Of the five senses, vision is the one that I appreciate the most, and it's the one that I can least take for granted. I think this is partially due to my father, who was blind. It was a fact that he didn't make much of a fuss about, usually. One time in Nova Scotia, when we went to see a total eclipse of the sun --
Van alle vijf zintuigen waardeer ik het gezichtsvermogen het meest. Zicht is het minst vanzelfsprekend voor mij. Dat komt deels omdat mijn vader blind was. Hij praatte er niet vaak over behalve in Nova Scotia tijdens de volledige zonsverduistering
(Laughter)
van het liedje van Carly Simon
Yeah, same one as in the Carly Simon song, which may or may not refer to James Taylor, Warren Beatty or Mick Jagger; we're not really sure. They handed out these dark plastic viewers that allowed us to look directly at the sun without damaging our eyes. But Dad got really scared; he didn't want us doing that. He wanted us instead to use these cheap cardboard viewers, so that there was no chance at all that our eyes would be damaged. I thought this was a little strange at the time.
dat misschien verwijst naar James Taylor, Warren Beaty of Mick Jagger. Verduisteringsbrilletjes werden uitgedeeld zodat je recht naar de zon kon kijken zonder je ogen te beschadigen. Pap werd erg bang. Hij wilde niet dat we dat zouden doen. We moesten van hem een kartonnen bril dragen zodat er helemaal geen kans was op oogbeschadiging. Dat was een beetje vreemd voor mij.
What I didn't know at the time was that my father had actually been born with perfect eyesight. When he and his sister Martha were just very little, their mom took them out to see a total eclipse -- or actually, a solar eclipse -- and not long after that, both of them started losing their eyesight. Decades later, it turned out that the source of their blindness was most likely some sort of bacterial infection. As near as we can tell, it had nothing whatsoever to do with that solar eclipse, but by then my grandmother had already gone to her grave thinking it was her fault.
Ik wist toen niet dat mijn vader geboren was met perfect zicht. Als kind nam zijn moeder zijn zus en hem naar een zonsverduistering. En niet lang nadien En niet lang nadien werden ze allebei blind. Tientallen jaren later bleek een bacteriële infectie de oorzaak van hun blindheid. Waarschijnlijk had het niets te maken met die zonsverduistering. Mijn grootmoeder was al overleden, in de overtuiging dat het haar fout was.
So, Dad graduated Harvard in 1946, married my mom, and bought a house in Lexington, Massachusetts, where the first shots were fired against the British in 1775, although we didn't actually hit any of them until Concord. He got a job working for Raytheon designing guidance systems, which was part of the Route 128 high-tech axis in those days -- so, the equivalent of Silicon Valley in the '70s. Dad wasn't a real militaristic kind of guy; he just felt bad that he wasn't able to fight in World War II on account of his handicap, although they did let him get through the several-hour-long army physical exam before they got to the very last test, which was for vision.
Pap studeerde af in Harvard in 1946, trouwde met mijn moeder en kocht een huis in Lexington, Massachusetts waar de Amerikaanse revolutie in 1775 tegen de Britse troepen begon. Hij werkte voor Raytheon, waar hij navigatiesystemen ontwikkelde, een high-tech bedrijf op de Route 128, het Silicone Valley van de jaren '70. Pap was niet echt een soldaat-type, maar hij wilde graag vechten in de Tweede Wereldoorlog ondanks zijn handicap. Het leger heeft hem echter urenlang onderzocht tijdens het fysieke examen tot de laatste test: het zichtsvermogen.
(Laughter)
(gelach)
So Dad started racking up all of these patents and gaining a reputation as a blind genius, rocket scientist, inventor. But to us he was just Dad, and our home life was pretty normal. As a kid, I watched a lot of television and had lots of nerdy hobbies like mineralogy and microbiology and the space program and a little bit of politics. I played a lot of chess. But at the age of 14, a friend got me interested in comic books, and I decided that was what I wanted to do for a living.
