I'm a writer and a journalist, and I'm also an insanely curious person, so in 22 years as a journalist, I've learned how to do a lot of new things. And three years ago, one of the things I learned how to do was to become invisible. I became one of the working homeless. I quit my job as a newspaper editor after my father died in February of that same year, and decided to travel. His death hit me pretty hard. And there were a lot of things that I wanted to feel and deal with while I was doing that.
Ik ben een schrijver en een journalist en ik ben ook een ongelooflijk nieuwsgierig persoon. Dus in mijn 22 jaar als journalist heb ik een heleboel nieuwe dingen leren doen. En drie jaar geleden, was één van de dingen die ik leerde hoe je onzichtbaar kan worden. Ik werd een van de werkende daklozen. Ik verliet mijn baan als redacteur bij de krant nadat mijn vader stierf in februari van datzelfde jaar, en ik besloot om te reizen. Zijn dood trof me vrij hard. En er waren een heleboel dingen die ik wilde voelen en waar ik mee om wilde gaan terwijl ik dat aan het doen was.
I've camped my whole life. And I decided that living in a van for a year to do this would be like one long camping trip. So I packed my cat, my Rottweiler and my camping gear into a 1975 Chevy van, and drove off into the sunset, having fully failed to realize three critical things. One: that society equates living in a permanent structure, even a shack, with having value as a person. Two: I failed to realize how quickly the negative perceptions of other people can impact our reality, if we let it. Three: I failed to realize that homelessness is an attitude, not a lifestyle.
Ik heb mijn hele leven gekampeerd. En ik besloot dat een jaar in mijn busje kamperen om dit te doen als een lange kampeertrip zou zijn. Dus ik verzamelde mijn kat, mijn rottweiler en mijn kampeerspullen in een 1975 Chevy-bus en reed de zonsondergang tegemoet, terwijl ik compleet vergat me drie cruciale dingen te realiseren. Eén: dat de maatschappij het leven in een permanente structuur, zelfs een hut, gelijkstelt aan het hebben van waarde als persoon. Twee: Ik mislukte er in me te realiseren hoe snel de negatieve percepties van andere mensen impact kunnen hebben op onze realiteit, indien we dit laten gebeuren. Drie: Ik mislukte er in me te realiseren dat dakloosheid een houding is, geen levensstijl.
At first, living in the van was great. I showered in campgrounds. I ate out regularly. And I had time to relax and to grieve. But then the anger and the depression about my father's death set in. My freelance job ended. And I had to get a full-time job to pay the bills. What had been a really mild spring turned into a miserably hot summer. And it became impossible to park anywhere -- (Laughs) -- without being very obvious that I had a cat and a dog with me, and it was really hot. The cat came and went through an open window in the van. The doggy went into doggy day care. And I sweated. Whenever I could, I used employee showers in office buildings and truck stops. Or I washed up in public rest rooms.
Aanvankelijk was het leven in de bus geweldig. Ik douchete op kampings. Ik ging geregeld uit eten. En ik had tijd om te ontspannen en te rouwen. Maar toen kwam de woede en de depressie over mijn vaders dood op. Mijn freelance baan eindigde. En ik moest een voltijdse baan nemen om de rekeningen te betalen. Wat een zachte lente was geweest werd een ellendig warme zomer. En het werd onmogelijk om ergens te parkeren -- (Gelach) -- zonder dat het duidelijk werd dat ik een kat en een hond bij me had, en het was erg warm. De kat kwam en ging door een open raam in de bus. De hond ging naar een dagverblijf voor honden. En ik zweette. Wanneer ik kon, gebruikte ik de werknemers-douches in kantoorgebouwen en wegrestaurants. Of ik wastte me in openbare toiletten
Nighttime temperatures in the van rarely dropped below 80 degrees Fahrenheit, making it difficult or impossible to sleep. Food rotted in the heat. Ice in my ice chest melted within hours, and it was pretty miserable. I couldn't afford to find an apartment, or couldn't afford an apartment that would allow me to have the Rottweiler and the cat. And I refused to give them up, so I stayed in the van. And when the heat made me too sick to walk the 50 feet to the public restroom outside my van at night, I used a bucket and a trash bag as a toilet.
