Metaphor lives a secret life all around us. We utter about six metaphors a minute. Metaphorical thinking is essential to how we understand ourselves and others, how we communicate, learn, discover and invent. But metaphor is a way of thought before it is a way with words.
De metafoor leeft in het geheim overal om ons heen. We produceren zo'n zes metaforen per minuut. Metaforisch denken is essentieel om onszelf en anderen te begrijpen, hoe we communiceren, leren, ontdekken en uitvinden. Een metafoor is een manier van denken vóór er woorden zijn.
Now, to assist me in explaining this, I've enlisted the help of one of our greatest philosophers, the reigning king of the metaphorians, a man whose contributions to the field are so great that he himself has become a metaphor. I am, of course, referring to none other than Elvis Presley. (Laughter)
Ik wil het verduidelijken via een van onze grootste filosofen, de onovertroffen koning van de metaforianen, wiens bijdrages zo omvangrijk zijn dat hij zelf een metafoor werd. Ik verwijs natuurlijk naar niemand minder dan Elvis Presley. (Gelach)
Now, "All Shook Up" is a great love song. It's also a great example of how whenever we deal with anything abstract -- ideas, emotions, feelings, concepts, thoughts -- we inevitably resort to metaphor. In "All Shook Up," a touch is not a touch, but a chill. Lips are not lips, but volcanoes. She is not she, but a buttercup. And love is not love, but being all shook up.
"All Shook Up" is een fantastisch liefdeslied, maar ook een goed voorbeeld hoe we, wanneer we met iets abstracts omgaan, zoals ideeën, emoties, gevoelens, concepten, gedachten, onvermijdelijk beroep doen op metaforen. In "All Shook Up" wordt een aanraking een rilling. Lippen worden vulkanen. Zij is niet zij, maar een boterbloem. Liefde is geen liefde, maar helemaal door elkaar geschud zijn.
In this, Elvis is following Aristotle's classic definition of metaphor as the process of giving the thing a name that belongs to something else. This is the mathematics of metaphor. And fortunately it's very simple. X equals Y. (Laughter) This formula works wherever metaphor is present.
Elvis volgt Aristoteles' klassieke definitie van een metafoor: het proces om iets een naam te geven van iets anders. De wiskunde van een metafoor is gelukkig heel eenvoudig: X = Y (Gelach) Deze formule werkt bij elke metafoor
Elvis uses it, but so does Shakespeare in this famous line from "Romeo and Juliet:" Juliet is the sun. Now, here, Shakespeare gives the thing, Juliet, a name that belongs to something else, the sun. But whenever we give a thing a name that belongs to something else, we give it a whole network of analogies too. We mix and match what we know about the metaphor's source, in this case the sun, with what we know about its target, Juliet. And metaphor gives us a much more vivid understanding of Juliet than if Shakespeare had literally described what she looks like.
Elvis gebruikt haar, maar ook Shakespeare in zijn beroemde zin uit "Romeo en Juliet". Juliet is de zon. Shakespeare geeft iets, Juliet, de naam die toebehoort aan iets anders: de zon. Telkens we iets een naam geven van iets anders, geven we het ook een heel netwerk aan analogieën. We vermengen wat we weten van de bron van de metafoor, in dit geval de zon, met wat we weten over haar doel, Juliet. De metafoor geeft ons een veel levendiger begrip van Juliet dan wanneer Shakespeare haar letterlijk zou beschrijven.
So, how do we make and understand metaphors? This might look familiar. The first step is pattern recognition. Look at this image. What do you see? Three wayward Pac-Men, and three pointy brackets are actually present. What we see, however, are two overlapping triangles. Metaphor is not just the detection of patterns; it is the creation of patterns. Second step, conceptual synesthesia.
Hoe produceren en begrijpen we metaforen? Dit kan vertrouwd lijken. De eerste stap is patroonherkenning. Wat zie je in deze afbeelding? Drie Pac Mans, en drie hoekpunten. Maar we zien twee overlappende driehoeken. Een metafoor is niet enkel de herkenning van patronen; het is de schepping van patronen. Tweede stap, conceptuele synesthesie.
Now, synesthesia is the experience of a stimulus in once sense organ in another sense organ as well, such as colored hearing. People with colored hearing actually see colors when they hear the sounds of words or letters. We all have synesthetic abilities. This is the Bouba/Kiki test. What you have to do is identify which of these shapes is called Bouba, and which is called Kiki. (Laughter)
Synesthesie is de ervaring dat een stimulus van één zintuig ook in een ander zintuig wordt waargenomen, zoals kleuren horen. Mensen die kleuren horen, zien werkelijk kleuren als ze het geluid horen van woorden of letters. We hebben allemaal synesthetische bekwaamheden. Hier is de Boeba/Kiki test. Jij moet raden welk van deze twee vormen Boeba heet, en welke Kiki. (Gelach)
If you are like 98 percent of other people, you will identify the round, amoeboid shape as Bouba, and the sharp, spiky one as Kiki. Can we do a quick show of hands? Does that correspond? Okay, I think 99.9 would about cover it. Why do we do that? Because we instinctively find, or create, a pattern between the round shape and the round sound of Bouba, and the spiky shape and the spiky sound of Kiki.