Pap kreeg door zijn onderzoek een reputatie van een blinde geniale wetenschapper. Maar voor ons was hij gewoon Pap en ons gezin was heel normaal. Ik keek veel tv als kind. Ik had veel sullige hobby's, zoals mineralogie en microbiologie en ruimtevaart en een beetje politiek. Ik schaakte veel. En toen ik 14 was, toonde een vriend me zijn strips. Dat was wat ik de rest van mijn leven wilde doen.
So, here's my dad: he's a scientist, he's an engineer and he's a military contractor. So, he has four kids, right? One grows up to become a computer scientist, one grows up to join the Navy, one grows up to become an engineer ... And then there's me: the comic book artist.
Dus, hier is mijn vader: wetenschapper, ingenieur en militair. Hij had vier kinderen, ja? Wel, eentje werd informaticus eentje ging bij de Marine, eentje werd een ingenieur en dan was ik er nog:
(Laughter)
de striptekenaar...
Which, incidentally, makes me the opposite of Dean Kamen, because I'm a comic book artist, son of an inventor, and he's an inventor, son of a comic book artist.
(gelach) Dat maakt mij het tegenovergestelde van Dean Kamen. Ik ben een striptekenaar en de zoon van een uitvinder, Hij is een uitvinder en de zoon van een striptekenaar. (gelach)
(Laughter)
Ja hoor, het is waar.
Right? It's true.
(applaus)
(Applause)
Pap had veel vertrouwen in me.
The funny thing is, Dad had a lot of faith in me. He had faith in my abilities as a cartoonist, even though he had no direct evidence that I was any good whatsoever; everything he saw was just a blur. Now, this gives a real meaning to the term "blind faith," which doesn't have the same negative connotation for me that it does for other people. Now, faith in things which cannot be seen, which cannot be proved, is not the sort of faith that I've ever really related to all that much. I tend to like science, where what we see and can ascertain are the foundation of what we know.
Hij had vertrouwen in mijn tekentalent ook al kon hij dat zelf niet zien. Hij zag alles wazig. "Blind vertrouwen" noemen ze dat. Voor veel mensen klinkt dat slecht, maar niet voor mij. Vertrouwen in onzichtbare en onbewijsbare dingen is niets voor mij. Ik hou van wetenschap, wat we zien en kunnen bewijzen is het fundament van onze kennis.
But there's a middle ground, too -- a middle ground tread by people like poor old Charles Babbage and his steam-driven computers that were never built. Nobody really understood what it was that he had in mind except for Ada Lovelace, and he went to his grave trying to pursue that dream. Vannevar Bush with his memex -- this idea of all of human knowledge at your fingertips -- he had this vision. And I think a lot of people in his day probably thought he was a bit of a kook. And, yeah, we can look back in retrospect and say, "Yeah, ha-ha, it's all microfilm --
Maar er is een middenweg. Een middenweg voor mensen zoals Charles Babbage, de uitvinder van de nooit gebouwde stoomcomputer. Niemand begreep hem als uitvinder, behalve Ada Lovelace. Hij overleed voor hij zijn droom kon verwezenlijken. Vannevar Bush had zijn Memex, alle menselijke kennis binnen handbereik Hij zag het voor zich maar veel tijdgenoten van hem dachten dat hij gestoord was. We zouden nu achteraf kunnen zeggen "Haha, alles op microfilm"
(Laughter)
maar dat is niet het punt. Hij begreep de toekomst.
