Everyone's familiar with cancer, but we don't normally think of cancer as being a contagious disease. The Tasmanian devil has shown us that, not only can cancer be a contagious disease, but it can also threaten an entire species with extinction.
Iedereen is vertrouwd met kanker. Meestal zien we kanker niet als een besmettelijke ziekte. De Tasmaanse duivel heeft ons laten zien dat kanker een besmettelijke ziekte kan worden. Zelfs een hele soort met uitsterven kan bedreigen.
So first of all, what is a Tasmanian devil? Many of you might be familiar with Taz, the cartoon character, the one that spins around and around and around. But not many people know that there actually is a real animal called the Tasmanian devil, and it's the world's largest carnivorous marsupial. A marsupial is a mammal with a pouch like a kangaroo. The Tasmanian devil got its name from the terrifying nocturnal scream that it makes.
Maar eerst: Wat is een Tasmaanse duivel? Misschien kennen jullie Taz, de stripfiguur die ronddraait als een wervelwind. Maar niet veel mensen weten dat er echt een dier met de naam Tasmaanse duivel bestaat. Het is 's werelds grootste vleesetende buideldier. Een buideldier is een zoogdier met een buidel zoals een kangoeroe. De Tasmaanse duivel kreeg zijn naam door zijn angstaanjagende nachtelijke schreeuwen.
(Screaming)
(Geschreeuw)
(Laughter)
(Gelach)
The Tasmanian devil is predominantly a scavenger, and it uses its powerful jaws and its sharp teeth to chomp on the bones of rotting dead animals. [The] Tasmanian devil is found only on the island of Tasmania, which is that small island just to the south of the mainland of Australia. And despite their ferocious appearance, Tasmanian devils are actually quite adorable little animals. In fact, growing up in Tasmania, it always was incredibly exciting when we got a chance to see a Tasmanian devil in the wild.
De Tasmaanse duivel is voornamelijk een aaseter. Hij maakt gebruik van zijn krachtige kaken en scherpe tanden om op de beenderen van rottende dode dieren te kauwen. De Tasmaanse duivel is alleen te vinden op het eiland Tasmanië, een klein eilandje net ten zuiden van het vasteland van Australië. Ondanks hun woeste uiterlijk zijn Tasmaanse duivels heel schattige kleine dieren. Tijdens onze jeugd in Tasmanië was het altijd ongelooflijk spannend als we een Tasmaanse duivel in het wild te zien kregen.
But the Tasmanian devil population has been undergoing a really extremely fast decline. And in fact, there's concern that the species could go extinct in the wild within 20 to 30 years. And the reason for that is the emergence of a new disease, a contagious cancer.
Maar de populatie van de Tasmaanse duivel ondergaat een extreem snelle achteruitgang. Men maakt zich zorgen dat de soort in het wild binnen 20 tot 30 jaar zou kunnen uitsterven. De reden daarvoor is de opkomst van een nieuwe ziekte, een besmettelijke kanker.
The story begins in 1996 when a wildlife photographer took this photograph here of a Tasmanian devil with a large tumor on its face. At the time, this was thought to be a one-off. Animals, just like humans, sometimes get strange tumors. However, we now believe that this is the first sighting of a new disease, which is now an epidemic spreading through Tasmania. The disease was first sighted in the northeast of Tasmania in 1996 and has spread across Tasmania like a huge wave. Now there's only a small part of the population, which remains unaffected.
Het verhaal begint in 1996 toen een natuurfotograaf deze foto nam van een Tasmaanse duivel met een grote tumor op zijn gezicht. Toen werd dit als een uitzondering beschouwd. Dieren krijgen net als mensen soms rare tumoren. Nu geloven we dat dit de eerste waarneming was van een nieuwe ziekte die zich nu epidemisch over Tasmanië verspreidt. De ziekte werd voor het eerst in 1996 waargenomen in het noordoosten van Tasmanië en heeft zich in een enorme golf over Tasmanië verspreid. Nu is er slechts een klein deel van de populatie nog onaangetast.
This disease appears first as tumors, usually on the face or inside the mouth of affected Tasmanian devils. These tumors inevitably grow into larger tumors, such as these ones here. And the next image I'm going to show is quite gruesome. But inevitably, these tumors progress towards being enormous, ulcerating tumors like this one here.
