When I was a child, I knew I had superpowers. That's right.
Als kind wist ik al dat ik superkrachten had. Inderdaad.
(Laughter)
(Gelach)
I thought I was absolutely amazing because I could understand and relate to the feelings of brown people, like my grandfather, a conservative Muslim guy. And also, I could understand my Afghan mother, my Pakistani father, not so religious but laid-back, fairly liberal. And of course, I could understand and relate to the feelings of white people. The white Norwegians of my country. You know, white, brown, whatever -- I loved them all. I understood them all, even if they didn't always understand each other; they were all my people.
Ik vond mezelf heel bijzonder, want ik kon begrip hebben voor de gevoelens van gekleurde mensen, zoals mijn grootvader, een conservatieve moslim. En ik kon ook begrip hebben voor mijn Afghaanse moeder en mijn Pakistaanse vader, een niet zo religieuze, ontspannen, redelijk liberale man. En ik kon natuurlijk begrip hebben voor de gevoelens van blanke mensen. De blanke Noren van mijn land. Blank, gekleurd, maakte niet uit -- ik hield van ze allemaal. Ik begreep ze allemaal, ook al begrepen ze elkaar niet altijd, het waren allemaal mijn mensen.
My father, though, was always really worried. He kept saying that even with the best education, I was not going to get a fair shake. I would still face discrimination, according to him. And that the only way to be accepted by white people would be to become famous. Now, mind you, he had this conversation with me when I was seven years old. So while I'm seven years old, he said, "Look, so it's either got to be sports, or it's got to be music." He didn't know anything about sports -- bless him -- so it was music. So when I was seven years old, he gathered all my toys, all my dolls, and he threw them all away. In exchange he gave me a crappy little Casio keyboard and --
Maar mijn vader was altijd heel bezorgd. Hij bleef maar zeggen dat, zelfs met de beste opleiding, ik geen eerlijke kans zou krijgen. Volgens hem zou ik toch gediscrimineerd worden. De enige manier om door blanken geaccepteerd te worden, was: beroemd worden. Let wel, hij vertelde me dit toen ik pas zeven jaar oud was. Hij zei tegen deze zevenjarige: "Dus wordt het sport of het wordt muziek." Hij wist niks van sport -- goddank -- dus werd het muziek. Dus op mijn zevende zocht hij mijn speelgoed bij elkaar, al mijn poppen, en hij gooide alles weg. In ruil daarvoor kreeg ik een pietepeuterig Casio keyboard --
(Laughter)
(Gelach)
Yeah. And singing lessons. And he forced me, basically, to practice for hours and hours every single day. Very quickly, he also had me performing for larger and larger audiences, and bizarrely, I became almost a kind of poster child for Norwegian multiculturalism. I felt very proud, of course. Because even the newspapers at this point were starting to write nice things about brown people, so I could feel that my superpower was growing.
en zangles. En hij stond erop dat ik iedere dag urenlang oefenende. Al snel liet hij me ook voor steeds meer mensen optreden en vreemd genoeg werd ik een soort schoolvoorbeeld van Noors multiculturalisme. Ik was natuurlijk heel trots, want op dit punt begonnen zelfs de kranten aardige dingen te schrijven over gekleurde mensen; ik voelde mijn superkrachten dus groeien.
So when I was 12 years old, walking home from school, I took a little detour because I wanted to buy my favorite sweets called "salty feet." I know they sound kind of awful, but I absolutely love them. They're basically these little salty licorice bits in the shape of feet. And now that I say it out loud, I realize how terrible that sounds, but be that as it may, I absolutely love them. So on my way into the store, there was this grown white guy in the doorway blocking my way. So I tried to walk around him, and as I did that, he stopped me and he was staring at me, and he spit in my face, and he said, "Get out of my way you little black bitch, you little Paki bitch, go back home where you came from." I was absolutely horrified. I was staring at him. I was too afraid to wipe the spit off my face, even as it was mixing with my tears. I remember looking around, hoping that any minute now, a grown-up is going to come and make this guy stop. But instead, people kept hurrying past me and pretended not to see me. I was very confused because I was thinking, well, "My white people, come on! Where are they? What's going on? How come they're not coming and rescuing me?" So, needless to say, I didn't buy the sweets. I just ran home as fast as I could.
