About 10 years ago, I went through a little bit of a hard time. So I decided to go see a therapist. I had been seeing her for a few months, when she looked at me one day and said, "Who actually raised you until you were three?" Seemed like a weird question. I said, "My parents." And she said, "I don't think that's actually the case; because if it were, we'd be dealing with things that are far more complicated than just this."
Een jaar of tien geleden had ik het even slecht. Ik besloot een therapeut op te zoeken. Ik kwam al een paar maanden bij haar toen ze me aankeek en vroeg: "Wie heeft je eigenlijk opgevoed tot je drie jaar was?" Ik vond het een rare vraag. Ik zei: "Mijn ouders". Waarop zij zei: "Volgens mij niet, want als dat zo was, hadden we nu te maken met veel gecompliceerder dingen."
It sounded like the setup to a joke, but I knew she was serious. Because when I first started seeing her, I was trying to be the funniest person in the room. And I would try and crack these jokes, but she caught on to me really quickly, and whenever I tried to make a joke, she would look at me and say, "That is actually really sad." (Laughter) It's terrible.
Het klonk alsof ze een grapje ging maken, maar ik wist dat ze het meende. De eerste keren dat ik bij haar kwam, probeerde ik namelijk altijd leuk te zijn. Ik probeerde grappen te maken, maar ze had me erg snel door en altijd wanneer ik dat deed, keek ze me aan en zei ze: "Eigenlijk is dat heel triest". (Gelach) Verschrikkelijk.
So I knew I had to be serious, and I asked my parents who had actually raised me until I was three? And to my surprise, they said my primary caregiver had been a distant relative of the family. I had called her my auntie.
Ik wist dus dat ze serieus was en ik vroeg mijn ouders: "Wie zorgde er eigenlijk voor me tot ik drie jaar was"? Tot mijn verrassing zeiden ze dat een ver familielid in die tijd voor me had gezorgd. Ik noemde haar tante.
I remember my auntie so clearly, it felt like she had been part of my life when I was much older. I remember the thick, straight hair, and how it would come around me like a curtain when she bent to pick me up; her soft, southern Thai accent; the way I would cling to her, even if she just wanted to go to the bathroom or get something to eat. I loved her, but [with] the ferocity that a child has sometimes before she understands that love also requires letting go.
Ik herinner me mijn tante zo duidelijk dat het voelde alsof ik haar veel later pas had gekend. Ik herinner me het dikke, stijle haar en hoe het als een gordijn om me heen hing als ze vooroverboog om me op te pakken, haar zachte, Zuid-Thaise accent, hoe ik me aan haar vastklampte, zelfs als ze alleen maar even naar het toilet wilde gaan. Ik hield van haar, onbesuisd, zoals een kind kan doen, voordat het begrijpt dat loslaten daar ook bijhoort.
But my clearest and sharpest memory of my auntie, is also one of my first memories of life at all. I remember her being beaten and slapped by another member of my family. I remember screaming hysterically and wanting it to stop, as I did every single time it happened, for things as minor as wanting to go out with her friends, or being a little late. I became so hysterical over her treatment, that eventually, she was just beaten behind closed doors.
Mijn duidelijkste herinnering aan haar is ook een van de eerste in mijn leven. Ik herinner me dat ze werd geslagen door een ander familielid. Ik weet nog hoe ik altijd krijste en wilde dat het ophield, wanneer het weer gebeurde om van die kleine dingen, zoals uit willen gaan met vrienden of wanneer ze wat te laat was. Mijn reacties daarop werden zo hysterisch dat het uiteindelijk achter gesloten deuren gebeurde.
Things got so bad for her that eventually she ran away. As an adult, I learned later that she had been just 19 when she was brought over from Thailand to the States to care for me, on a tourist visa. She wound up working in Illinois for a time, before eventually returning to Thailand, which is where I ran into her again, at a political rally in Bangkok. I clung to her again, as I had when I was a child, and I let go, and then I promised that I would call. I never did, though. Because I was afraid if I said everything that she meant to me -- that I owed perhaps the best parts of who I became to her care, and that the words "I'm sorry" were like a thimble to bail out all the guilt and shame and rage I felt over everything she had endured to care for me for as long as she had -- I thought if I said those words to her, I would never stop crying again. Because she had saved me. And I had not saved her.