Deze ziekte verschijnt eerst onder de vorm van tumoren, meestal op het gezicht of in de mond van de getroffen Tasmaanse duivels. Deze tumoren groeien onvermijdelijk uit tot grotere tumoren. Zoals deze hier. De volgende afbeelding die ik ga laten zien is nogal gruwelijk. Maar onvermijdelijk groeien deze tumoren uit tot enorme, zwerende tumoren zoals deze hier.
This one in particular sticks in my mind, because this is the first case of this disease that I saw myself. And I remember the horror of seeing this little female devil with this huge ulcerating, foul-smelling tumor inside her mouth that had actually cracked off her entire lower jaw. She hadn't eaten for days. Her guts were swimming with parasitic worms. Her body was riddled with secondary tumors. And yet, she was feeding three little baby Tasmanian devils in her pouch. Of course, they died along with the mother. They were too young to survive without their mother. In fact, in the area where she comes from, more than 90 percent of the Tasmanian devil population has already died of this disease.
Vooral deze is me bijgebleven. Het is het eerste geval van deze ziekte dat ik zelf zag. Ik herinner me de gruwel bij het zien van deze kleine vrouwelijke duivel met deze enorme zwerende, stinkende tumor in haar mond die haar hele onderkaak had doen afbreken. Ze had al dagen niet meer gegeten. Haar ingewanden zaten vol parasitaire wormen. Haar lichaam was bezaaid met secundaire tumoren. Toch voedde ze nog drie jongen in haar buidel. Natuurlijk stierven zij samen met de moeder. Ze waren te jong om te kunnen overleven zonder hun moeder. In het gebied waar ze vandaan komt, is meer dan 90 procent van de Tasmaanse-duivelpopulatie al overleden aan deze ziekte.
Scientists around the world were intrigued by this cancer, this infectious cancer, that was spreading through the Tasmanian devil population. And our minds immediately turned to cervical cancer in women, which is spread by a virus, and to the AIDS epidemic, which is associated with a number of different types of cancer. All the evidence suggested that this devil cancer was spread by a virus. However, we now know -- and I'll tell you right now -- that we know that this cancer is not spread by a virus. In fact, the infectious agent of disease in this cancer is something altogether more sinister, and something that we hadn't really thought of before. But in order for me to explain what that is, I need to spend just a couple of minutes talking more about cancer itself.
Wetenschappers over de hele wereld waren geïntrigeerd door deze besmettelijke vorm van kanker die zich verspreidde in de Tasmaanse-duivelpopulatie. Onze gedachten gingen onmiddellijk naar baarmoederhalskanker bij vrouwen. Die wordt ook verspreid door een virus. Ook naar de aidsepidemie die wordt geassocieerd met verschillende vormen van kanker. Alles wees erop dat deze duivelkanker verspreid werd door een virus. Maar nu weten we dat deze kanker niet door een virus wordt verspreid. In feite is het besmettelijke agens van de ziekte bij deze vorm van kanker iets veel sinisters, iets waar we echt niet aan hadden gedacht. Maar om dit uit te leggen, moet ik het even over kanker zelf hebben.
Cancer is a disease that affects millions of people around the world every year. One in three people in this room will develop cancer at some stage in their lives. I myself had a tumor removed from my large intestine when I was only 14. Cancer occurs when a single cell in your body acquires a set of random mutations in important genes that cause that cell to start to produce more and more and more copies of itself. Paradoxically, once established, natural selection actually favors the continued growth of cancer. Natural selection is survival of the fittest. And when you have a population of fast-dividing cancer cells, if one of them acquires new mutations, which allow them to grow more quickly, acquire nutrients more successfully, invade the body, they'll be selected for by evolution.