98 % van de andere mensen identificeren de ronde amoebe-achtige vorm als Boeba, en de scherpe, gepiekte als Kiki. Kunnen we even vlug de handen opsteken? Klopt het? Oké, ik schat dat het ongeveer 99,9% is. Waarom doen we dat? Omdat we instinctief een patroon vinden, of maken, tussen de ronde vorm, en de ronde klank van Boeba, en tussen de puntige vorm, en de puntige klank van Kiki.
And many of the metaphors we use everyday are synesthetic. Silence is sweet. Neckties are loud. Sexually attractive people are hot. Sexually unattractive people leave us cold. Metaphor creates a kind of conceptual synesthesia, in which we understand one concept in the context of another.
Veel van onze dagelijkse metaforen zijn synestetisch. Stilte is zalig. Stropdassen zijn schreeuwerig. Seksueel aantrekkelijke mensen zijn 'hot'. Seksueel onaantrekkelijke mensen laten ons koud. Metaforen creëren een soort conceptuele synesthesie, waardoor we het ene concept begrijpen in de context van een ander.
Third step is cognitive dissonance. This is the Stroop test. What you need to do here is identify as quickly as possible the color of the ink in which these words are printed. You can take the test now. If you're like most people, you will experience a moment of cognitive dissonance when the name of the color is printed in a differently colored ink. The test shows that we cannot ignore the literal meaning of words even when the literal meaning gives the wrong answer.
De derde stap is cognitieve dissonantie. Dit is de Stroop-test. Hier moet je zo snel mogelijk de kleur zeggen van de inkt waarin deze woorden zijn geprint. Je kan de test nu doen. De meeste mensen, wellicht ook jullie ervaren een moment van cognitieve dissonantie zodra de naam van de kleur geprint is in een andere kleur. We kunnen dus de letterlijke betekenis van woorden niet negeren, zelfs wanneer het een foutief antwoord geeft.
Stroop tests have been done with metaphor as well. The participants had to identify, as quickly as possible, the literally false sentences. They took longer to reject metaphors as false than they did to reject literally false sentences. Why? Because we cannot ignore the metaphorical meaning of words either.
Er werden ook Stroop-testen gedaan met metaforen. De deelnemers moesten, zo snel mogelijk, de letterlijk foute zinnen herkennen. Ze deden er langer over om metaforen af te wijzen dan ze erover deden bij letterlijk foute zinnen. Waarom? Omdat we de metaforische betekenis van woorden ook niet kunnen negeren.
One of the sentences was, "Some jobs are jails." Now, unless you're a prison guard, the sentence "Some jobs are jails" is literally false. Sadly, it's metaphorically true. And the metaphorical truth interferes with our ability to identify it as literally false. Metaphor matters because it's around us every day, all the time. Metaphor matters because it creates expectations.
Eén van de zinnen was: "Sommige banen zijn gevangenissen." Tenzij je een gevangenisbewaker bent, is de zin "Sommige banen zijn gevangenissen." letterlijk fout. Helaas, hij is metaforisch juist. De metaforische juistheid interfereert met onze bekwaamheid om de zin als letterlijk fout te herkennen. Metaforen zijn belangrijk omdat ze alomtegenwoordig zijn, elke dag,. Metaforen zijn belangrijk omdat ze verwachtingen creëren.
Pay careful attention the next time you read the financial news. Agent metaphors describe price movements as the deliberate action of a living thing, as in, "The NASDAQ climbed higher." Object metaphors describe price movements as non-living things, as in, "The Dow fell like a brick."
Wees extra aandachtig als je de volgende keer financieel nieuws leest. Gepersonifieerde metaforen beschrijven koersbewegingen als de bewuste actie van een levend iets, zoals in "De NASDAQ klom hoger." Geobjectiveerde metaforen beschrijven koersbewegingen als niet-levende objecten, zoals in "De DOW viel als een baksteen."
Researchers asked a group of people to read a clutch of market commentaries, and then predict the next day's price trend. Those exposed to agent metaphors had higher expectations that price trends would continue. And they had those expectations because agent metaphors imply the deliberate action of a living thing pursuing a goal. If, for example, house prices are routinely described as climbing and climbing, higher and higher, people might naturally assume that that rise is unstoppable. They may feel confident, say, in taking out mortgages they really can't afford. That's a hypothetical example of course. But this is how metaphor misleads.
Onderzoekers vroegen een groep mensen om een reeks marktcommentaren te lezen, en dan de koerstrend van de de volgende dag te voorspellen. Degenen die aan gepersonifieerde metaforen werden blootgesteld verwachtten meer dat koerstendensen zouden voortduren. Ze verwachtten dit omdat gepersonifieerde metaforen de bewuste actie inhouden van een levend iets dat een doel nastreeft. Als, bijvoorbeeld, huizenprijzen worden omschreven als stijgend en stijgend, hoger en hoger, dan zouden mensen kunnen veronderstellen dat de stijging niet te stoppen is. Ze zouden vol vertrouwen hypotheken afsluiten die ze zich niet kunnen veroorloven. Dat is een puur hypothetisch voorbeeld natuurlijk. Dat is hoe metaforen misleiden.