Toen ik 12 was, op weg van school naar huis, nam ik een kleine omweg voor mijn favoriete snoep, 'zoute voeten'. Het klinkt niet echt aantrekkelijk, maar ik was er gek op. Feitelijk zijn het kleine zoute dropjes in de vorm van voeten. Nu ik het hardop zeg, hoor ik pas hoe smerig dat klinkt, maar hoe dan ook, ik was er echt gek op. Toen ik bij de winkel kwam stond er een blanke volwassen man in de deuropening. Ik probeerde om hem heen te lopen, maar toen ik dat deed, hield hij me tegen en staarde me aan. Hij spuwde in mijn gezicht en zei: "Rot op, zwarte trut, Paki trut, ga terug naar waar je vandaan komt." Ik was helemaal geschokt. Ik staarde hem aan. Ik was te bang om het spuug van mijn gezicht te vegen, ook al vermengde het zich met mijn tranen. Ik weet nog dat ik om me heen keek, wachtend op het moment dat iemand er iets van zou zeggen en hem zou tegenhouden. Maar mensen bleven langs me heen lopen en deden net of ze niets zagen. Ik was helemaal in de war, want ik dacht: kom nou blanke vrienden, waar blijven jullie, wat is dit? Waarom komen ze me niet redden? Je begrijpt dat ik geen snoep kocht; ik rende zo snel mogelijk naar huis.
Things were still OK, though, I thought. As time went on, the more successful I became, I eventually started also attracting harassment from brown people. Some men in my parent's community felt that it was unacceptable and dishonorable for a woman to be involved in music and to be so present in the media. So very quickly, I was starting to become attacked at my own concerts. I remember one of the concerts, I was onstage, I lean into the audience and the last thing I see is a young brown face, and the next thing I know is some sort of chemical is thrown in my eyes and I remember I couldn't really see and my eyes were watering but I kept singing anyway. I was spit in the face in the streets of Oslo, this time by brown men. They even tried to kidnap me at one point. The death threats were endless. I remember one older bearded guy stopped me in the street one time, and he said, "The reason I hate you so much is because you make our daughters think they can do whatever they want." A younger guy warned me to watch my back. He said music is un-Islamic and the job of whores, and if you keep this up, you are going to be raped and your stomach will be cut out so that another whore like you will not be born.
Volgens mij was alles echter nog oké. Toen ik later succesvoller werd, kreeg ik ook meer last met gekleurde mensen. Sommigen van de mannen in de sociale kring van mijn ouders vonden het onacceptabel en oneerbaar dat een vrouw muziek maakte en zo nadrukkelijk in het nieuws was. Ik werd al snel aangevallen tijdens mijn eigen optredens. Ik herinner me dat ik bij een concert vanaf het podium het publiek in leunde en dat het laatste wat ik zag een jong gekleurd gezicht was. Vervolgens werd er iets chemisch in mijn ogen gegooid en ik weet nog dat ik niets meer zag en dat mijn ogen traanden, maar dat ik bleef zingen. Ik werd in het gezicht gespuwd in de straten van Oslo, dit keer door gekleurde mannen. Ze probeerden me zelfs ooit te ontvoeren. De doodsbedreigingen hielden niet op. Ik herinner me hoe een bebaarde man me op straat aanhield en zei: "Ik haat je zo, omdat je onze dochters het idee geeft dat ze kunnen doen wat ze willen." Een jongere kerel zei me dat ik moest uitkijken. Hij zei dat muziek onislamitisch is en het werk voor hoeren en dat als ik zo doorging, ik verkracht zou worden en mijn maag eruit gesneden, opdat er niet nog meer zulke hoeren zouden worden geboren.
Again, I was so confused. I couldn't understand what was going on. My brown people now starting to treat me like this -- how come? Instead of bridging the worlds, the two worlds, I felt like I was falling between my two worlds. I suppose, for me, spit was kryptonite.
Ik was zo verward. Ik begreep niet wat er gebeurde. Dat mijn gekleurde vrienden me nu zo behandelden -- waarom? In plaats van een brug te zijn tussen die twee werelden, leek het alsof ik ertussenin viel. Spuug was kryptoniet voor mij, zo leek het.
So by the time I was 17 years old, the death threats were endless, and the harassment was constant. It got so bad, at one point my mother sat me down and said, "Look, we can no longer protect you, we can no longer keep you safe, so you're going to have to go." So I bought a one-way ticket to London, I packed my suitcase and I left. My biggest heartbreak at that point was that nobody said anything. I had a very public exit from Norway. My brown people, my white people -- nobody said anything. Nobody said, "Hold on, this is wrong. Support this girl, protect this girl, because she is one of us." Nobody said that. Instead, I felt like -- you know at the airport, on the baggage carousel you have these different suitcases going around and around, and there's always that one suitcase left at the end, the one that nobody wants, the one that nobody comes to claim. I felt like that. I'd never felt so alone. I'd never felt so lost.