But that's not the point; he understood the shape of the future. So did J.C.R. Licklider and his notions for computer-human interaction. Same thing: he understood the shape of the future, even though it was something that would only be implemented by people much later. Or Paul Baran, and his vision for packet switching. Hardly anybody listened to him in his day. Or even the people who actually pulled it off, the people at Bolt, Beranek and Newman in Boston, who just would sketch out these structures of what would eventually become a worldwide network, and sketching things on the back of napkins and on note papers and arguing over dinner at Howard Johnson's -- on Route 128 in Lexington, Massachusetts, just two miles from where I was studying the Queen's Gambit Deferred and listening to Gladys Knight & The Pips singing "Midnight Train to Georgia" --
Net als J.C.R. Liklider en zijn idee van de mens-computer interactie. Hij begreep ook de toekomst, al werden zijn ideeën pas veel later toegepast. Of Paul Barron en zijn pakketgeschakeld netwerk. Bijna niemand luisterde naar hem. Zelfs de mensen die het uitwerkten in praktijk bij Bolt, Beranek en Newman in Boston. Zij schetsen die structuur van wat nu een wereldwijd netwerk is op de achterkant van servetten, tijdens het avondeten in het restaurant op Route 128 in Lexington, Massachusetts, waar ik even verderop leerde schaken en naar Gladys Knight & the Pips luisterde "Midnight Train to Georgia" (gelach)
(Laughter)
in de luie stoel van mijn vader.
in my dad's big easy chair, you know?
So, three types of vision, right? Vision based on what one cannot see, the vision of that unseen and unknowable. The vision of that which has already been proven or can be ascertained. And this third kind, a vision of something which can be, which may be, based on knowledge but is, as yet, unproven. Now, we've seen a lot of examples of people who are pursuing that sort of vision in science, but I think it's also true in the arts, it's true in politics, it's even true in personal endeavors.
Drie types van visie dus. Een visie gebaseerd op wat je niet kan zien: de visie van dat onzichtbare en onbekende. De visie van wat al bewezen is. En dan de derde soort visie over wat kan en zou kunnen over wat kan en zou kunnen gebaseerd op nog te bewijzen kennis. Heel wat wetenschappers hebben deze visie nagestreeft, net als kunstenaars en politici. Het is zelfs waar in je persoonlijke verwezenlijkingen.
What it comes down to, really, is four basic principles: learn from everyone; follow no one; watch for patterns; and work like hell. I think these are the four principles that go into this. And it's that third one, especially, where visions of the future begin to manifest themselves. What's interesting is that this particular way of looking at the world, is, I think, only one of four different ways that manifest themselves in different fields of endeavor. In comics, I know that it results in sort of a formalist attitude towards trying to understand how it works. Then there's another, more classical attitude which embraces beauty and craft; another one which believes in the pure transparency of content; and then another, which emphasizes the authenticity of human experience and honesty and rawness.
Er zijn slechts vier basisprincipes: leer van iedereen volg niemand kijk uit naar patronen en werk keihard. Dat zijn de vier principes. Vooral in het derde principe beginnen toekomstvisies zich te manifesteren. Deze manier om naar de wereld te kijken is slechts één van vier manieren, terug te vinden in verschillende velden. In strips bijvoorbeeld vind je een formalistische benadering die probeert te begrijpen hoe alles werkt. Een andere benadering is klassieker met de nadruk op schoonheid en kunde. Weer een ander gelooft in de transparantie van de inhoud. En de laatste benadrukt de authentieke menselijke ervaring en eerlijkheid en ruwheid.
These are four very different ways of looking at the world. I even gave them names: the classicist, the animist, the formalist and iconoclast. Interestingly, they seem to correspond more or less to Jung's four subdivisions of human thought. And they reflect a dichotomy of art and delight on left and the right; tradition and revolution on the top and the bottom. And if you go on the diagonal, you get content and form, and then beauty and truth. And it probably applies just as much to music and movies and fine art, which has nothing whatsoever to do with vision at all, or, for that matter, nothing to do with our conference theme of "Inspired by Nature," except to the extent of the fable of the frog who gives a ride to the scorpion on his back to get across the river because the scorpion promises not to sting him, but the scorpion stings him anyway and they both die, but not before the frog asks him why, and the scorpion says, "Because it's my nature." In that sense, yes.
