Thank you very much. Good evening.
Dankjewel. Goedenavond.
Some of you may have noticed that my last name is Nutt. And if you did, you are forgiven for wondering how a Nutt managed to end up in a war zone. I actually was offered, right out of medical school, and accepted a volunteer contract to work with UNICEF in war-torn Somalia, that was worth one dollar. And, you see, I had to be paid this dollar in the event that the UN needed to issue an evacuation order, so that I would be covered. I was, after all, heading into one of the world's most dangerous places. And by now, some of you may be asking yourselves, and I just want to reassure you, that I did get half the money up front.
Sommigen is het misschien opgevallen dat mijn achternaam Nutt is. Als dat zo is, is het je vergeven dat je je afvroeg hoe het een Nutt is gelukt in oorlogsgebied terecht te komen. Toen ik net klaar was met mijn studie geneeskunde nam ik een mij aangeboden vrijwilligerscontract aan om te werken met UNICEF in het door oorlog verscheurde Somalië, dat één dollar waard was. Die ene dollar moest ik betaald krijgen voor het geval de VN moest besluiten te evacueren; ik zou dan ook gedekt zijn. Ik was ten slotte op weg naar één van de gevaarlijkste plekken ter wereld. Nu zullen sommigen van jullie je afvragen, en ik wil jullie geruststellen, of ik de helft van het geld vooraf heb gekregen.
(Laughter)
(Gelach)
But you see, this is how, with 50 cents in my pocket, I ended up in Baidoa, Somalia. Journalists called it the "city of death." And they called it the city of death because 300,000 people had lost their lives there -- 300,000 people, mostly as a result of war-related famine and disease.
Maar zo ben ik dus met 50 cent op zak terechtgekomen in Baidoa, Somalië. Journalisten noemden het 'de stad des doods'. Ze noemden het de stad des doods omdat 300.000 mensen daar om het leven zijn gekomen -- 300.000 mensen, de meesten als gevolg van aan oorlog gerelateerde hongersnood en ziekte.
I was part of a team that was tasked with trying to figure out how best to respond to this humanitarian catastrophe. It was right on the heels of the Rwandan genocide, and aid money to the region was drying up. Many aid organizations, unfortunately, had been forced to close their doors. And so the question that I was asked to specifically help answer, which is one that aid workers ask themselves in war zones the world over, is: What the hell do we do now? You know, the security environment in Somalia at that moment in time -- and nothing has really changed too much -- can best be described as "Mad Max" by way of "A Clockwork Orange."
Ik was onderdeel van een team dat de taak had uit te vinden hoe best te reageren op deze humanitaire ramp. Het was net na de Rwandese genocide en de stroom hulpgelden naar de regio was aan het opdrogen. Veel hulporganisaties waren helaas gedwongen geweest hun deuren te sluiten. De vraag die ik specifiek moest helpen beantwoorden, en dat is er een die hulpverleners overal ter wereld zich stellen, was: wat doen we nu? Weet je, de veiligheidssituatie in Somalië op dat moment -- en er is niet echt heel veel veranderd -- kan het beste omschreven worden
And I remember very distinctly a couple of days after my arrival,
als een combinatie van 'Mad Max' met 'A Clockwork Orange'.
I went up to a feeding clinic. There were dozens of women who were standing in line, and they were clutching their infants very close. About 20 minutes into this conversation I was having with this one young woman, I leaned forward and tried to put my finger in the palm of her baby's hand. And when I did this, I discovered that her baby was already in rigor. She was stiff, and her little, lifeless hand was curled into itself. She had died hours before of malnutrition and dehydration. I later learned that as her baby was dying, this young woman had been held for two days by some teenage boys who were armed with Kalashnikov rifles, and they were trying to shake her down for more money, money she very clearly did not have. And this is a scene that I have confronted in war zones the world over; places where kids, some as young as eight -- they are this big -- and those kids, they have never been to school. But they have fought and they have killed with automatic rifles.