Het werd zo erg voor haar dat ze uiteindelijk wegliep. Later heb ik begrepen dat ze pas 19 was, toen ze op een toeristenvisum uit Thailand naar de VS was gekomen om voor me te zorgen. Ze heeft nog een tijdje in Illinois gewerkt, voordat ze uiteindelijk naar Thailand terugging, waar ik haar weer tegen het lijf liep op een politieke demonstratie in Bangkok. Ik klampte me aan haar vast, net als vroeger, en toen ik haar weer losliet beloofde ik haar te zullen bellen. Dat heb ik nooit gedaan. Ik was bang dat als ik haar zou vertellen wat zij voor me betekende -- dat ik misschien het beste in mij wel te danken had aan haar zorg en dat de woorden 'het spijt me' als een vingerhoedje waren om alle schuld, schaamte en woede die ik voelde mee af te kopen, over alles wat ze had doorstaan om zo lang voor me te kunnen zorgen -- ik dacht, als ik dat tegen haar zeg, stop ik nooit meer met huilen. Ze had me tenslotte gered. En ik haar niet.
I'm a journalist, and I've been writing and researching human trafficking for the past eight years or so, and even so, I never put together this personal story with my professional life until pretty recently. I think this profound disconnect actually symbolizes most of our understanding about human trafficking. Because human trafficking is far more prevalent, complex and close to home than most of us realize.
Ik ben journalist en de laatste acht jaar heb ik onderzoek gedaan naar en geschreven over mensenhandel . Toch heb ik tot voor kort dit persoonlijke verhaal apart gehouden van mijn professionele leven. Dat rigoureuze buitensluiten symboliseert volgens mij feitelijk het meeste van wat we van mensenhandel begrijpen. Mensenhandel komt namelijk vaker voor, dichter bij huis en is complexer dan we ons realiseren.
I spent time in jails and brothels, interviewed hundreds of survivors and law enforcement, NGO workers. And when I think about what we've done about human trafficking, I am hugely disappointed. Partly because we don't even talk about the problem right at all. When I say "human trafficking," most of you probably don't think about someone like my auntie. You probably think about a young girl or woman, who's been brutally forced into prostitution by a violent pimp. That is real suffering, and that is a real story. That story makes me angry for far more than just the reality of that situation, though.
In gevangenissen en bordelen interviewde ik honderden slachtoffers, wetshandhavers en ngo-medewerkers. Als ik denk aan wat we tegen mensenhandel gedaan hebben, ben ik vreselijk teleurgesteld. Eigenlijk weten we niet eens precies waar we over praten. Als ik zeg 'mensenhandel', zullen de meesten van jullie niet denken aan iemand zoals mijn tante. Je denkt waarschijnlijk aan een meisje of een jonge vrouw die door een gewelddadige pooier is gedwongen zich te prostitueren. Dat komt voor en dat is echt lijden. Maar over zoiets wordt ik niet alleen kwaad omdat de situatie zo is.
As a journalist, I really care about how we relate to each other through language, and the way we tell that story, with all the gory, violent detail, the salacious aspects -- I call that "look at her scars" journalism. We use that story to convince ourselves that human trafficking is a bad man doing a bad thing to an innocent girl. That story lets us off the hook. It takes away all the societal context that we might be indicted for, for the structural inequality, or the poverty, or the barriers to migration. We let ourselves think that human trafficking is only about forced prostitution, when in reality, human trafficking is embedded in our everyday lives.
Als journalist geef ik veel om hoe we onze taal gebruiken, hoe we zo'n verhaal vertellen met alle gore, gewelddadige details, alle opwindende aspecten; ik noem dat 'littekens'-journalistiek. Het houdt mensenhandel lekker overzichtelijk: slechte mannen die slechte dingen doen met onschuldige meisjes. Zo blijven we zelf buiten schot. Het neemt alle sociale context weg waar wij mede-verantwoordelijk voor zijn: de structurele ongelijkheid, de armoede, de migratiebarrières. We beelden onszelf in dat mensenhandel gaat over gedwongen prostitutie, terwijl het feitelijk deel uitmaakt van ons dagelijks leven.