Kanker is een ziekte die elk jaar miljoenen mensen over de hele wereld treft. Een op de drie mensen in deze zaal zal op een bepaald moment in zijn leven kanker ontwikkelen. Bij mij werd een tumor verwijderd uit mijn dikke darm toen ik nog maar 14 was. Kanker ontstaat als één enkele cel in je lichaam een reeks van willekeurige mutaties in belangrijke genen ondergaat. Daardoor gaat die cel meer en meer en meer kopieën van zichzelf produceren. Paradoxaal genoeg: eenmaal tot stand gekomen begunstigt natuurlijke selectie de verdere groei van kanker. Natuurlijke selectie is het overleven van de best aangepaste. Als je met een populatie van snel delende kankercellen zit en een ervan krijgt nieuwe mutaties, die ze in staat stelt om sneller te groeien, met meer succes voedingsstoffen te verwerven, het lichaam binnen te dringen, dan wordt ze uitgeselecteerd door de evolutie.
That's why cancer is such a difficult disease to treat. It evolves. Throw a drug at it, and resistant cells will grow back. An amazing fact is that, given the right environment and the right nutrients, a cancer cell has the potential to go on growing forever. However cancer is constrained by living inside our bodies, and its continued growth, its spreading through our bodies and eating away at our tissues, leads to the death of the cancer patient and also to the death of the cancer itself.
Dat is waarom kanker zo'n moeilijk te behandelen ziekte is. Ze evolueert. Test er een geneesmiddel op uit en resistente cellen zullen overblijven en teruggroeien. Een verbazingwekkend feit is dat gegeven de juiste omgeving en de juiste voedingsstoffen, een kankercel altijd kan blijven groeien. Maar kanker is beperkt door in ons lichaam te leven. Zijn gestage groei, de verspreiding ervan door onze lichamen en het aantasten van onze weefsels leidt tot de dood van de kankerpatiënt en ook tot de dood van de kanker zelf.
So cancer could be thought of as a strange, short-lived, self-destructive life form -- an evolutionary dead end. But that is where the Tasmanian devil cancer has acquired an absolutely amazing evolutionary adaptation. And the answer came from studying the Tasmanian devil cancer's DNA. This was work from many people, but I'm going to explain it through a confirmatory experiment that I did a few years ago.
Je zou kanker kunnen zien als een vreemde, kortstondige, zelfdestructieve levensvorm - een evolutionair dood spoor. Daartegen heeft de Tasmaanse-duivelkanker een absoluut verbazingwekkende evolutionaire aanpassing verworven. Het antwoord kwam van het bestuderen van het DNA van de Tasmaanse-duivelkanker. Dit was het werk van veel mensen maar ik ga het uitleggen aan de hand van een bevestigend experiment dat ik een paar jaar geleden heb uitgevoerd.
The next slide is going to be gruesome. This is Jonas. He's a Tasmanian devil that we found with a large tumor on his face. And being a geneticist, I'm always interested to look at DNA and mutations. So I took this opportunity to collect some samples from Jonas' tumor and also some samples from other parts of his body. I took these back to the lab. I extracted DNA from them. And when I looked at the sequence of the DNA, and compared the sequence of Jonas' tumor to that of the rest of his body, I discovered that they had a completely different genetic profile. In fact, Jonas and his tumor were as different from each other as you and the person sitting next to you. What this told us was that Jonas' tumor did not arise from cells of his own body. In fact, more genetic profiling told us that this tumor in Jonas actually probably first arose from the cells of a female Tasmanian devil -- and Jonas was clearly a male.
De volgende dia is gruwelijk. Dit is Jonas. Hij is een Tasmaanse duivel die we hebben gevonden met een grote tumor op zijn gezicht. Als geneticus ben ik altijd geïnteresseerd geweest in DNA en mutaties. Dus ik nam deze gelegenheid te baat om enkele stalen te verzamelen van de tumor van Jonas en ook een aantal stalen uit andere delen van zijn lichaam. Ik bracht deze naar het lab. Ik extraheerde er DNA uit. Toen keek ik naar de sequentie van het DNA. Ik vergeleek de sequentie van de tumor van Jonas met die van de rest van zijn lichaam. Ik ontdekte dat die een heel ander genetisch profiel had. Jonas en zijn tumor verschilden net zozeer van elkaar als jij en de persoon die naast je zit. Dit vertelde ons dat de tumor van Jonas niet afkomstig was van de cellen van zijn eigen lichaam. Meer genetische profilering vertelde ons dat deze tumor in Jonas waarschijnlijk voor het eerst ontstond uit de cellen van een vrouwelijke Tasmaanse duivel. Jonas was duidelijk een mannetje.