Nachtelijke temperaturen in de bus daalden zelden onder 27 graden celsius, hetgeen het moeilijk of onmogelijk maakte om te slapen. Etenswaren bedierven in de hitte. IJs in mijn koelbox smolt binnen het uur, en het was vrij ellendig. Ik kon het me niet veroorloven om een appartement te vinden, of ik kon het me niet veroorloven om een appartement te vinden dat me zou toelaten om een rottweiler en een kat te hebben. En ik wijgerde om ze op te geven. Dus ik bleef in mijn bus. En wanneer de hitte me te ziek maakte om de 15 meter te stappen naar het openbaar toilet, 's nachts buiten mijn bus gebruikte ik een emmer en een vuilniszak als toilet.
When winter weather set in, the temperatures dropped below freezing. And they stayed there. And I faced a whole new set of challenges. I parked a different place every night so I would avoid being noticed and hassled by the police. I didn't always succeed.
Wanneer het winter werd, zakte de temperaturen onder nul. En daar bleven ze. En ik werd geconfronteerd met een heleboel nieuwe uitdagingen. Ik parkeerde iedere nacht op een andere plaats zodat ik kon voorkomen om opgemerkt en lastiggevallen te worden door de politie. Het lukte me niet altijd.
But I felt out of control of my life. And I don't know when or how it happened, but the speed at which I went from being a talented writer and journalist to being a homeless woman, living in a van, took my breath away. I hadn't changed. My I.Q. hadn't dropped. My talent, my integrity, my values, everything about me remained the same. But I had changed somehow. I spiraled deeper and deeper into a depression.
Maar, ik voelde me alsof ik geen controle had over mijn leven. En ik weet niet wanneer of hoe het gebeurde, maar de snelheid waarmee ik ging van getalenteerd schrijfster en journalist naar een dakloze vrouw, levend in een bus, was adembenemend. Ik was niet veranderd. Mijn IQ was niet gezakt. Mijn talent, mijn integriteit, mijn waarden, alles aan mij bleef hetzelfde. Maar op één of andere manier was ik veranderd. Ik zakte dieper en dieper weg in depressie.
And eventually someone referred me to a homeless health clinic. And I went. I hadn't bathed in three days. I was as smelly and as depressed as anyone in line. I just wasn't drunk or high. And when several of the homeless men realized that, including a former university professor, they said, "You aren't homeless. Why are you really here?" Other homeless people didn't see me as homeless, but I did. Then the professor listened to my story and he said, "You have a job. You have hope. The real homeless don't have hope." A reaction to the medication the clinic gave me for my depression left me suicidal. And I remember thinking, "If I killed myself, no one would notice."
En uiteindelijk verwees iemand me naar een daklozenkliniek. En ik ging. Ik had me niet gewassen in drie dagen. En ik stonk even hard en was even depressief als alle andere wachtenden. Ik was niet dronken of onder invloed van drugs. En wanneer verschillende dakloze mannen dit realiseerden, onder wie een voormalige universiteits-professor, zeiden ze: "Jij bent niet dakloos. Waarom ben je hier echt?" Andere dakloze mensen zagen me niet als dakloos, maar ik wel. Toen luisterde de professor naar mijn verhaal, en hij zei: "Jij hebt een baan. Jij hebt hoop. De echte daklozen hebben geen hoop." Eén van de reacties op de medicatie die de kliniek me gaf voor mijn depressies bezorgde me zelfmoordneigingen. En ik herinner dat ik dacht: "Als ik zelfmoord pleeg, zou niemand het merken."