Tegen de tijd dat ik 17 was, werd ik constant lastig gevallen en met de dood bedreigd. Het werd uiteindelijk zo erg dat mijn moeder tegen me zei: "We kunnen je niet meer beschermen, je bent hier niet veilig meer, je moet ergens anders naartoe." Dus kocht ik een enkele reis naar Londen, pakte mijn koffers en vertrok. Wat ik toen nog het meest triest vond, was dat niemand iets zei. Mijn vertrek uit Noorwegen was alleszins openbaar. Mijn blanke en gekleurde vrienden -- niemand zei iets. Niemand zei: "Wacht eens, dit klopt niet. We moeten ons achter haar scharen, want ze is toch een van ons." Niemand zei zoiets. In plaats daarvan -- je kent dat wel, op het vliegveld, dan draaien de koffers daar rond op die band, en op het eind blijft er altijd één koffer over, die niemand wil, die niemand komt ophalen. Zo voelde ik me. Ik voelde me nog nooit zo alleen; ik voelde me nog nooit zo verlaten.
So, after coming to London, I did eventually resume my music career. Different place, but unfortunately the same old story. I remember a message sent to me saying that I was going to be killed and that rivers of blood were going to flow and that I was going to be raped many times before I died. By this point, I have to say, I was actually getting used to messages like this, but what became different was that now they started threatening my family.
In Londen vervolgde ik uiteindelijk mijn muzikale carrière. Andere locatie maar helaas hetzelfde verhaal. Ik herinner me een bericht waarin stond dat ik vermoord zou worden en dat er rivieren bloed zouden vloeien en dat ik heel vaak verkracht zou worden voor ik dood was. Ik moet zeggen dat ik toen al begon te wennen aan dit soort berichten, maar ze begonnen nu wel ook mijn familie te bedreigen.
So once again, I packed my suitcase, I left music and I moved to the US. I'd had enough. I didn't want to have anything to do with this anymore. And I was certainly not going to be killed for something that wasn't even my dream -- it was my father's choice.
Opnieuw pakte ik mijn koffers, stopte met muziek en vloog naar de VS. Ik was het zat. Ik wou er niets meer mee te maken hebben. En ik zou me zeker niet laten vermoorden voor iets wat niet eens mijn droom was -- die was van mijn vader.
So I kind of got lost. I kind of fell apart. But I decided that what I wanted to do is spend the next however many years of my life supporting young people and to try to be there in some small way, whatever way that I could. I started volunteering for various organizations that were working with young Muslims inside of Europe. And, to my surprise, what I found was so many of these young people were suffering and struggling. They were facing so many problems with their families and their communities who seemed to care more about their honor and their reputation than the happiness and the lives of their own kids. I started feeling like maybe I wasn't so alone, maybe I wasn't so weird. Maybe there are more of my people out there.
Ik was een beetje de weg kwijt. Ik draaide een beetje door. Maar ik besloot wel wat ik ging doen: ik wilde de rest van mijn leven jonge mensen ondersteunen, er gewoon voor ze zijn, op wat voor manier dan ook. Ik begon vrijwilligerswerk te doen voor verschillende organisaties die werkten met jonge moslims in Europa. En tot mijn verbazing kwam ik erachter dat zoveel jonge mensen het zo moeilijk hadden. Ze hadden zoveel problemen met hun familie en hun gemeenschap, die hun eer en reputatie belangrijker schenen te vinden dan het geluk en de levens van hun eigen kinderen. Het begon erop te lijken dat ik niet de enige was, dat ik niet zo vreemd was. Misschien zijn er wel meer mensen zoals ik.
The thing is, what most people don't understand is that there are so many of us growing up in Europe who are not free to be ourselves. We're not allowed to be who we are. We are not free to marry or to be in relationships with people that we choose. We can't even pick our own career. This is the norm in the Muslim heartlands of Europe. Even in the freest societies in the world, we're not free. Our lives, our dreams, our future does not belong to us, it belongs to our parents and their community. I found endless stories of young people who are lost to all of us, who are invisible to all of us but who are suffering, and they are suffering alone. Kids we are losing to forced marriages, to honor-based violence and abuse.