Ik herinner me nog heel precies dat ik een paar dagen na mijn aankomst een voedingskliniek bezocht. Tientallen vrouwen stonden in de rij met hun kinderen tegen zich aan gedrukt. Toen ik een 20-tal minuten met een jonge vrouw aan het praten was, boog ik me voorover en probeerde mijn vinger in de handpalm van de baby te leggen. Terwijl ik dit deed, merkte ik dat de baby al rigor mortis vertoonde. Ze was stijf en haar kleine, levenloze hand was toegeknepen. Ze was al uren dood door ondervoeding en uitdroging. Later hoorde ik dat deze jonge vrouw terwijl haar baby stervende was twee dagen lang gevangen was vastgehouden door wat jonge jongens met kalashnikov geweren. Ze trachtten meer geld van haar los te krijgen, geld dat ze duidelijk niet had. Dit soort taferelen ben ik in oorlogsgebieden over de hele wereld tegengekomen. Gebieden waar kinderen, sommigen niet ouder dan acht -- zo groot zijn ze -- ze zijn nooit naar school geweest, maar ze hebben wel gevochten en gedood met automatische geweren.
Is this just the way the world is? Some will you tell you that war is unavoidably human. After all, it is as old as existence itself. We say never again, and yet it happens again and again and again. But I will tell you that I have seen the absolute worst of what we as human beings are capable of doing to one another, and yet I still believe a different outcome is possible. Do you want to know why? Because over 20 years of doing this work, going in and out of war zones around the world, I have come to understand that there are aspects of this problem that we, all of us, as people occupying this shared space, that we can change -- not through force or coercion or invasion, but by simply looking at all of the options available to us and choosing the ones that favor peace at the expense of war, instead of war at the expense of peace.
Zit de wereld zo in elkaar? Sommigen vertellen je dat oorlog nu eenmaal in de menselijke natuur zit. Oorlog is tenslotte zou oud als het bestaan zelf. We zeggen 'nooit meer oorlog' en toch gebeurt het opnieuw en opnieuw en opnieuw. Maar ik zeg je dat ik het ergste gezien heb van wat wij mensen elkaar kunnen aandoen en toch geloof ik nog dat het anders kan. Wil je weten waarom? Omdat ik in de 20 jaar dat ik dit werk doe, waarin ik over de hele wereld oorlogsgebieden bezocht, ben gaan begrijpen dat bepaalde aspecten van dit probleem door ons allemaal, zoals we hier samen zitten, kunnen worden aangepakt -- niet door kracht, dwang of invasie, maar door eenvoudig te kijken naar de voor ons beschikbare opties en díe te kiezen die vrede begunstigen ten koste van oorlog in plaats van oorlog ten koste van vrede.
How so? Well, I want you to consider this: there are at least 800 million small arms and light weapons in circulation in the world today. The vast majority of civilians, like that young baby, who are dying in war zones around the world, are dying at the hands of various armed groups who rely on a near-infinite supply of cheap, easy and efficient weapons to rape, threaten, intimidate and brutalize those civilians at every turn. How cheap? Well, in some parts of the world, you can buy an AK-47 for as little as 10 dollars. In many places in which I have worked, it is easier to get access to an automatic rifle than it is to get access to clean drinking water.
Hoe dan? Denk hier eens over na: er zijn in de wereld van vandaag ten minste 800 miljoen kleine en lichte wapens in omloop. De grote meerderheid van de burgers, zoals die jonge baby, die doodgaan in oorlogsgebieden overal ter wereld, sterven door de hand van allerlei gewapende groepen die zich kunnen verlaten op een schier oneindige toevloed van goedkope, gemakkelijke en efficiënte wapens om burgers mee te verkrachten, bedreigen, intimideren en brutaliseren op elke hoek van de straat. Hoe goedkoop? Op sommige plaatsen kan je een AK-47 kopen voor maar 10 dollar. Op veel plaatsen waar ik heb gewerkt, kom je makkelijker aan een automatisch geweer dan aan zuiver drinkwater.