A friend told me, shortly after that, that she had heard that Tim Russert, a nationally renowned journalist, had been talking about me on national T.V. An essay I'd written about my father, the year before he died, was in Tim's new book. And he was doing the talk show circuit. And he was talking about my writing. And when I realized that Tim Russert, former moderator of "Meet the Press," was talking about my writing, while I was living in a van in a Wal-Mart parking lot, I started laughing. You should too. (Laughter)
Kort daarna vertelde een vriend me, dat ze had gehoord dat Tim Russert, een nationaal gerenomeerd journalist over mij had gesproken op de nationale televisie. Een essay dat ik had geschreven over mijn vader, het jaar voordat hij stierf, verscheen in Tim zijn nieuwe boek. En hij deed presentaties. En hij sprak over mijn schrijven. En toen ik me realiseerde dat Tim Russert, voormalig moderator van 'Meet the Press', sprak over mijn schrijven, terwijl ik leefde in een bus op een Wal-Mart parkeerplaats, begon ik te lachen. Dat zou u ook moeten doen. (Gelach)
I started laughing because it got to the point where, was I a writer, or was I a homeless woman? So I went in the bookstore. And I found Tim's book. And I stood there. And I reread my essay. And I cried. Because I was a writer. I was a writer. Shortly after that I moved back to Tennessee. I alternated between living in a van and couch surfing with friends. And I started writing again. By the summer of the following year I was a working journalist. I was winning awards. I was living in my own apartment. I was no longer homeless. And I was no longer invisible.
Ik begon te lachen omdat ik op het punt gekomen was dat ik me afvroeg of ik een schrijfster was of een dakloze vrouw. Dus ging ik naar de boekenwinkel. En ik vond Tim zijn boek. En ik stond daar. En ik las mijn essay. En ik huilde. Want ik was een schrijfster. Ik was een schrijfster. Kort nadien verhuisde ik terug naar Tennessee. Ik wisselde af tussen het leven in een bus en verblijven bij vrienden. En ik startte opnieuw met schrijven. Tegen de zomer van het volgende jaar was ik een werkende journalist. Ik won awards. Ik leefde in mijn eigen appartement. Ik was niet langer dakloos. En ik was niet langer onzichtbaar.
Thousands of people work full and part-time jobs, and live in their cars. But society continues to stigmatize and criminalize living in your vehicle or on the streets. So the homeless, the working homeless, primarily remain invisible. But if you ever meet one, engage them, encourage them, and offer them hope. The human spirit can overcome anything if it has hope. And I'm not here to be the poster girl for the homeless. I'm not here to encourage you to give money to the next panhandler you meet. But I am here to tell you that, based on my experience, people are not where they live, where they sleep, or what their life situation is at any given time. Three years ago I was living in a van in a Wal-Mart parking lot, and today I'm speaking at TED. Hope always, always finds a way. Thank you. (Applause)
Duizende mensen werken vol- en halftijds, en leven in hun autos. Maar de samenleving blijft mensen stigmatizeren en criminaliseren die in hun voertuig of op straat leven. Dus de daklozen, de werkende daklozen in het bijzonder, blijven onzichtbaar. Maar als u er ooit één ontmoet, betrek ze, moedig ze aan, en geef ze hoop. De menselijke geest kan alles overwinnen als ze hoop heeft. En ik ben niet hier om het boegbeeld te zijn voor de daklozen. Ik ben hier niet om jullie aan te moedigen om geld te geven aan de volgende bedelaar die u tegenkomt. Maar ik ben hier om jullie te vertellen dat, gebaseerd op mijn ervaringen, mensen niet zijn waar ze wonen, waar ze slapen, of wat hun levenssituatie is op één of ander gegeven moment. Drie jaar geleden leefde ik in een bus op een Wal-Mart parkeerplaats. En vandaag spreek ik op TED. Hoop vindt altijd, altijd, een weg. Dank u. (Applaus)