Ik noem deze vier verschillende manieren om naar de wereld te kijken: classicist, animist, formalist en iconoclast. Dat lijkt min of meer op de vier delen van het menselijk denken volgens Jung. Je hebt de tweedeling tussen kunst en leven links en rechts Traditie en revolutie boven en onder. Diagonaal: inhoud en vorm en dan schoonheid en waarheid. Je kan dit ook toepassen op muziek en films en schone kunsten, wat niets te maken heeft met visie of zelfs niets met het onderwerp van deze conferentie "Geïnspireerd van nature" behalve voor zover de fabel van de kikker gaat, die een schorpioen helpt een rivier over te steken. De schorpioen belooft hem niet te steken maar doet dat toch, en ze verdrinken allebei. De kikker kan nog net vragen waarom de schorpioen dat deed: "Dit is mijn natuur" Op dat opzicht, ja. (gelach)
(Laughter)
Dus --
So this was my nature. The thing was, I saw that the route I took to discovering this focus in my work and who I was -- I saw it as just this road to discovery. Actually, it was just me embracing my nature, which means that I didn't actually fall that far from the tree, after all.
Dus dit was mijn natuur, de weg voor mij om te ontdekken, de focus in mijn werk en in mijn eigen leven. Dit was mijn ontdekkingstocht. Ik moest gewoon mijn eigen karakter accepteren en dat betekende dat deze appel toch niet zo ver van de boom viel.
So what does a "scientific mind" do in the arts? I started making comics, but I also started trying to understand them, almost immediately. One of the most important things about comics that I discovered was that comics are a visual medium, but they try to embrace all of the senses within it. So, the different elements of comics, like pictures and words, and the different symbols and everything in between that comics presents, are all funneled through the single conduit, a vision. So we have things like resemblance, where something which resembles the physical world can be abstracted in a couple of different directions: abstracted from resemblance, but still retaining the complete meaning, or abstracted away from both resemblance and meaning towards the picture plane.
Wat doet dus een "wetenschapper" in de kunsten? Ik begon strips te maken en ik probeerde ze onmiddellijk te begrijpen. Eén van de belangrijkste ontdekkingen van me was dat strips een visueel medium zijn en dat ze desondanks alle zintuigen bespelen. De elementen van een strip, zoals prentjes en woorden en de verschillende symbolen en al de rest, die je kan terugvinden in strips, worden allemaal geleid door zicht. Gelijkenis bijvoorbeeld. Iets dat lijkt op de echte wereld kan abstract worden in een aantal verschillende richtingen. Abstractie van de gelijkenis zonder de betekenis te verliezen of abstractie van gelijkenis en betekenis naar de tekening zelf. Alle drie samen vormen een mooi overzicht
Put all these three together, and you have a nice little map of the entire boundary of visual iconography, which comics can embrace. And if you move to the right you also get language, because that's abstracting even further from resemblance, but still maintaining meaning. Vision is called upon to represent sound and to understand the common properties of those two and their common heritage as well; also, to try to represent the texture of sound to capture its essential character through visuals. There's also a balance between the visible and the invisible in comics. Comics is a kind of call and response, in which the artist gives you something to see within the panels, and then gives you something to imagine between the panels.
van de grenzen van visuele iconografie om te gebruiken in strips. Verder naar rechts vind je taal omdat taal nog abstracter is maar nog steeds de betekenis heeft. Zicht kan ook geluid oproepen en gemeenschappelijke kenmerken van beiden en een gemeenschappelijke oorsprong. Zicht bepaalt ook het gevoel van geluid door de essentie te visualiseren. Er is een evenwicht in strips tussen het zichtbare en het onzichtbare. Strips zijn een soort vraag en antwoord. De artiest geeft je iets in de kaders en iets tussen de kaders dat je zelf moet bedenken.