Let me show you what I mean. Forced prostitution accounts for 22 percent of human trafficking. Ten percent is in state- imposed forced labor. but a whopping 68 percent is for the purpose of creating the goods and delivering the services that most of us rely on every day, in sectors like agricultural work, domestic work and construction. That is food and care and shelter. And somehow, these most essential workers are also among the world's most underpaid and exploited today. Human trafficking is the use of force, fraud or coercion to compel another person's labor. And it's found in cotton fields, and coltan mines, and even car washes in Norway and England. It's found in U.S. military bases in Iraq and Afghanistan.
Ik zal het je laten zien. Gedwongen prostitutie is verantwoordelijk voor 22 procent van de mensenhandel, 10 procent is van staatswege opgelegde gedwongen tewerkstelling, maar niet minder dan 68 procent is voor vervaardiging van goederen en diensten die de meesten van ons iedere dag gebruiken, in sectoren als landbewerking, het huishouden en de bouw. Dat is dus voeding, zorg en huisvesting. En vreemd genoeg zijn deze meest essentiële krachten ook de meest onderbetaalde en uitgebuite. Mensenhandel is iemand verplichten te werken door gebruik van geweld, bedrog of dwang. Je vindt het in coltan-mijnen, op katoenplantages en zelfs bij autowasserijen in Noorwegen en Engeland. Je vindt het op militaire bases van de VS in Irak en Afghanistan.
It's found in Thailand's fishing industry. That country has become the largest exporter of shrimp in the world. But what are the circumstances behind all that cheap and plentiful shrimp? Thai military were caught selling Burmese and Cambodian migrants onto fishing boats. Those fishing boats were taken out, the men put to work, and they were thrown overboard if they made the mistake of falling sick, or trying to resist their treatment. Those fish were then used to feed shrimp, The shrimp were then sold to four major global retailers: Costco, Tesco, Walmart and Carrefour.
Je vindt het in de Thaise visserij. Dat land is de grootste exporteur van garnalen in de wereld geworden. Maar welk verhaal schuilt er achter die overvloed aan goedkope garnalen? Thaise militairen werden betrapt op het verkopen van Cambodjaanse en Birmese migranten aan vissersboten. Die schepen voeren uit en de mannen werden aan het werk gezet. Ze werden overboord gegooid als ze ziek durfden te worden, of zich verzetten tegen hun behandeling. De gevangen vis werd gebruikt als voer voor garnalen en de garnalen werden verkocht aan vier internationale supermarkten: Costco, Tesco, Walmart en Carrefour.
Human trafficking is found on a smaller scale than just that, and in places you would never even imagine. Traffickers have forced young people to drive ice cream trucks, or to sing in touring boys' choirs. Trafficking has even been found in a hair braiding salon in New Jersey.
Mensenhandel vind je ook op kleinere schaal en op plaatsen die je je niet kunt voorstellen. Handelaars hebben jonge mensen gedwongen om ijstrucks te rijden of om te zingen in reizende jongenskoren. Men vond zelfs mensenhandel in een haarvlechtsalon in New Jersey.
The scheme in that case was incredible. The traffickers found young families who were from Ghana and Togo, and they told these families that "your daughters are going to get a fine education in the United States." They then located winners of the green card lottery, and they told them, "We'll help you out. We'll get you a plane ticket. We'll pay your fees. All you have to do is take this young girl with you, say that she's your sister or your spouse. Once everyone arrived in New Jersey, the young girls were taken away, and put to work for 14-hour days, seven days a week, for five years. They made their traffickers nearly four million dollars.
Dat was wel een heel ongelooflijk concept. De handelaars selecteerden jonge gezinnen in Ghana en Togo en vertelden ze dat hun dochters in de VS goed opgeleid zouden worden. Vervolgens zochten ze winnaars op van de greencard-loterij en ze vertelden die mensen: "We zullen jullie helpen. We zorgen voor een vliegticket en betalen alle onkosten voor je. Je hoeft alleen maar dit meisje mee te nemen, zeg maar dat het je zus is of je vrouw." Eenmaal in New Jersey aangekomen werd het meisje meegenomen om 14 uur per dag te gaan werken, zeven dagen per week, vijf jaar lang. Dat leverde de handelaars bijna vier miljoen dollar op.