Wat de meeste mensen niet begrijpen, is dat er in Europa zoveel mensen zijn als wij, die zichzelf niet kunnen zijn. We mogen niet zijn wie we zijn. Het staat ons niet vrij te trouwen of relaties aan te gaan met de mensen die wij verkiezen, of zelf een carrière te kiezen. Dit is de norm voor moslims in Europa. Zelfs in de meest vrije gemeenschappen ter wereld zijn wij niet vrij. Onze levens, onze dromen, onze toekomst is niet van ons, zij behoort toe aan onze ouders en hun gemeenschappen. Ik vond ontelbare verhalen van jonge mensen die we zijn kwijtgeraakt, die onzichtbaar voor ons zijn, maar die eronder lijden en ze lijden in hun eentje. Kinderen die we verliezen aan gedwongen huwelijken, aan eergeweld en misbruik.
Eventually, I realized after several years of working with these young people, that I will not be able to keep running. I can't spend the rest of my life being scared and hiding and that I'm actually going to have to do something. And I also realized that my silence, our silence, allows abuse like this to continue. So I decided that I wanted to put my childhood superpower to some use by trying to make people on the different sides of these issues understand what it's like to be a young person stuck between your family and your country.
Na jaren met deze jongeren te hebben gewerkt, besefte ik wel dat ik niet altijd kon blijven vluchten. Ik kon niet mijn hele leven bang zijn en me verstoppen; er zou een punt komen waarop ik iets moest gaan doen. Ik realiseerde me ook dat door mijn zwijgen, ons zwijgen, dit soort misbruik kan blijven doorgaan. Ik besloot dat ik die superkracht uit mijn jeugd in moest zetten om de verschillende partijen in deze kwesties te laten zien hoe het is om als jongere klem te zitten tussen je familie en je land.
So I started making films, and I started telling these stories. And I also wanted people to understand the deadly consequences of us not taking these problems seriously.
Dus begon ik films te maken en ik begon die verhalen te vertellen. Ik wilde ook dat mensen begrepen hoe dodelijk de gevolgen zijn als we deze dingen niet serieus nemen.
So the first film I made was about Banaz. She was a 17-year-old Kurdish girl in London. She was obedient, she did whatever her parents wanted. She tried to do everything right. She married some guy that her parents chose for her, even though he beat and raped her constantly. And when she tried to go to her family for help, they said, "Well, you got to go back and be a better wife." Because they didn't want a divorced daughter on their hands because, of course, that would bring dishonor on the family. She was beaten so badly her ears would bleed, and when she finally left and she found a young man that she chose and she fell in love with, the community and the family found out and she disappeared. She was found three months later. She'd been stuffed into a suitcase and buried underneath the house. She had been strangled, she had been beaten to death by three men, three cousins, on the orders of her father and uncle. The added tragedy of Banaz's story is that she had gone to the police in England five times asking for help, telling them that she was going to be killed by her family. The police didn't believe her so they didn't do anything.
De eerste film die ik maakte, ging over Banaz. Ze was een 17-jarig Koerdisch meisje uit Londen. Ze was gehoorzaam; ze deed wat haar ouders wilden. Ze probeerde alles goed te doen. Ze trouwde een man die haar ouders hadden uitgekozen, ook al sloeg en verkrachtte hij haar voortdurend. Als ze naar haar familie ging voor hulp, zeiden ze: "Je moet terruggaan en een betere vrouw zijn." Wat moesten zij namelijk met een gescheiden dochter? Dat zou tenslotte de eer van de familie schaden. Ze werd zo geslagen dat het bloed uit haar oren kwam. Toen ze uiteindelijk wegliep met een man die ze zelf had gekozen en waar ze verliefd op was, kwamen de gemeenschap en haar familie erachter en raakte ze vermist. Drie maanden later werd ze gevonden, opgevouwen in een koffer en begraven onder het huis. Ze was gewurgd, ze was doodgeslagen, door drie mannen, drie neven, op bevel van haar vader en haar oom. Extra tragisch aan het verhaal van Banaz is dat ze de politie in Engeland al vijf keer om hulp had gevraagd, omdat haar familie haar zou gaan vermoorden. De politie geloofde haar niet, dus deed niets.
