunt me niet pakken. Zeg me maar na. Je kunt me niet pakken."
Children: You can't catch me.
Kinderen: "Je kunt me niet pakken."
Grandmother: I'm the Gingerbread Man.Children: I'm the Gingerbread Man.
Grootmoeder; "Ik ben het koekenmannetje." Kinderen: "Ik ben het koekenmannetje."
Grandmother: Well done! Very good.
Grootmoeder: "Goed gedaan! Heel goed."
SM: So what's happening here? I think what we need to look at is we need to look at learning as the product of educational self-organization. If you allow the educational process to self-organize, then learning emerges. It's not about making learning happen. It's about letting it happen. The teacher sets the process in motion and then she stands back in awe and watches as learning happens. I think that's what all this is pointing at.
SM: Wat is hier nu aan de hand? Volgens mij moeten we het leerproces zien als een product van onderwijskundige zelforganisatie. Als het onderwijsproces zelf georganiseerd mag worden, komt daar leren uit voort. Je hoeft het leren niet op te leggen. Laat het maar gebeuren. De leerkracht zet het proces in gang en ziet vanaf afstand toe hoe het leren tot stand komt. Dat is waar het om gaat volgens mij.
But how will we know? How will we come to know? Well, I intend to build these Self-Organized Learning Environments. They are basically broadband, collaboration and encouragement put together. I've tried this in many, many schools.
Maar hoe komen we aan de kennis? Ik ben van plan om zelfgeorganiseerde leerruimtes te bouwen. Het is een combinatie van breedband,. samenwerking en aanmoediging. Ik heb dit al op vele scholen,
It's been tried all over the world, and teachers sort of stand back and say, "It just happens by itself?"
overal ter wereld uitgeprobeerd. Docenten zeiden sceptisch: "Gaat het helemaal vanzelf?"
And I said, "Yeah, it happens by itself.""How did you know that?"
Ik zei: "Ja, het gaat vanzelf." "Hoe kom je daarbij?"
I said, "You won't believe the children who told me and where they're from."
Ik zei: "Voor jullie zijn de kinderen die me dit vertelden, gezien hun achtergrond vast niet geloofwaardig."
Here's a SOLE in action.
Hier zie je een SOLE in de praktijk.
(Children talking)
(Kinderen praten met elkaar)
This one is in England. He maintains law and order, because remember, there's no teacher around.
Dit is in Engeland. Hij houdt de orde en rust in de gaten, want zoals je weet is er geen docent aanwezig.
Girl: The total number of electrons is not equal to the total number of protons -- SM: Australia Girl: -- giving it a net positive or negative electrical charge. The net charge on an ion is equal to the number of protons in the ion minus the number of electrons.
Meisje: Het totale aantal elektronen is niet gelijk aan het totale aantal protonen - SM: Australië Meisje: - als je er een netto positieve negatief-elektrische lading aan geeft. De nettolading van een ion is gelijk aan het aantal protonen in de ion, minus het aantal electronen.
SM: A decade ahead of her time.
SM: Ze is haar leeftijd 10 jaar vooruit.
So SOLEs, I think we need a curriculum of big questions. You already heard about that. You know what that means. There was a time when Stone Age men and women used to sit and look up at the sky and say, "What are those twinkling lights?" They built the first curriculum, but we've lost sight of those wondrous questions. We've brought it down to the tangent of an angle. But that's not sexy enough. The way you would put it to a nine-year-old is to say, "If a meteorite was coming to hit the Earth, how would you figure out if it was going to or not?" And if he says, "Well, what? how?" you say, "There's a magic word. It's called the tangent of an angle," and leave him alone. He'll figure it out.
Voor SOLEs hebben we een leerplan nodig met belangrijke vragen. Jullie hebben al gehoord wat dat betekent. In de Steentijd keken de mensen omhoog naar de lucht en zeiden: "Wat zijn dat voor twinkelende lichtjes?" Zo ontstond het eerste leerplan, maar dit soort wonderlijke vragen zijn er niet meer. Wij houden ons bezig met de tangens van een hoek. Maar dat is niet sexy genoeg. Je zou aan kind van 9 jaar moeten vragen: "Als er een meteoriet op de aarde af zou komen, hoe zou je dan uitrekenen of hij zou inslaan of niet?" Als hij dan zegt: "Hoe doe ik dat?", dan zeg je: "Het toverwoord is: de tangens van een hoek." Laat hem dan alleen en hij zal er zelf achterkomen.