Also, another sense which comics' vision represents, and that's time. Sequence is a very important aspect of comics. Comics presents a kind of temporal map. And this temporal map was something that energizes modern comics, but I was wondering if perhaps it also energizes other sorts of forms, and I found some in history. You can see this same principle operating in these ancient versions of the same idea. What's happening is, an art form is colliding with a given technology, whether it's paint on stone, like the Tomb of Menna the Scribe in ancient Egypt, or a bas-relief sculpture rising up a stone column, or a 200-foot-long embroidery, or painted deerskin and tree bark running across 88 accordion-folded pages.
Een andere ervaring in strips is tijd. Een andere ervaring in strips is tijd. Volgorde is heel belangrijk in strips. Strips geven een tijdelijke kaart weer. Die kaart van de tijd geeft net energie aan een moderne strip en ik zocht andere toepassingen van dit fenomeen. Ik vond ze in het verleden. Je ziet dat hetzelfde principe geldt in deze oude versie van hetzelfde idee. De kunstvorm valt samen met de beschikbare technologie. Dat kan een muurtekening zijn, zoals de Schrijverstombe in Egypte of een bas-relief rondom een zuil of een wandtapijt van 60 meter of beschilderde dierenvel en schors die een 88 pagina’s lang accordeonboek vormen.
What's interesting is, once you hit "print" -- and this is from 1450, by the way -- all of the artifacts of modern comics start to present themselves: rectilinear panel arrangements, simple line drawings without tone, and a left-to-right reading sequence. And within 100 years, you already start to see word balloons and captions, and it's really just a hop, skip and a jump from here to here. So I wrote a book about this in '93, but as I was finishing the book, I had to do a little bit of typesetting, and I was tired of going to my local copy shop to do it, so I bought a computer. And it was just a little thing -- it wasn't good for much except text entry -- but my father had told me about Moore's law back in the '70s, and I knew what was coming. And so, I kept my eyes peeled to see if the sort of changes that happened when we went from pre-print comics to print comics would happen when we went beyond, to post-print comics.
Vanaf de boekdrukkunst, dit is een prentje uit 1450, zie je het begin van strips zoals we ze nu kennen: rechthoekige kadertjes, eenvoudige lijnen en een leeslijn van links naar rechts. En 100 jaar later zie je al tekstballonnetjes en onderschrift en dan is het maar een kleine stap naar dit. Ik schreef een strip hierover in '93 en toen ik klaar was moest ik nog de tekst invullen. Ik wilde niet meer naar de kopieerzaak gaan dus kocht ik een computer. Een kleine computer, genoeg voor tekstverwerking. Mijn vader had me verteld over de wet van Moore in de jaren '70 en ik wist wat ging komen. Ik stond op de uitkijk of dat soort veranderingen van vroeger met de komst van de drukpers toen ook zouden gebeuren met digitale strips.
So, one of the first things proposed was that we could mix the visuals of comics with the sound, motion and interactivity of the CD-ROMs being made in those days. This was even before the Web. And one of the first things they did was, they tried to take the comics page as is and transplant it to monitors, which was a classic McLuhanesque mistake of appropriating the shape of the previous technology as the content of the new technology. And so, what they would do is have these comic pages that resemble print comics pages, and they would introduce all this sound and motion. The problem was that if you go with this basic idea that space equals time in comics, what happens is that when you introduce sound and motion, which are temporal phenomena that can only be represented through time, they break with that continuity of presentation.
Een eerste voorstel was een combinatie van stripprentjes met geluid, beweging en interactiviteit van de CD-roms van die dagen. Dat was er zelfs voor het Internet. Een van de eerste pogingen toen was om een pagina letterlijk om te zetten naar een computerscherm. Een typische McLuhaniaanse vergissing om de vorm van een oude technologie te gebruiken als de inhoud van een nieuwe technologie. Wat ze dus gedaan hebben, strips op de pc gekopieerd van gewone strips en vervolgens geluid en beweging toevoegen. Dat werd een probleem omdat ruimte gelijk is aan tijd in strips. Voeg je geluid en beweging toe, dat zijn tijdelijke fenomenen, in de tijd, dan breken ze de continuïteit van de leeslijn.