So how come a tumor that arose from the cells of another individual is growing on Jonas' face? Well the next breakthrough came from studying hundreds of Tasmanian devil cancers from all around Tasmania. We found that all of these cancers shared the same DNA. Think about that for a minute. That means that all of these cancers actually are the same cancer that arose once from one individual devil, that have broken free of that first devil's body and spread through the entire Tasmanian devil population.
Hoe kon een tumor, ontstaan uit de cellen van een ander individu, op het gezicht van Jonas groeien? De volgende doorbraak kwam uit het bestuderen van honderden Tasmaanse-duivelkankers uit heel Tasmanië. We vonden dat al deze vormen van kanker hetzelfde DNA deelden. Denk daar eens even over na. Dat betekent dat al deze vormen van kanker eigenlijk dezelfde kanker zijn ooit ontstaan bij één enkele duivel. Deze kwam vrij van het lichaam van die eerste duivel en verspreidde zich doorheen de gehele populatie van Tasmaanse duivels.
But how can a cancer spread in a population? Well the final piece of the puzzle came when we remember how devils behave when they meet each other in the wild. They tend to bite each other, often quite ferociously and usually on the face. We think that cancer cells actually come off the tumor, get into the saliva. When the devil bites another devil, it actually physically implants living cancer cells into the next devil, so the tumor continues to grow. So this Tasmanian devil cancer is perhaps the ultimate cancer. It's not constrained by living within the body that gave rise to it. It spreads through the population, has mutations that allow it to evade the immune system, and it's the only cancer that we know of that's threatening an entire species with extinction.
Maar hoe kan een kanker zich verspreiden in een populatie? Het laatste stukje van de puzzel vonden we toen we ons herinnerden hoe duivels zich gedragen als ze elkaar ontmoeten in het wild. Ze hebben de neiging om elkaar te bijten. Vaak vrij woest en meestal in het gezicht. Wij denken dat kankercellen loskomen van de tumor en in het speeksel terechtkomen. Als de duivel een andere duivel bijt, implanteert hij levende kankercellen fysiek in de volgende duivel zodat de tumor blijft groeien. Deze kanker van de Tasmaanse duivel is misschien wel de ultieme kanker. Hij is niet beperkt om te leven in het lichaam waarin hij ontstond. Hij verspreidt zich doorheen de populatie en heeft mutaties die toelaten om het immuunsysteem te omzeilen. Het is de enige kanker waarvan we weten dat hij een hele soort met uitsterven bedreigt.
But if this can happen in Tasmanian devils, why hasn't it happened in other animals or even humans? Well the answer is, it has. This is Kimbo. He's a dog that belongs to a family in Mombasa in Kenya. Last year, his owner noticed some blood trickling from his genital region. She took him to the vet and the vet discovered something quite disgusting. And if you're squeamish, please look away now. He discovered this, a huge bleeding tumor at the base of Kimbo's penis. The vet diagnosed this as transmissible venereal tumor, a sexually transmitted cancer that affects dogs. And just as the Tasmanian devil cancer is contagious through the spread of living cancer cells, so is this dog cancer.
Maar als dit kan gebeuren bij Tasmaanse duivels waarom gebeurde het dan niet bij andere dieren of zelfs bij mensen? Het antwoord is dat het al gebeurd is. Dit is Kimbo. Hij is een hond van een familie in Mombasa in Kenia. Vorig jaar zag zijn baasje wat bloed druppelen uit zijn genitale streek. Ze nam hem mee naar de dierenarts en de dierenarts ontdekte iets heel walgelijks. Mocht je preuts zijn, kijk dan nu maar even weg. Hij ontdekte een enorme bloedende tumor aan de basis van de penis van Kimbo. De dierenarts diagnosticeerde dit als een overdraagbare venerische tumor, een seksueel overdraagbare kanker die honden aantast. Net zoals de Tasmaanse-duivelkanker besmettelijk is door de verspreiding van levende kankercellen, is dat ook zo voor de kanker van deze hond.