So here are a couple of images from SOLEs. I've tried incredible, incredible questions -- "When did the world begin? How will it end?" — to nine-year-olds. This one is about what happens to the air we breathe. This is done by children without the help of any teacher. The teacher only raises the question, and then stands back and admires the answer.
Hier zie je wat beelden van SOLEs. Ik heb onvoorstelbare vragen uitgeprobeerd: Wanneer is de wereld begonnen? Hoe zal ze eindigen? Bij kinderen van 9 jaar. Deze gaat over wat er gebeurt met de lucht die we inademen. Kinderen lossen dit op zonder de hulp van een leerkracht. De docent stelt alleen maar de vraag, neemt afstand en prijst het antwoord.
So what's my wish? My wish is that we design the future of learning. We don't want to be spare parts for a great human computer, do we? So we need to design a future for learning. And I've got to -- hang on, I've got to get this wording exactly right, because, you know, it's very important. My wish is to help design a future of learning by supporting children all over the world to tap into their wonder and their ability to work together. Help me build this school. It will be called the School in the Cloud. It will be a school where children go on these intellectual adventures driven by the big questions which their mediators put in. The way I want to do this is to build a facility where I can study this. It's a facility which is practically unmanned. There's only one granny who manages health and safety. The rest of it's from the cloud. The lights are turned on and off by the cloud, etc., etc., everything's done from the cloud.
Wat is dus mijn wens? Mijn wens is, dat we de toekomst van het leren ontwerpen. We willen toch geen onderdelen van een grote menselijke computer zijn? Dus moeten we een toekomst voor het leren ontwerpen. En ik moet - wacht even, ik moet dit even goed formuleren, want dit is heel belangrijk. Ik zou willen helpen bij het ontwerpen van een leertoekomst, door kinderen overal ter wereld te ondersteunen, hun nieuwsgierigheid en samenwerkingsvermogen aan te spreken. Help me bij het bouwen van deze school. Ze zal de 'School in de wolken' heten. Het zal een school worden waar kinderen op intellectueel avontuur gaan, gedreven door de grote vragen die hun begeleiders ze hebben gesteld. Ik wil dit bereiken door het bouwen van een faciliteit waar ik dit kan bestuderen. Een praktisch onbemande faciliteit. Er is maar één oma, die gaat over gezondheid en veiligheid. De rest gaat via de wolk. Het licht wordt door de wolk aan- en uitgedaan etcetera, etcetera. Alles komt vanuit de wolk.
But I want you for another purpose. You can do Self-Organized Learning Environments at home, in the school, outside of school, in clubs. It's very easy to do. There's a great document produced by TED which tells you how to do it. If you would please, please do it across all five continents and send me the data, then I'll put it all together, move it into the School of Clouds, and create the future of learning. That's my wish.
Maar ik heb jullie ergens anders voor nodig. Jullie kunnen zelfgeorganiseerde leerplekken creëren. Thuis, binnen en buiten school, in clubs. Het is heel makkelijk. TED heeft een geweldig document waarin ze uitleggen hoe je dat doet. Zouden jullie dat op alle 5 de continenten willen doen en de data naar mij sturen? Dan zal ik allles samenvoegen, het overbrengen naar de Wolkenschool en de toekomst van het leren vorm geven. Dat is mijn wens.
And just one last thing. I'll take you to the top of the Himalayas. At 12,000 feet, where the air is thin, I once built two Hole in the Wall computers, and the children flocked there. And there was this little girl who was following me around.
En dan tot slot nog dit. Ik neem jullie mee naar de top van de Himalaya. Op 3.600 meter, waar de lucht ijl is, plaatste ik ooit 2 'Gat-in-de-muur'-computers en de kinderen vlogen erop af. Er was een klein meisje dat overal achter me aan liep.
And I said to her, "You know, I want to give a computer to everybody, every child. I don't know, what should I do?" And I was trying to take a picture of her quietly.
Ik zei tegen haar: "Weet je, ik wil ieder kind een computer geven. Hoe zal ik dat aanpakken?" Ik probeerde stilletjes een foto van haar te maken.
She suddenly raised her hand like this, and said to me, "Get on with it."
Plotseling stak ze zó haar hand op en zei: "Schiet maar eens op dan."
(Laughter) (Applause)
(Gelach) (Applaus)
I think it was good advice. I'll follow her advice. I'll stop talking. Thank you. Thank you very much. (Applause) Thank you. Thank you. (Applause) Thank you very much. Wow. (Applause)
Volgens mij was dat een goed advies. Ik zal het opvolgen en stoppen met praten. Dankjewel. Hartelijk dank. (Applaus) Dankjewel. Dankjewel. (Applaus) Hartelijk dank. Wow. (Applaus)