Interactivity was another thing. There were hypertext comics, but the thing about hypertext is that everything in hypertext is either here, not here, or connected to here; it's profoundly nonspatial. The distance from Abraham Lincoln to a Lincoln penny to Penny Marshall to the Marshall Plan to "Plan 9" to nine lives: it's all the same.
Interactiviteit was ook nieuw. Er waren hypertext strips. Maar het probleem met hypertext is dat de inhoud eender waar kan staan. Het is fundamenteel niet-ruimtelijk. De afstand tussen Abraham Lincoln en een Lincoln penny, tussen Penny Marshall en het Marshall Plan tussen "Plan 9" en negen levens: het ligt allemaal even ver.
(Laughter)
(gelach)
But in comics, every aspect of the work, every element of the work, has a spatial relationship to every other element at all times.
Maar in strips, elk onderdeel van de strip heeft net een ruimtelijke verhouding tot elk ander onderdeel.
So the question was: Was there any way to preserve that spatial relationship while still taking advantage of all of the things that digital had to offer us? And I found my personal answer for this in those ancient comics that I was showing you. Each of them has a single unbroken reading line, whether it's going zigzag across the walls or spiraling up a column or just straight left to right, or even going in a backwards zigzag across those 88 accordion-folded pages, the same thing is happening; that is, that the basic idea that as you move through space you move through time, is being carried out without any compromise, but there were compromises when print hit. Adjacent spaces were no longer adjacent moments, so the basic idea of comics was being broken again and again and again and again.
De vraag was: is er een manier om die ruimtelijke verhouding te combineren met de voordelen van ons digitale tijdperk? Het antwoord heb ik gevonden in die strips uit het verleden van daarnet. Die hadden allemaal een enkele leeslijn: zigzaggend op een muur of rondom een kolom of van links naar rechts in één stuk, of zigzag over 88 gevouwen pagina's. We zien opnieuw het basisidee: bewegen in de ruimte is bewegen in de tijd, zonder uitzonderingen, tot de uitvinding van de drukkunst. Opeenvolgende ruimtes waren niet langer opeenvolgende momenten. Het basisidee van strips werd dus gebroken, opnieuw en opnieuw. En ik dacht: "OK,"
And I thought, OK, well, if that's true, is there any way, when we go beyond today's print, to somehow bring that back? Now, the monitor is just as limited as the page, technically, right? It's a different shape, but other than that, it's the same basic limitation. But that's only if you look at the monitor as a page, but not if you look at the monitor as a window.
als dat klopt, is er dan een manier buiten de drukkerij van vandaag om dat basisidee terug te brengen? Het computerscherm is even beperkend als een pagina, juist? Een andere vorm, jawel, maar nog steeds beperkt, tenzij je het scherm niet beschouwt als een pagina maar als een venster.
And that's what I propose, that perhaps we could create these comics on an infinite canvas, along the X axis and the Y axis and staircases. We could do circular narratives that were literally circular. We could do a turn in a story that was literally a turn. Parallel narratives could be literally parallel. X, Y and also Z. So I had all these notions. This was back in the late '90s, and other people in my business thought I was pretty crazy, but a lot of people then went on and actually did it. I'm going to show you a couple now.
Mijn voorstel: strips maken op een oneindig canvas met verticale, horizontale en diagonale lijnen. Kringverhalen in een echte cirkel. Een verhaalwending in een letterlijke bocht. Nevenverhalen naast het hoofdverhaal. X, Y en Z. Ik had al deze ideeën in de jaren '90. Sommigen dachten dat ik behoorlijk geschift was maar veel mensen maakten er echt werk van. Enkele voorbeeldjes.