And the problem with this is that not only are so many of our kids facing these problems within their families and within their families' communities, but they're also meeting misunderstandings and apathy in the countries that they grow up in. When their own families betray them, they look to the rest of us, and when we don't understand, we lose them.
Dat is het probleem; zoveel van onze kinderen hebben niet alleen problemen binnen hun familie en de sociale kring van hun families, maar ze worden ook nog geconfronteerd met onbegrip en onverschilligheid in de landen waarin ze opgroeiden. Als hun eigen families ze verraden, zoeken ze naar andere mensen, en als wij het niet begrijpen, zijn we ze kwijt.
So while I was making this film, several people said to me, "Well, Deeyah, you know, this is just their culture, this is just what those people do to their kids and we can't really interfere." I can assure you being murdered is not my culture. You know? And surely people who look like me, young women who come from backgrounds like me, should be subject to the same rights, the same protections as anybody else in our country, why not?
Toen ik die film aan het maken was, zeiden mensen tegen me: "Deeyah, zo is hun cultuur gewoon, zo gaan die mensen met hun kinderen om en daar kunnen wij niets van zeggen." Neem maar van mij aan dat vermoord worden mijn cultuur niet is. En mensen die eruitzien zoals ik, jonge vrouwen met een achtergrond als de mijne, zouden toch dezelfde rechten en dezelfde bescherming moeten hebben als anderen in ons land, of niet?
So, for my next film, I wanted to try and understand why some of our young Muslim kids in Europe are drawn to extremism and violence. But with that topic, I also recognized that I was going to have to face my worst fear: the brown men with beards. The same men, or similar men, to the ones that have hounded me for most of my life. Men that I've been afraid of most of my life. Men that I've also deeply disliked, for many, many years.
Bij mijn volgende film wilde ik proberen te begrijpen waarom sommige moslimjongeren in Europa zich aangetrokken voelen tot extremisme en geweld. Maar met zo'n onderwerp begreep ik wel dat ik mijn grootste angst onder ogen moest zien: de gekleurde mannen met baarden. Dezelfde of soortgelijke mannen als die me mijn hele leven hebben lastiggevallen. Mannen waar ik de meeste tijd bang voor ben geweest. Mannen waarvan ik ook een grote afkeer heb gehad, vele, vele jaren.
So I spent the next two years interviewing convicted terrorists, jihadis and former extremists. What I already knew, what was very obvious already, was that religion, politics, Europe's colonial baggage, also Western foreign policy failures of recent years, were all a part of the picture. But what I was more interested in finding out was what are the human, what are the personal reasons why some of our young people are susceptible to groups like this. And what really surprised me was that I found wounded human beings. Instead of the monsters that I was looking for, that I was hoping to find -- quite frankly because it would have been very satisfying -- I found broken people. Just like Banaz, I found that these young men were torn apart from trying to bridge the gaps between their families and the countries that they were born in. And what I also learned is that extremist groups, terrorist groups are taking advantage of these feelings of our young people and channeling that -- cynically -- channeling that toward violence. "Come to us," they say. "Reject both sides, your family and your country because they reject you. For your family, their honor is more important than you and for your country, a real Norwegian, Brit or a French person will always be white and never you." They're also promising our young people the things that they crave: significance, heroism, a sense of belonging and purpose, a community that loves and accepts them. They make the powerless feel powerful. The invisible and the silent are finally seen and heard. This is what they're doing for our young people. Why are these groups doing this for our young people and not us?
De eerste twee jaar ondervroeg ik dus veroordeelde terroristen, jihadisten en voormalige extremisten. Ik wist al, dat was me wel duidelijk, dat religie, politiek, Europa's koloniale verleden en ook het mislukte Westerse buitenlandbeleid van de laatste jaren allemaal een rol speelden. Maar wat ik interessanter vond, waren de menselijke en persoonlijke redenen waarom deze jongeren zo vatbaar waren voor dit soort groepen. En het verbaasde me echt dat ik gewonde mensen vond. In plaats van de monsters waar ik naar zocht, die ik hoopte te vinden -- dat was eerlijk gezegd wel bevredigend geweest -- vond ik gebroken mensen. Net als Banaz, vond ik dat deze jonge mannen uit elkaar waren gereten toen ze probeerden de brug te slaan tussen hun families en het land waarin ze geboren waren. Ik kwam er ook achter dat extremistische, terroristische groepen gebruik maken van dit soort gevoelens onder jonge mensen en dat kanaliseerden -- cynisch genoeg -- richting geweld. "Kom bij ons", zeggen ze. "Wijs zowel je familie en je land af, want ze wijzen jou af. Voor je familie is hun eer belangrijker dan jij en voor je land zal een echte Noor of Brit of Fransman altijd blank zijn en nooit jij." Ze beloven onze jongeren ook dat waarnaar ze verlangen: betekenis, heldendom, het gevoel ergens bij te horen en een doel te hebben, een gemeenschap die ze accepteert en liefheeft. Ze zorgen dat de zwakken zich sterk voelen. De onzichtbaren en zwijgzamen worden daar gezien en gehoord. Dat doen ze voor onze jongeren. Waarom doen deze groepen dit voor onze jongeren in plaats van wij?