And so now the important part: Can anything be done about this? To answer that question, let's take a look at this map of the world. And now, let's add in all of the countries that are currently at war, and the number of people who have either died or have been displaced as a result of that violence. It is a staggering number -- more than 40 million people. But you will also notice something else about this map. You will notice that most of those countries are in the Global South. Now, let's look at the countries that are the world's top 20 exporters of small arms in the world. And what do we notice? Well, you see them in green. You will notice that those are mostly countries in the Global North, primarily Western countries. What does this tell us? This tells us that most of the people who are dying in war are living in poor countries, and yet most of the people who are profiting from war are living in rich countries -- people like you and me.
En nu het voornaamste: kunnen we hier iets aan doen? Om die vraag te beantwoorden gaan we een wereldkaart bekijken. We kijken naar de landen die nu in oorlog zijn en het aantal mensen die ofwel gestorven zijn ofwel werden verjaagd door dat geweld. Een enorm getal: meer dan 40 miljoen mensen. Maar je ziet ook nog iets anders op deze kaart. Je ziet dat de meeste van die landen in het mondiale Zuiden liggen. Laten we nu eens kijken naar de landen die 's werelds topexporteurs zijn van kleine wapens. Wat merken we op? Ze zijn in het groen weergegeven. De meeste ervan liggen in het mondiale Noorden, vooral de Westerse landen. Wat zegt ons dat? Dat vertelt ons dat de meeste mensen die in oorlogen sterven in de arme landen leven. Maar de meeste mensen die van de oorlog profiteren leven in de rijke landen -- mensen zoals jij en ik.
And then what if we go beyond small arms for a second. What if we look at all weapons in circulation in the world? Who does the biggest business? Well, roughly 80 percent of those weapons come from none other than the five permanent members of the United Nations Security Council, plus Germany. It's shocking, isn't it?
En wat als we even verder kijken dan de kleine wapens? Wat als we naar alle wapens in de wereld kijken? Wie doet de grootste zaken? Ongeveer 80% van die wapens komen van niemand anders dan de vijf permanente leden van de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties en Duitsland. Choquerend, niet?
Now, some of you might be saying at this moment in time, "Oh yeah, but OK, hang on a second there ... Nutt."
Nu zouden jullie kunnen zeggen: "Ja, maar wacht eens even... Nutt ..."
(Laughter)
(Gelach)
Grade school was spectacular for me. It was, really, a wonderful experience.
-- Het lager onderwijs was spectaculair voor mij. Echt een heerlijke ervaring --
(Laughter)
(Gelach)
But you might be saying to yourselves, You know, all of these weapons in war zones -- they're not a cause, but an effect of the violence that plagues them each and every single day. You know, places like Iraq and Afghanistan, where they need these weapons to be able to maintain law and order, promote peace and security, to combat terror groups -- surely this is a good thing.
Je zou kunnen zeggen: "Al die wapens in de oorlogsgebieden -- zijn niet de oorzaak, maar een gevolg van het geweld dat hen overkomt, elke dag weer opnieuw. In landen als Irak en Afghanistan, waar ze die wapens nodig hebben om wet en orde te handhaven, om vrede en veiligheid te brengen, om terroristen te bestrijden -- zijn die toch iets goeds.
Let's take a look at that assumption for just one moment, because you see there has been a boom in the small-arms trade since the start of the War on Terror. In fact, it is a business that has grown threefold over the past 15 years. And now let's compare that to the number of people who have directly died in armed conflict around the world in that same period. What do you notice? Well, you notice that, in fact, that also goes up roughly three- to fourfold. They basically go up and end at the same point.
Laten we even die aanname onderzoeken: de handel in kleine wapens is enorm toegenomen sinds het begin van de Oorlog tegen de Terreur. In feite is deze handel verdrievoudigd in de laatste 15 jaar. En laat ons nu eens kijken naar het aantal mensen dat gestorven is in gewapende conflicten in de wereld in diezelfde periode. Wat merk je op? Je ziet ze gelijk opgaan, ongeveer drie- tot viermaal. Ze gaan gelijk op en komen op hetzelfde punt samen.