This is a huge problem. So what have we done about it? We've mostly turned to the criminal justice system. But keep in mind, most victims of human trafficking are poor and marginalized. They're migrants, people of color. Sometimes they're in the sex trade. And for populations like these, the criminal justice system is too often part of the problem, rather than the solution. In study after study, in countries ranging from Bangladesh to the United States, between 20 and 60 percent of the people in the sex trade who were surveyed said that they had been raped or assaulted by the police in the past year alone. People in prostitution, including people who have been trafficked into it, regularly receive multiple convictions for prostitution. Having that criminal record makes it so much more difficult to leave poverty, leave abuse, or leave prostitution, if that person so desires. Workers outside of the sex sector -- if they try and resist their treatment, they risk deportation. In case after case I've studied, employers have no problem calling on law enforcement to try and threaten or deport their striking trafficked workers. If those workers run away, they risk becoming part of the great mass of undocumented workers who are also subject to the whims of law enforcement if they're caught.
Dit is een gigantisch probleem. En wat hebben we eraan gedaan? We schakelden meestal het strafrechtelijke apparaat in. Vergeet niet, de meeste slachtoffers zijn arm en gemarginaliseerd. Het zijn migranten, kleurlingen. Soms werken ze in de seksindustrie. Voor dat soort groepen is het strafrechtelijke apparaat te vaak deel van het probleem in plaats van de oplossing. In ieder onderzoek weer, in landen van de VS tot Bangladesh, zeiden 20 tot 60 procent van die gedwongen sekswerkers dat ze dat afgelopen jaar door de politie waren verkracht of mishandeld. Mensen in de prostitutie, ook zij die daartoe gedwongen worden, worden er regelmatig voor veroordeeld. Zo'n strafblad maakt het zoveel moeilijker om de armoede, de uitbuiting en de prostitutie uit te komen, wanneer die persoon dat wil. Als werkers buiten de seksbranche verzet plegen tegen hun behandeling riskeren ze deportatie. In heel veel zaken die ik heb onderzocht, namen de werkgevers zonder probleem wetshandhavers in de arm voor het intimideren of deporteren van hun stakende dwangarbeiders. Als dwangarbeiders weglopen, lopen ze het risico terecht te komen in de massa ongedocumenteerde werkers die net zo goed zijn overgeleverd aan de nukken van de wetshandhavers.
Law enforcement is supposed to identify victims and prosecute traffickers. But out of an estimated 21 million victims of human trafficking in the world, they have helped and identified fewer than 50,000 people. That's like comparing the population of the world to the population of Los Angeles, proportionally speaking. As for convictions, out of an estimated 5,700 convictions in 2013, fewer than 500 were for labor trafficking. Keep in mind that labor trafficking accounts for 68 percent of all trafficking, but fewer than 10 percent of the convictions.
Wetshandhavers worden geacht de slachtoffers op te sporen en handelaars te vervolgen. Maar van de geschatte 21 miljoen slachtoffers in de wereld zijn er minder dan 50.000 opgespoord en geholpen. Dat is ongeveer dezelfde verhouding als de bevolking van Los Angeles ten opzichte van die van de hele wereld. Als het gaat om veroordelingen: van ongeveer 5.700 veroordelingen in 2013 waren er minder dan 500 voor handel in dwangarbeiders. Let wel, handel in dwangarbeiders is 68 procent van alle mensenhandel, maar het is dus minder dan 10 procent van de veroordelingen.
I've heard one expert say that trafficking happens where need meets greed. I'd like to add one more element to that. Trafficking happens in sectors where workers are excluded from protections, and denied the right to organize. Trafficking doesn't happen in a vacuum. It happens in systematically degraded work environments. You might be thinking, oh, she's talking about failed states, or war-torn states, or -- I'm actually talking about the United States. Let me tell you what that looks like.
Mensenhandel ontstaat waar behoefte en hebzucht elkaar vinden, zei een expert. Ik zou daar nog een element aan toevoegen. Mensenhandel vind je in sectoren waar werkers niet worden beschermd en waar ze zich niet mogen verenigen. Mensenhandel ontstaat niet in een vacuüm. Het ontstaat in systematisch verwaarloosde werkomgevingen. Je denkt misschien, ze heeft het over landen in oorlog of mislukte staten. Nee, over de Verenigde Staten. Ik zal je laten zien hoe dat werkt.