But this dog cancer is quite remarkable, because it spread all around the world. And in fact, these same cells that are affecting Kimbo here are also found affecting dogs in New York City, in mountain villages in the Himalayas and in Outback Australia. We also believe this cancer might be very old. In fact, genetic profiling tells that it may be tens of thousands of years old, which means that this cancer may have first arisen from the cells of a wolf that lived alongside the Neanderthals. This cancer is remarkable. It's the oldest mammalian-derived life form that we know of. It's a living relic of the distant past.
Maar deze hondkanker is zeer opmerkelijk omdat hij over de hele wereld verspreid is. Dezelfde cellen als bij Kimbo hier zijn ook gevonden bij honden in New York City, in de bergdorpen van de Himalaya en in de Outback van Australië. We geloven ook dat deze vorm van kanker heel oud kan zijn. Genetische profilering vertelt dat hij tienduizenden jaren oud kan zijn. Dit betekent dat deze kanker voor het eerst zou kunnen zijn ontstaan uit de cellen van een wolf die samenleefde met de Neanderthalers. Deze vorm van kanker is opmerkelijk. Het is de oudste levensvorm afkomstig van zoogdieren die we kennen. Het is een levend overblijfsel uit een ver verleden.
So we've seen that this can happen in animals. Could cancers be contagious between people? Well this is a question which fascinated Chester Southam, a cancer doctor in the 1950s. Ad he decided to put this to the test by actually deliberately inoculating people with cancer from somebody else. And this is a photograph of Dr. Southam in 1957 injecting cancer into a volunteer, who in this case was an inmate in Ohio State Penitentiary. Most of the people that Dr. Southam injected did not go on to develop cancer from the injected cells. But a small number of them did, and they were mostly people who were otherwise ill -- whose immune systems were probably compromised.
We hebben gezien dat dit kan gebeuren bij dieren. Kunnen vormen van kanker besmettelijk zijn voor mensen? Dit is een vraag die Chester Southam, een kankerarts uit de jaren ’50, fascineerde. Hij besloot om dit op de proef te stellen door daadwerkelijk mensen met kanker van iemand anders in te enten. Dit is een foto waar Dr. Southam in 1957 kanker injecteert bij een vrijwilliger. In dit geval een gevangene van de staatsgevangenis van Ohio. Het merendeel van de mensen die Dr. Southam inspoot, ontwikkelden geen kanker door de geïnjecteerde cellen. Maar een klein aantal wel. Het waren meestal mensen die al ziek waren - van wie het immuunsysteem waarschijnlijk aangetast was.
What this tells us, ethical issues aside, is that ... (Laughter) it's probably extremely rare for cancers to be transferred between people. However, under some circumstances, it can happen. And I think that this is something that oncologists and epidemiologists should be aware of in the future.
Wat ons dit vertelt, ethische kwesties terzijde gelaten, is dat ... (Gelach) het waarschijnlijk uiterst zeldzaam is dat kanker wordt overgedragen tussen mensen. Maar dat het onder bepaalde omstandigheden kan gebeuren. Ik denk dat de oncologen en epidemiologen zich daarvan bewust moeten zijn in de toekomst.
So just finally, cancer is an inevitable outcome of the ability of our cells to divide and to adapt to their environments. But that does not mean that we should give up hope in the fight against cancer. In fact, I believe, given more knowledge of the complex evolutionary processes that drive cancer's growth, we can defeat cancer. My personal aim is to defeat the Tasmanian devil cancer. Let's prevent the Tasmanian devil from being the first animal to go extinct from cancer.
Ten slotte, kanker is een onvermijdelijk resultaat van het vermogen van onze cellen om te delen en zich aan te passen aan hun omgeving. Maar dat betekent niet dat we de hoop opgeven in de strijd tegen kanker. Sterker nog, ik geloof dat door het verkrijgen van meer kennis van de complexe evolutionaire processen die de groei van kanker sturen, we kanker kunnen verslaan. Mijn persoonlijke doel is de nederlaag van de Tasmaanse-duivelkanker. Laten we voorkomen dat de Tasmaanse duivel het eerste dier wordt dat door kanker gaat uitsterven.
Thank you.
Dank u.
(Applause)
(Applaus)