Now, we can have a circular argument here about whether this increase in fatalities is a response to the increase of small arms, or the other way around. But here's what we should really take away from this. What we should take away from this is that this is a relationship worth scrutinizing, especially when you consider that small arms that were shipped to Iraq for use by the Iraqi Army, or to Syria for so-called moderate opposition fighters, that those arms, many of them, are now in the hands of ISIS; or when you consider that arms that were shipped to Libya are now actively drifting across the Sahel, and ending up with groups like Boko Haram and al Qaeda and other militant groups.
Hier kan je een cirkelredenering over maken: is deze toename in doden een gevolg van de toename van kleine wapens, of is het andersom. Maar dit moeten we hiervan onthouden. Wat we hiervan moeten onthouden, is dat deze relatie goed moet worden onderzocht, vooral als je ziet dat de kleine wapens die naar Irak werden verscheept voor gebruik door het Iraakse leger, of naar Syrië voor de zogenoemde gematigde vechters van de oppositie, dat die wapens, veel ervan, terechtkwamen bij ISIS. De wapens die naar Libië werden verscheept, zwerven nu rond in de Sahel en komen terecht bij groepen als Boko Haram, Al Qaeda en andere milities.
And therein lies the problem. Because, you see, small arms anywhere are a menace everywhere, because their first stop is rarely their last.
En daarin ligt het probleem. Omdat kleine wapens waar dan ook overal een bedreiging zijn, omdat hun eerste bestemming zelden hun laatste is.
Spending on war per person per year now amounts to about 249 dollars -- 249 dollars per person, which is roughly 12 times what we spend on foreign aid, money that is used to educate and vaccinate children and combat malnutrition in the Global South. But we can shift that balance. How do we do this? Well, it is essentially a problem of both supply and demand, so we can tackle it from both sides.
De uitgaven voor oorlog per persoon per jaar bedragen nu ongeveer 249 dollar -- 249 dollar per persoon, dat is 12 keer het bedrag dat we uitgeven aan ontwikkelingshulp, geld dat gebruikt wordt om kinderen te onderwijzen en te vaccineren en ondervoeding te bestrijden in het mondiale Zuiden. Maar we kunnen de balans opschuiven. Hoe? Het komt neer op een probleem van zowel vraag als aanbod. We kunnen het van beide kanten aanpakken.
On the supply side, we can push our governments to adopt international arms transparency mechanisms like the Arms Trade Treaty, which makes it so that rich countries have to be more accountable for where their arms are going and what their arms might be used for. Here in the United States, the largest arms-exporting country in the world by far, President Obama has rightly signed the Arms Trade Treaty, but none of it takes effect, it isn't binding, until it is approved and ratified by the Senate. This is where we need to make our voices heard. You know, the curbing of small arms -- it's not going to solve the problem of war. Increased control mechanisms won't solve that problem. But it's an important step in the right direction. And it's up to all of us who live in those rich countries to make change here.
Aan de aanbodzijde kunnen we de regeringen onder druk zetten om de internationale wapenhandel doorzichtiger te maken, zoals het Wapenhandelsverdrag. Daardoor moeten rijke landen meer rekenschap geven van waar hun wapens naartoe gaan en waarvoor ze zouden kunnen dienen. Hier in de Verenigde Staten, veruit het grootste wapenexporterende land ter wereld, heeft president Obama terecht het Wapenhandelsverdrag ondertekend. Het heeft echter geen effect, want het is niet bindend, voordat het goedgekeurd en geratificeerd is door de senaat. Daar moeten we onze stem laten horen. Het terugdraaien van de kleine wapens -- gaat het probleem van de oorlog niet oplossen. Meer controlemechanismen lossen dat probleem niet op. Maar het is een stap in de goede richting. En wij die in de rijke landen leven, moeten het verschil maken.