The thing is, I'm not trying to justify or excuse any of the violence. What I am trying to say is that we have to understand why some of our young people are attracted to this. I would like to also show you, actually -- these are childhood photos of some of the guys in the film. What really struck me is that so many of them -- I never would have thought this -- but so many of them have absent or abusive fathers. And several of these young guys ended up finding caring and compassionate father figures within these extremist groups. I also found men brutalized by racist violence, but who found a way to stop feeling like victims by becoming violent themselves. In fact, I found something, to my horror, that I recognized. I found the same feelings that I felt as a 17-year-old as I fled from Norway. The same confusion, the same sorrow, the same feeling of being betrayed and not belonging to anyone. The same feeling of being lost and torn between cultures.
Het punt is, ik ga niet goedpraten of rechtvaardigen dat ze geweld gebruiken. Ik probeer te zeggen dat we moeten begrijpen waarom dit sommigen van onze jongeren aantrekt. Ik wil jullie ook laten zien, trouwens -- dit zijn jeugdfoto's van sommige mannen in de film. Wat me echt opviel, is dat zovelen van hen -- dat had ik nooit verwacht -- dat zovelen van hen door hun vader waren verlaten of misbruikt. En een aantal van die jongeren vonden uiteindelijk zorgzame vaderfiguren in die extremistische groepen. Ik vond ook slachtoffers van racistisch geweld die zich uit die slachtofferrol hadden gewerkt door zelf gewelddadig te worden. Tot mijn afgrijzen vond ik zelfs iets dat ik herkende. Ik vond dezelfde gevoelens die ik had toen ik uit Noorwegen was gevlucht. Dezelfde verwarring, hetzelfde verdriet, hetzelfde gevoel van verraad en nergens bij te horen. Hetzelfde gevoel van verloren te zijn tussen twee culturen.
Having said that, I did not choose destruction, I chose to pick up a camera instead of a gun. And the reason I did that is because of my superpower. I could see that understanding is the answer, instead of violence. Seeing human beings with all their virtues and all their flaws instead of continuing the caricatures: the us and them, the villains and victims. I'd also finally come to terms with the fact that my two cultures didn't have to be on a collision course but instead became a space where I found my own voice. I stopped feeling like I had to pick a side, but this took me many, many years. There are so many of our young people today who are struggling with these same issues, and they're struggling with this alone. And this leaves them open like wounds. And for some, the worldview of radical Islam becomes the infection that festers in these open wounds.
Dat gezegd hebbende, ik koos niet voor geweld, ik koos voor een camera in plaats van een geweer. En dat kon ik doen door mijn superkracht. Ik kon zien dat begrip het antwoord was en niet geweld. Om mensen te zien in al hun nuances met al hun deugden en al hun mankementen in plaats van hun karikaturen: de wij versus zij, de boeven en de slachtoffers. Ik was er uiteindelijk ook achter gekomen dat mijn twee culturen niet altijd hoefden te botsen, maar dat ze een ruimte konden zijn waarin ik mijn eigen stem vond. Ik hoefde geen partij meer te kiezen, maar dat heeft me vele jaren gekost. Tegenwoordig zijn er zoveel jongeren die worstelen met deze zelfde problemen en zij worstelen er in hun eentje mee. Daarmee liggen ze open als wonden. En voor sommigen wordt de visie van de radicale islam de infectie die ettert in de open wonden.
There's an African proverb that says, "If the young are not initiated into the village, they will burn it down just to feel its warmth." I would like to ask -- to Muslim parents and Muslim communities, will you love and care for your children without forcing them to meet your expectations? Can you choose them instead of your honor? Can you understand why they're so angry and alienated when you put your honor before their happiness? Can you try to be a friend to your child so that they can trust you and want to share with you their experiences, rather than having to seek it somewhere else?