Metaphor also matters because it influences decisions by activating analogies. A group of students was told that a small democratic country had been invaded and had asked the U.S. for help. And they had to make a decision. What should they do? Intervene, appeal to the U.N., or do nothing? They were each then given one of three descriptions of this hypothetical crisis. Each of which was designed to trigger a different historical analogy: World War II, Vietnam, and the third was historically neutral.
Metaforen zijn ook belangrijk omdat ze beslissingen beïnvloeden door analogieën op te roepen. We vertelden een groep studenten dat een klein democratisch land bezet was en de Verenigde Staten om hulp had gevraagd. Ze moesten een beslissing nemen. Wat zouden zij doen? Interveniëren, beroep doen op de VN, of niets doen? Ze kregen elk één van drie mogelijke beschrijvingen van deze hypothetische crisis. Elk van deze was ontworpen om een andere historische analogie op te roepen: Wereldoorlog II, de Vietnamoorlog en de derde was historisch neutraal.
Those exposed to the World War II scenario made more interventionist recommendations than the others. Just as we cannot ignore the literal meaning of words, we cannot ignore the analogies that are triggered by metaphor. Metaphor matters because it opens the door to discovery. Whenever we solve a problem, or make a discovery, we compare what we know with what we don't know. And the only way to find out about the latter is to investigate the ways it might be like the former.
Degenen die het WO II scenario kregen voorgeschoteld, gaven meer aanbevelingen voor interventies dan de anderen. Net zoals we de letterlijke betekenis van woorden niet kunnen negeren, kunnen we de analogieën niet negeren die worden opgeroepen door een metafoor. Metaforen zijn belangrijk omdat ze de deur openzetten voor ontdekkingen. Telkens we een probleem oplossen, of iets ontdekken, vergelijken we wat we weten met wat we niet weten. De enige manier om iets te weten te komen over het laatste is de manieren te onderzoeken waarop het lijkt op het eerste.
Einstein described his scientific method as combinatory play. He famously used thought experiments, which are essentially elaborate analogies, to come up with some of his greatest discoveries. By bringing together what we know and what we don't know through analogy, metaphorical thinking strikes the spark that ignites discovery.
Einstein omschreef zijn wetenschappelijke methode als een combinatorisch spel. Hij werd beroemd met zijn gedachte-experimenten, welke in essentie analogieën gebruiken, die tot enkele van zijn grootste ontdekkingen hebben geleid. Door wat we weten en wat we niet weten samen te brengen via analogieën, ontsteekt metaforisch denken de vonk die ontdekkingen aansteekt.
Now metaphor is ubiquitous, yet it's hidden. But you just have to look at the words around you and you'll find it. Ralph Waldo Emerson described language as "fossil poetry." But before it was fossil poetry language was fossil metaphor. And these fossils still breathe.
Hoewel metaforen alomtegenwoordig zijn, zijn ze toch verborgen. Kijk maar eens naar de woorden om je heen en je zal ze vinden. Ralph Waldo Emerson omschreef taal als "fossiele poëzie". Maar voor het fossiele poëzie was, was taal fossiele metafoor. Deze fossiele metaforen leven nog.
Take the three most famous words in all of Western philosophy: "Cogito ergo sum." That's routinely translated as, "I think, therefore I am." But there is a better translation. The Latin word "cogito" is derived from the prefix "co," meaning "together," and the verb "agitare," meaning "to shake." So, the original meaning of "cogito" is to shake together. And the proper translation of "cogito ergo sum" is "I shake things up, therefore I am." (Laughter)
Neem bijvoorbeeld de drie beroemdste woorden uit de westerse filosofie: "Cogito ergo sum" Dit wordt normaal vertaald als: "Ik denk, dus ik besta." Maar er is een betere vertaling. Het Latijnse woord "cogito" is afgeleid van het prefix "co", wat "samen" betekent, en het werkwoord "agitare", wat "schudden" betekent. De originele betekenis van "cogito" is "samen schudden". De juiste vertaling van "cogito ergo sum" is: "Ik schud dingen door elkaar, dus ik besta". (Gelach)
Metaphor shakes things up, giving us everything from Shakespeare to scientific discovery in the process. The mind is a plastic snow dome, the most beautiful, most interesting, and most itself, when, as Elvis put it, it's all shook up. And metaphor keeps the mind shaking, rattling and rolling, long after Elvis has left the building. Thank you very much. (Applause)
Metaforen schudden dingen door elkaar, en geven ons zodoende alles van Shakespeare tot wetenschappelijke ontdekkingen. De geest is als een elastische sneeuwbal, het mooiste, interessantste, en meest zichzelf wanneer, zoals Elvis het zegt, hij helemaal door elkaar geschud is. Metaforen houden de geest geschud, ratelend en golvend lang nadat Elvis ons verlaten heeft. Hartelijk dank. (Applaus)