This was an early collage comic by a fellow named Jasen Lex. And notice what's going on here. What I'm searching for is a durable mutation -- that's what all of us are searching for. As media head into this new era, we are looking for mutations that are durable, that have some sort of staying power. Now, we're taking this basic idea of presenting comics in a visual medium, and we're carrying it through all the way from beginning to end. That's that entire comic you just saw, up on the screen right now. But even though we're only experiencing it one piece at a time, that's just where the technology is right now. As the technology evolves, as you get full immersive displays and whatnot, this sort of thing will only grow; it will adapt. It will adapt to its environment; it's a durable mutation.
Een vroege collagestrip van Jason Lex. Let op wat er gebeurt. Ik ben op zoek naar een duurzame verandering, iedereen van ons zoekt dat. In dit nieuwe mediatijdperk zoeken we veranderingen die permanent kunnen zijn. Het basisidee van een strip als visueel medium bekijken we van begin tot einde. Dit is nu de volledige strip die we zonet gelezen hebben. Hoewel we maar één stuk tegelijk kunnen ervaren is dat de technologie van dit moment. Deze technologie zal zich ontwikkelen tot echte 3D schermen enzoverder. Dit zal alleen maar toenemen. Dit zal zich aanpassen aan de omgeving. Het is een duurzame verandering.
Here's another one. This is by Drew Weing; this is called "'Pup' Ponders the Heat Death of the Universe." See what's going on here as we draw these stories on an infinite canvas is you're creating a more pure expression of what this medium is all about. We'll go by this a little quickly. You get the idea. I just want to get to the last panel.
Een ander voorbeeld van Drew Weing: de titel is "Pop contempleert de hittedood van het Heelal" Kijk wat er hier gebeurt. Door verhalen te tekenen op het oneindige canvas ontwerp je een zuivere uitdrukking van het stripmedium. We gaan een beetje sneller. Ik wil tot aan mijn laatste prentje komen.
[Cat 1: Pup! Earth to Pup! Cat 2: Come play baseball with us!]
(gelach)
(Laughter)
Hier.
[Pup: Did either of you realize that eventually the universe will be nothing but a thin, cold gas spread across infinite, lonely space?]
(gelach) (gelach)
[Cat 1: Oh ... Cat 2: We'd better hurry, then!]
(Laughter)
Just one more. Talk about your infinite canvas. It's by a guy named Daniel Merlin Goodbrey, in Britain.
Nog eentje. Het oneindige canvas door Daniel Merlin in Engeland.
Why is this important? I think this is important because media -- all media -- provide us a window back into our world. Now, it could be that motion pictures and eventually, virtual reality, or something equivalent to it, some sort of immersive display, is going to provide us with our most efficient escape from the world that we're in. That's why most people turn to storytelling, to escape. But media provides us with a window back into the world we live in. And when media evolve so that the identity of the media becomes increasingly unique -- because what you're looking at is comics cubed, you're looking at comics that are more comics-like than they've ever been before -- when that happens, you provide people with multiple ways of reentering the world through different windows. And when you do that, it allows them to triangulate the world they live in and see its shape. That's why I think this is important. One of many reasons, but I've got to go now. Thank you for having me.
Waarom is dit zo belangrijk? Het is belangrijk omdat media, alle media, ons een venster op de wereld geven. Het zou kunnen dat speelfilms of later een virtuele werkelijkheid een soort 3D scherm ons beter helpen vluchten uit deze wereld. Mensen willen ontsnappen en ontspannen door verhalen. Maar media bieden ons een venster op de wereld waar we al leven. De ontwikkeling van de technologie zorgt voor een eigen karakter van die technologie. Dit is nu strips tot de 3de macht: strips zullen nog meer strips zijn dan ooit tevoren. In dat geval geef je mensen verschillende manieren om de wereld opnieuw te bekijken met andere ogen. en wanneer je dat doet, kunnen ze zich verbonden voelen met de wereld waarin we leven. Daarom is dit belangrijk. Eén van de vele redenen, maar ik moet nu gaan. Dank u voor uw aandacht.