I spent many months researching a trafficking case called Global Horizons, involving hundreds of Thai farm workers. They were sent all over the States, to work in Hawaii pineapple plantations, and Washington apple orchards, and anywhere the work was needed. They were promised three years of solid agricultural work. So they made a calculated risk. They sold their land, they sold their wives' jewelry, to make thousands in recruitment fees for this company, Global Horizons. But once they were brought over, their passports were confiscated. Some of the men were beaten and held at gunpoint. They worked so hard they fainted in the fields. This case hit me so hard.
Ik heb maandenlang een zaak onderzocht over Global Horizons. Dat betrof honderden Thaise landarbeiders. Ze werden naar overal in de VS gestuurd om op ananasplantages te werken, in appelboomgaarden, of voor ander gelijksoortig werk. Ze zouden drie jaar lang gedegen werk krijgen in de landbouw. Dus namen ze een gecalculeerd risico. Ze verkochten hun land en de sieraden van hun vrouw, om de bemiddelingskosten aan Global Horizons te kunnen betalen. Maar toen ze eenmaal in de VS waren, werden hun paspoorten ingenomen. Sommige mannen werden geslagen en met vuurwapens bedreigd. Ze werkten zo hard dat ze op het land flauwvielen. Die zaak raakte me zo.
After I came back home, I was wandering through the grocery store, and I froze in the produce department. I was remembering the over-the-top meals the Global Horizons survivors would make for me every time I showed up to interview them. They finished one meal with this plate of perfect, long-stemmed strawberries, and as they handed them to me, they said, "Aren't these the kind of strawberries you eat with somebody special in the States? And don't they taste so much better when you know the people whose hands picked them for you?"
Eenmaal weer thuis, trof het me opnieuw toen ik over de groenteafdeling van de supermarkt liep. Ik herinnerde me het overvloedige eten dat de slachtoffers van Global Horizons voor me klaarmaakten wanneer ik ze kwam interviewen. Ik kreeg ooit als dessert een bordje perfecte lang-stelige aarbeien. Toen ze het serveerden zeiden ze: "Eet je zulke aardbeien niet altijd met een bijzonder iemand in de VS? En smaken ze niet zoveel lekkerder wanneer je de mensen kent die ze met de hand voor je geplukt hebben?"
As I stood in that grocery store weeks later, I realized I had no idea of who to thank for this plenty, and no idea of how they were being treated. So, like the journalist I am, I started digging into the agricultural sector. And I found there are too many fields, and too few labor inspectors. I found multiple layers of plausible deniability between grower and distributor and processor, and God knows who else. The Global Horizons survivors had been brought to the States on a temporary guest worker program. That guest worker program ties a person's legal status to his or her employer, and denies that worker the right to organize. Mind you, none of what I am describing about this agricultural sector or the guest worker program is actually human trafficking. It is merely what we find legally tolerable. And I would argue this is fertile ground for exploitation. And all of this had been hidden to me, before I had tried to understand it.
Toen ik weken later op die groenteafdeling stond, realiseerde ik me dat ik niet wist wie te bedanken voor die overvloed of hoe die mensen werden behandeld. Journalist als ik ben, dook ik dus in die agrarische sector. Het probleem is, zo bleek: te veel land en te weinig inspecteurs. Ik vond meerdere lagen van 'plausibele ontkenning' tussen kweker en distributeur en verwerker en God weet wie nog meer. De slachtoffers van Global Horizons waren naar de VS gehaald op een tijdelijk gastarbeidersprogramma. Het gastarbeidersprogramma verbindt de wettelijke status van de werker aan zijn of haar werkgever en het ontneemt die werker het recht zich te organiseren. Let wel, wat ik hier beschrijf over die agrarische sector, of over dat gastarbeidersprogramma, is feitelijk geen mensenhandel. Dit gaat slechts over wat wij legaal toelaatbaar vinden en volgens mij is dit vruchtbare grond voor uitbuiting. Voordat ik dit allemaal had uitgezocht, wist ik hier helemaal niets van.