Er is een Afrikaans spreekwoord dat zegt: "Als jongeren niet in het dorp worden ingewijd, zullen ze het in brand steken om haar warmte te voelen." Ik wil vragen aan moslimouders en moslimgemeenschappen: houd alsjeblieft van jullie kinderen zonder ze te dwingen jullie verwachtingen in te lossen. Kies alsjeblieft voor hen in plaats van voor jullie eer. Begrijpen jullie waarom ze zo boos en vervreemd zijn als jullie je eer boven hun geluk stellen? Kun jullie misschien een vriend van je kind zijn, zodat het jullie kan vertrouwen en zijn ervaringen met jullie wil delen, in plaats van het elders te moeten zoeken?
And to our young people tempted by extremism, can you acknowledge that your rage is fueled by pain? Will you find the strength to resist those cynical old men who want to use your blood for their own profits? Can you find a way to live? Can you see that the sweetest revenge is for you to live a happy, full and free life? A life defined by you and nobody else. Why do you want to become just another dead Muslim kid? And for the rest of us, when will we start listening to our young people? How can we support them in redirecting their pain into something more constructive? They think we don't like them. They think we don't care what happens to them. They think we don't accept them. Can we find a way to make them feel differently? What will it take for us to see them and notice them before they become either the victims or the perpetrators of violence? Can we make ourselves care about them and consider them to be our own? And not just be outraged when the victims of violence look like ourselves? Can we find a way to reject hatred and heal the divisions between us? The thing is we cannot afford to give up on each other or on our kids, even if they've given up on us.
En tegen onze jongeren, geneigd tot extremisme: zien jullie dat je boosheid wordt gedreven door pijn? Kunnen jullie de kracht vinden die cynische oude mannen te weerstaan die winst willen maken met jullie bloed? Kun je een manier vinden om te leven? Kun je inzien dat de zoetste wraak het leven van een gelukkig, volwaardig en vrij leven is? Een leven gedefinieerd door jou en niemand anders. Waarom wil je het zoveelste dode moslimkind worden? En de rest van ons: wanneer gaan we nu eens luisteren naar onze jongeren? Hoe kunnen we ze helpen hun pijn op een constructieve manier te gebruiken? Ze denken dat we ze afwijzen. Ze denken dat het ons niet uitmaakt wat er met ze gebeurt. Ze voelen zich niet geaccepteerd. Kunnen we ze iets anders laten voelen? Wat moet er gebeuren zodat we ze zien en opmerken voordat ze ofwel slachtoffer ofwel daders worden van geweld? Kunnen we om ze geven en ze als een van de onzen zien? En niet alleen maar woedend zijn als de slachtoffers er uitzien zoals wij? Kunnen we de haat afwijzen en de afstand tussen ons dichten? We kunnen namelijk elkaar of onze kinderen niet opgeven, zelfs niet als ze ons opgeven.
We are all in this together. And in the long term, revenge and violence will not work against extremists. Terrorists want us to huddle in our houses in fear, closing our doors and our hearts. They want us to tear open more wounds in our societies so that they can use them to spread their infection more widely. They want us to become like them: intolerant, hateful and cruel.
We moeten dit samen doen. Op de lange termijn werken haat en vergelding niet tegen extremisten. Terroristen willen dat we ons angstig verschuilen, dat we onze deuren en harten sluiten. Ze willen dat we meer wonden creëren in onze gemeenschappen, zodat ze daar hun infectie verder in kunnen verspreiden. Ze willen dat wij zoals hen worden: intolerant, wraakzuchtig en wreed.
The day after the Paris attacks, a friend of mine sent this photo of her daughter. This is a white girl and an Arab girl. They're best friends. This image is the kryptonite for extremists. These two little girls with their superpowers are showing the way forward towards a society that we need to build together, a society that includes and supports, rather than rejects our kids.
De dag na de aanslag in Parijs stuurde een vriendin mij deze foto van haar dochter. Een blank en een Arabisch meisje. Ze zijn beste vriendinnen. Dit beeld is het kryptoniet voor extremisten. Deze twee meisjes met hun superkrachten laten ons de weg zien naar de samenleving die wij samen moeten bouwen, een samenleving die onze kinderen opneemt en ondersteunt, in plaats van ze af te wijzen.
Thank you for listening.
Dank voor jullie aandacht.
(Applause)
(Applaus)