What about on the demand side? You know, there are generations around the world who are being lost to war. It is possible to disrupt that cycle of violence with investments in education, in strengthening the rule of law and in economic development, especially for women. I have personally seen just how incredibly powerful those kinds of efforts can be around the world.
Hoe zit het aan de kant van de vraag? Over de hele wereld zijn er generaties die aan de oorlog verloren gaan. Die geweldscyclus kan worden doorbroken met investeringen in onderwijs, door versterking van de rechtsorde en door economische ontwikkeling, vooral voor vrouwen. Ik ben persoonlijk getuige geweest van hoe ongelooflijk krachtig dit soort inspanningen in de wereld kan zijn.
But here's the thing: they take time, which means for you as individuals, if you want to give, please, by all means do it. But know that how you give is just as important as how much you give. Regular contributions like monthly contributions are a far more effective way of giving, because they allow humanitarian organizations to properly plan and be invested over the long term, and to be present in the lives of families who have been affected by war, wars that many of us, frankly, all too quickly forget.
Bedenk echter: er is tijd voor nodig, wat inhoudt dat als jullie als individuen iets willen geven, alstublieft, doe dat dan. Maar weet dat hoe je geeft even belangrijk is als hoeveel je geeft. Regelmatige bijdragen, zoals maandelijkse bijdragen, zijn veel effectiever, omdat dat het humanitaire organisaties mogelijk maakt om behoorlijk te plannen en aan lange termijn doelen te werken. Ze kunnen dan langer aanwezig blijven bij de families die door de oorlog zijn getroffen. Oorlogen die wij, eerlijk gezegd, al te vlug vergeten.
When I first got on that plane for Somalia as a young doctor, I had no idea what it meant to live with war. But I can tell you that I know what it means now. And I know what it means to lie in bed in the pitch-black night and listen to that haunting "pop-pop-pop-pop-pop!" of automatic gunfire, and wonder with absolute dread how many minutes I have left until it will be right on top of me. I can tell you that it is a terrifying and agonizing fear, one that millions of people around the world are forced to confront each and every single day, especially children. Over the years of doing this work, unfortunately, war has killed far too many people close to me. And on at least a couple of occasions, war has very nearly killed me as well.
Toen ik als jonge dokter voor de eerste keer op dat vliegtuig naar Somalië stapte, had ik geen idee wat het betekende om met oorlog te leven. Maar ik kan je zeggen dat ik het nu wel weet. Ik weet wat het betekent om in een pikdonkere nacht in bed te liggen en te luisteren naar het angstaanjagende 'pang-pang-pang-pang-pang' van automatisch geweervuur, en jezelf in doodsangst af te vragen hoeveel minuten je nog hebt voor het bij je zal zijn. Ik kan je vertellen dat zich een verschrikkelijke en verlammende angst van je meester maakt, één die miljoenen mensen ter wereld elke dag moeten doormaken, vooral nog de kinderen. Tijdens de jaren dat ik dat werk nu al doe, heeft spijtig genoeg de oorlog het leven gekost aan te veel mensen die me na waren. En bij ten minste een paar gelegenheden werd ik zelf bijna gedood.
But I firmly believe, which is why I get up and do what I do every single day, that we can make different choices here. Because you see, war is ours, as human beings. We buy it, sell it, spread it and wage it. We are therefore not powerless to solve it. On the contrary, we are the only ones who can.
Maar ik geloof echt -- daarvoor sta ik op en doe ik elke dag mijn werk -- dat we hier andere keuzes kunnen maken. Omdat de oorlog van ons is, als menselijke wezens. We kopen hem, verkopen hem, verspreiden hem en voeren hem. Daarom zijn we ook niet machteloos om hem op te lossen. In tegendeel, wij zijn de enigen die het kunnen.
Thank you very much, and I want to wish you the greatest success.
Erg bedankt en ik wil jullie het grootste succes wensen.
(Applause)
(Applaus)