I wasn't the only person grappling with these issues. Pierre Omidyar, founder of eBay, is one of the biggest anti-trafficking philanthropists in the world. And even he wound up accidentally investing nearly 10 million dollars in the pineapple plantation cited as having the worst working conditions in that Global Horizons case. When he found out, he and his wife were shocked and horrified, and they wound up writing an op-ed for a newspaper, saying that it was up to all of us to learn everything we can about the labor and supply chains of the products that we support. I totally agree.
Ik was niet de enige die hiermee worstelde. Pierre Omidyar, de oprichter van eBay, is mondiaal een vooraanstaand filantroop tegen de mensenhandel. Toch kon het hem gebeuren dat hij per ongeluk bijna 10 miljoen dollar investeerde in de Global Horizons-ananasplantage met de slechtste werkomstandigheden. Toen hij erachter kwam, waren hij en zijn vrouw geschokt en verafschuwd. Ze schreven een ingezonden stuk voor een krant, waarin ze iedereen aanmoedigden kritisch te zijn op hun favoriete merken als het gaat om de arbeid in de productieketens. Ik ben het daar helemaal mee eens.
What would happen if each one of us decided that we are no longer going to support companies if they don't eliminate exploitation from their labor and supply chains? If we demanded laws calling for the same? If all the CEOs out there decided that they were going to go through their businesses and say, "no more"? If we ended recruitment fees for migrant workers? If we decided that guest workers should have the right to organize without fear of retaliation? These would be decisions heard around the world. This isn't a matter of buying a fair-trade peach and calling it a day, buying a guilt-free zone with your money. That's not how it works. This is the decision to change a system that is broken, and that we have unwittingly but willingly allowed ourselves to profit from and benefit from for too long.
Wat zou er gebeuren wanneer we zouden besluiten bedrijven niet langer te steunen als ze exploitatie niet uitbannen in hun bedrijfsprocessen of die van hun leveranciers? Als we zouden eisen dat daar een wet voor kwam? Als alle CEO's hun bedrijven eens grondig onder de loep zouden nemen. Als we een eind maakten aan wervingskosten voor gastarbeiders. Als we besloten dat gastarbeiders zich mogen organiseren zonder angst voor vergelding. Zulke besluiten zouden als een rimpeling over de hele wereld gaan. Het helpt niet om voldaan een fair trade-perzik te gaan zitten eten. Even met wat geld je schuld afkopen. Zo werkt het niet. Dit is een besluit nemen om een kapot systeem te veranderen, waarvan we onbewust maar met genoegen al veel te lang hebben geprofiteerd.
We often dwell on human trafficking survivors' victimization. But that is not my experience of them. Over all the years that I've been talking to them, they have taught me that we are more than our worst days. Each one of us is more than what we have lived through. Especially trafficking survivors. These people were the most resourceful and resilient and responsible in their communities. They were the people that you would take a gamble on. You'd say, I'm gong to sell my rings, because I have the chance to send you off to a better future. They were the emissaries of hope.
We wijden graag uit over het misbruik van slachtoffers van menshandel. Maar zo ken ik ze niet. In al die jaren dat ik met ze praat, hebben ze me geleerd dat we meer zijn dan onze slechtste dagen. Ieder van ons is meer dan wat we hebben meegemaakt. Dat geldt met name voor deze slachtoffers. Dit waren de meest vindingrijke, veerkrachtige en verantwoordelijke mensen in hun gemeenschappen. Het waren de mensen waar je je geld op zou zetten. Je zou zeggen: jij hebt kans op een betere toekomst, daar verkoop ik mijn ringen voor. Ze waren de afgezanten van de hoop.
These survivors don't need saving. They need solidarity, because they're behind some of the most exciting social justice movements out there today. The nannies and housekeepers who marched with their families and their employers' families -- their activism got us an international treaty on domestic workers' rights. The Nepali women who were trafficked into the sex trade -- they came together, and they decided that they were going to make the world's first anti-trafficking organization actually headed and run by trafficking survivors themselves. These Indian shipyard workers were trafficked to do post-Hurricane Katrina reconstruction. They were threatened with deportation, but they broke out of their work compound and they marched from New Orleans to Washington, D.C., to protest labor exploitation. They cofounded an organization called the National Guest Worker Alliance, and through this organization, they have wound up helping other workers bring to light exploitation and abuses in supply chains in Walmart and Hershey's factories. And although the Department of Justice declined to take their case, a team of civil rights lawyers won the first of a dozen civil suits this February, and got their clients 14 million dollars.
Deze slachtoffers hoeven niet te worden gered. Solidariteit hebben ze nodig, want ze zitten achter veelbelovende sociale rechtvaardigheidsbewegingen. De kinderjuffrouwen en werksters die demonstreerden met hun families en de families van hun werkgevers: hun activisme bracht ons een internationaal akkoord voor rechten van huishoudelijke werkers. Nepalese vrouwen die zelf ooit de sekshandel waren ingesluisd, besloten 's werelds eerste organisatie tegen mensenhandel op te richten die geleid en bemand wordt door sekshandel-slachtoffers. Deze dokwerkers uit India werden ooit hiernaartoe gehaald voor reconstructiewerkzaamheden na orkaan Katrina. Ze werden bedreigd met deportatie maar ze braken uit hun werkkamp en liepen van New Orleans naar Washington. D.C. om te protesteren tegen de uitbuiting. Ze werden mede-stichters van de National Guest Worker Alliance, een organisatie die hielp uitbuiting en misbruik aan het licht te brengen in de productieketens van Walmart en Hershey's. En hoewel het departement van Justitie hun zaak niet wilde behandelen, hebben hun advocaten hun eerste zaak voor de burgerrechter gewonnen en 14 miljoen dollar voor hun cliënten in de wacht gesleept.
These survivors are fighting for people they don't even know yet, other workers, and for the possibility of a just world for all of us. This is our chance to do the same. This is our chance to make the decision that tells us who we are, as a people and as a society; that our prosperity is no longer prosperity, as long as it is pinned to other people's pain; that our lives are inextricably woven together; and that we have the power to make a different choice.
Die slachtoffers vechten voor mensen die ze nog niet eens kennen en voor een rechtvaardiger wereld voor ons allemaal. Dit is onze kans om hetzelfde te doen. Dit is een kans om te beslissen wie we zijn, als volk en als samenleving; dat onze welvaart geen welvaart meer is zolang ze is gekoppeld aan de pijn van een ander. Dat onze levens onlosmakelijk met elkaar zijn verweven, en dat wij in staat zijn tot andere keuzes.
I was so reluctant to share my story of my auntie with you. Before I started this TED process and climbed up on this stage, I had told literally a handful of people about it, because, like many a journalist, I am far more interested in learning about your stories than sharing much, if anything, about my own. I also haven't done my journalistic due diligence on this. I haven't issued my mountains of document requests, and interviewed everyone and their mother, and I haven't found my auntie yet. I don't know her story of what happened, and of her life now. The story as I've told it to you is messy and unfinished. But I think it mirrors the messy and unfinished situation we're all in, when it comes to human trafficking. We are all implicated in this problem. But that means we are all also part of its solution. Figuring out how to build a more just world is our work to do, and our story to tell. So let us tell it the way we should have done, from the very beginning. Let us tell this story together.
Ik heb zo geaarzeld of ik het verhaal over mijn tante hier wel moest vertellen. Voordat ik wist dat ik hier zou komen spreken, had ik het nog maar aan een handvol mensen verteld, want zoals zoveel journalisten vind ik het interessanter om jullie verhalen te horen dan om die van mij te vertellen. De journalistieke zorgvuldigheid laat ook nog te wensen over. Ik moet nog bergen documenten opvragen en alles en iedereen erover interviewen en mijn tante heb ik ook nog niet gevonden. Ik ken haar kant van het verhaal nog niet, of hoe haar leven er nu uitziet. Aan het verhaal zoals ik het heb verteld zitten allerlei losse eindjes. Maar dat geldt precies zo voor ons probleem met de mensenhandel. We zijn hier allemaal bij betrokken. Maar dat betekent ook dat we allemaal deel uitmaken van de oplossing. Het is aan ons om te verzinnen hoe die rechtvaardiger wereld er komt en het wordt ons verhaal om te vertellen. Dus laten we het vertellen zoals we altijd al hadden moeten doen: laten we dit verhaal samen vertellen.
Thank you so much.
Dank je wel.
(Applause)
(Applaus)